Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
1.Het verdere verloop van het geding in hoger beroep
2.De vaststaande feiten
woonruimteten behoeve van huurder en de personen die direct tot zijn gezin behoren. Huurder is verplicht het gehuurde daadwerkelijk te bewonen en het als zijn hoofdverblijf te gebruiken. Het is huurder niet toegestaan een andere bestemming aan het gehuurde te geven.
(…)
3. Huurder zal het gehuurde als een goed huurder overeenkomstig de overeengekomen bestemming gebruiken.
(…)
15. Het is huurder niet toegestaan zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van verhuurder het gehuurde geheel of gedeeltelijk aan derden onder te verhuren of in gebruik te geven.
16. Huurder mag geen andere personen bij zich doen inwonen dan die rechtsreeks tot zijn gezin behoren.
Zijn er na vijf dagen nog anderen personen, dan die tot uw eigen huishouding behoren, in de woning woonachtig of bij bureau bevolking beschreven dan zullen wij ons genoodzaakt zien gerechtelijke stappen tegen u te ondernemen.”
- haar dochter, die in Den Haag woont, in augustus 2014 heeft helpen verhuizen,
- in die periode haar hoogzwangere zus heeft geholpen,
- in 2014 haar baan is kwijtgeraakt en daardoor vaak naar het CWI moest.
De reden dat [Persoon 2] in de woning is aangetroffen, is dat [Appellant] met [Persoon 2] samenwoonde. [Appellant] verwijst daarbij naar het bij haar brief in kopie gevoegde samenlevingscontract. [Persoon 1] is de moeder van [Persoon 2] . Zij woont in Spanje. De reden dat zij in de woning is aangetroffen is dat zij bij [Appellant] en [Persoon 2] op vakantie was. Ook is de broer van [Appellant] aangetroffen; hij logeerde toen bij [Appellant] . Verder is ook nog een dochter van [Appellant] in de woning aangetroffen.
1. [Persoon 2] , geboren op [Geboortedatum] 1967 te [Geboorteplaats] ,
2. [Persoon 3] , geboren op [Geboortedatum] 1991 te [Geboorteplaats] [dochter van [Persoon 2] ,
toevoeging hof],
3. [Persoon 4] , geboren op [Geboortedatum] 2000 te [Geboorteplaats] [dochter van [Persoon 2] ,
toevoeging hof],
4. [Persoon 5] , geboren op [Geboortedatum] 2013 te [Geboorteplaats] [zoon van [Persoon 3] , kleinzoon van [Persoon 2] ,
toevoeging hof].
“
(…) ik heb spijt wat ik gedaan heb mensen in huis genomen zonder het te vragen aan de woningbouw ik wist dit niet ik wilde alleen mensen helpen die geen onderdak hadden (…)”
3.Het geschil en de beslissing in eerste aanleg
primaira) de huurovereenkomst met [Appellant] met onmiddellijke ingang, althans op een door de kantonrechter te bepalen datum, wordt ontbonden,
b) [Appellant] en [Persoon 2] worden veroordeeld om de woning te ontruimen en te verlaten,
c) wordt bepaald dat Portaal bevoegd is om vrij te beschikken over de zaken die door [Appellant] en/of [Persoon 2] in de woning zijn achtergelaten zonder daarvoor enige vergoeding aan [Appellant] en/of [Persoon 2] verschuldigd te zijn en zonder aan hen daarover enige verantwoording te hoeven af te leggen,
d) [Appellant] en [Persoon 2] te veroordelen in de kosten die met het onder c bepaalde gemoeid zijn,
subsidiaire) [Appellant] wordt veroordeeld om zelf haar hoofdverblijf in de woning te houden, dit op straffe van verbeurte van een dwangsom,
f) [Appellant] wordt veroordeeld om de woning niet aan anderen in gebruik te geven en/of onder te verhuren, dit op straffe van verbeurte van een dwangsom,
primair en subsidiairg) [Appellant] en [Persoon 2] hoofdelijk worden veroordeeld tot betaling van de proceskosten.
4.De beoordeling van het principaal hoger beroep
5.De beslissing
uitsluitendbewijs door bewijsstukken wenst te leveren, zij die stukken op de roldatum 16 april 2019 in het geding dient te brengen,
beidepartijen, van hun advocaten en van de getuigen in de maanden mei 2019 tot en met juli 2019 zal opgeven op de
roldatum 2 april 2019, waarna dag en uur van het verhoor (ook indien voormelde opgave van een of meer van partijen ontbreekt) door de raadsheer-commissaris zullen worden vastgesteld;