Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
1.[Appellant 1] ,
1.Het geding in eerste aanleg
2.Het verdere verloop van het geding in hoger beroep
3.De vaststaande feiten
artikel 16. Ontbindende voorwaarden.
4.Het geschil en de beslissing in eerste aanleg
5.De motivering van de beslissing in hoger beroep
eerste griefkomt [Appellanten] op tegen het oordeel van de kantonrechter dat de e-mail van 28 augustus 2015 in samenhang met de e-mail van 31 augustus 2015 een voldoende onderbouwing bevat voor een goed gedocumenteerde mededeling dat de financiering niet tijdig kan worden verkregen. De
tweede griefis gericht tegen het oordeel dat [Geïntimeerde] zich voldoende heeft ingespannen om tijdig een financiering te verkrijgen. Ten aanzien van deze grieven wordt het volgende overwogen.
eerste grief en tweede grieffalen.
derde griefheeft naast de andere grieven geen zelfstandige betekenis en behoeft om die reden geen bespreking.
vierde grieffaalt nu uit het voorgaande volgt dat de rechtbank terecht de vordering van [Appellanten] heeft afgewezen en derhalve [Appellanten] terecht in de proceskosten heeft veroordeeld.