Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM - LEEUWARDEN
inspecteurvan de
Belastingdienst/Kantoor Utrecht(hierna: de Inspecteur)
[Z](hierna: belanghebbende)
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak gaat het om het hoger beroep van de Inspecteur van de Belastingdienst tegen de uitspraak van de rechtbank Gelderland van 7 september 2018. De rechtbank had de navorderingsaanslagen in de inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen (IB/PVV) en de zorgverzekeringswet (ZVW) voor de jaren 2010 en 2012 vernietigd. De Inspecteur had navorderingsaanslagen opgelegd aan belanghebbende, die in beroep ging tegen deze uitspraken. De rechtbank verklaarde de beroepen gegrond en vernietigde de uitspraken van de Inspecteur, waarbij ook proceskosten en griffierecht aan belanghebbende werden toegewezen. In hoger beroep heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 10 december 2019 geoordeeld dat de navorderingsaanslagen voor het jaar 2010 gegrond zijn, maar dat de uitspraken van de rechtbank voor het jaar 2012 juist waren. Het Hof heeft de navorderingsaanslag IB/PVV voor 2010 verminderd tot een belastbaar inkomen van € 56.146 en de heffingsrente dienovereenkomstig aangepast. De navorderingsaanslag ZVW voor 2010 werd bevestigd, terwijl de uitspraken van de rechtbank voor 2012 werden bevestigd. Het Hof heeft de Inspecteur veroordeeld in de proceskosten van belanghebbende tot een bedrag van € 1.280.