Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
verzoeker in hoger beroep,
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 26 november 2019 uitspraak gedaan in hoger beroep over de beëindiging van het gezamenlijk gezag van ouders over hun kinderen. De vader, die in hoger beroep ging, had eerder het gezamenlijk gezag met de moeder, maar de moeder verzocht om alleen het gezag over de kinderen te krijgen. De vader had zich in het verleden agressief en bedreigend opgesteld tegenover de moeder en hulpverleningsinstanties, wat leidde tot een verstoorde communicatie. De kinderen, geboren in 2011 en 2012, wonen bij de moeder en hebben sinds mei 2016 geen contact meer gehad met de vader. De rechtbank Noord-Nederland had eerder op 9 januari 2019 de moeder in het gelijk gesteld en het gezamenlijk gezag beëindigd. Het hof oordeelde dat de omstandigheden niet waren verbeterd en dat er geen vertrouwen meer was tussen de ouders. De vader had geen gebruik gemaakt van de geboden mogelijkheden om contact met de kinderen op te bouwen, wat leidde tot de conclusie dat het in het belang van de kinderen was dat de moeder alleen het gezag kreeg. Het hof bekrachtigde de eerdere beschikking van de rechtbank en stelde vast dat de vader de belangen van de kinderen niet vooropstelde.