ECLI:NL:GHARL:2018:9386

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden

Datum uitspraak
17 oktober 2018
Publicatiedatum
29 oktober 2018
Zaaknummer
21-002703-16
Instantie
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Medeplichtigheid aan de productie van synthetische drugs in een verhuurde schuur

In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 17 oktober 2018 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een verdachte die zijn schuur had verhuurd voor de productie van synthetische drugs, waaronder MDMA en mefedron. De verdachte werd beschuldigd van medeplichtigheid aan de vervaardiging en het voorhanden hebben van deze drugs. Tijdens het onderzoek werd in de schuur meer dan 200 kilogram materiaal en vloeistof aangetroffen die MDMA en mefedron bevatten, evenals een grote hoeveelheid stoffen en materialen die bestemd waren voor de productie van deze drugs. De verdachte had de schuur verhuurd aan een Pool en had geen toegang meer tot het achterste deel van de schuur na zijn vakantie. Het hof oordeelde dat de verdachte opzettelijk gelegenheid had verschaft voor de productie van synthetische drugs, ondanks zijn bewering dat hij niet op de hoogte was van de activiteiten in de schuur. De rechtbank had eerder de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van twaalf maanden, en het hof bevestigde deze straf, met aftrek van de tijd die de verdachte al in voorarrest had doorgebracht. Het hof benadrukte de ernst van de feiten en de risico's die de productie van synthetische drugs met zich meebrengt voor de gezondheid en de samenleving.

Uitspraak

Afdeling strafrecht
Parketnummer: 21-002703-16
Uitspraak d.d.: 17 oktober 2018
TEGENSPRAAK

Verkort arrest van de meervoudige kamer voor strafzaken

gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de rechtbank Noord-Nederland, zittingsplaats Leeuwarden, van 28 april 2016 met parketnummer 18-750072-15 in de strafzaak tegen

[verdachte] ,

geboren te [geboorteplaats 1] op [1951] ,
wonende te [adres 1] .

Het hoger beroep

De verdachte heeft tegen het hiervoor genoemde vonnis hoger beroep ingesteld.

Onderzoek van de zaak

Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van het hof van 3 oktober 2018 en, overeenkomstig het bepaalde bij artikel 422 van het Wetboek van Strafvordering, het onderzoek op de terechtzitting in eerste aanleg.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal, strekkende tot bevestiging van het vonnis in eerste aanleg, bewezenverklaring van hetgeen onder 1 subsidiair, onder 2 subsidiair en onder 3 is tenlastegelegd en veroordeling van verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 12 maanden, met aftrek van de tijd die verdachte reeds in voorarrest heeft doorgebracht. Deze vordering is na voorlezing aan het hof overgelegd.
Het hof heeft voorts kennis genomen van hetgeen door verdachte en zijn raadsman,
mr. S.A.S. Jansen, naar voren is gebracht.

Het vonnis waarvan beroep

De rechtbank Noord-Nederland, zittingsplaats Leeuwarden, heeft bij vonnis van 28 april 2016, waartegen het hoger beroep is gericht, de verdachte ter zake van het onder 1 subsidiair, onder 2 subsidiair en onder 3 ten laste gelegde, te weten – kort gezegd – medeplichtigheid aan het medeplegen van het vervaardigen en aanwezig hebben van MDMA en mefedron, meermalen gepleegd (feit 1 subsidiair), medeplichtigheid aan het medeplegen van het voorbereiden van de productie van MDMA en mefedron (feit 2 subsidiair) en het voorhanden hebben van een stroomstootwapen (feit 3), veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van twaalf maanden, met aftrek van de tijd die verdachte reeds in voorarrest heeft doorgebracht.
Het hof zal het vonnis waarvan beroep om proceseconomische redenen vernietigen en daarom opnieuw rechtdoen.

De tenlastelegging

Aan verdachte is tenlastegelegd dat:
1.
hij in of omstreeks het jaar 2015 (tot en met 30 oktober 2015) te [plaats] , (in en/of vanuit een of meerdere pand(en)/gebouw(en) gelegen aan of bij de [adres 2] aldaar), in elk geval in de gemeente [gemeente] , en/of elders in Nederland, meermalen, althans eenmaal, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen,
A.
opzettelijk heeft vervaardigd en/of bereid en/of bewerkt en/of verwerkt en/of afgeleverd en/of verstrekt en/of vervoerd
- ( grote) hoeveelhe(i)d(en) van een materiaal/vloeistof(fen) bevattende MDMA en/of mefedron en/of 4-methylmethcathinon en/of
B.
op 30 oktober 2015, aldaar, opzettelijk aanwezig heeft gehad
- ongeveer 284 kilogram, in elk geval een (grote) hoeveelheid, van een materiaal bevattende MDMA, en/of
- ongeveer 42 liter, in elk geval een (grote) hoeveelheid, (van een) vloeistof(fen) bevattende MDMA en/of
- ongeveer 189 gram, in elk geval een hoeveelheid, van een materiaal bevattende mefedron en/of 4-methylmethcathinon en/of
- ongeveer 25 liter, in elk geval een (grote) hoeveelheid, (van een) vloeistof(fen) bevattende mefedron en/of 4-methylmethcathinon,
zijnde MDMA en/of mefedron en/of 4-methylmethcathinon (telkens) (elk) een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet;
althans, indien terzake van het vorenstaande geen veroordeling mocht volgen, dat
[medeverdachte 1] en/of [medeverdachte 2] en/of een of meerdere ander(e) perso(o)n(en) in of omstreeks het jaar 2015 (tot en met 30 oktober 2015) te [plaats] , (in en/of vanuit een of meerdere pand(en)/gebouw(en) gelegen aan of bij de [adres 2] aldaar), in elk geval in de gemeente [gemeente] , en/of elders in Nederland, meermalen, althans eenmaal, tezamen en in vereniging, althans alleen,
A.
opzettelijk heeft/hebben vervaardigd en/of bereid en/of bewerkt en/of verwerkt en/of afgeleverd en/of verstrekt en/of vervoerd
- ( grote) hoeveelhe(i)d(en) van een materiaal/vloeistof(fen) bevattende MDMA en/of mefedron en/of 4-methylmethcathinon en/of
B.
op 30 oktober 2015, aldaar, opzettelijk aanwezig heeft/hebben gehad
- ongeveer 284 kilogram, in elk geval een (grote) hoeveelheid, van een materiaal bevattende MDMA, en/of
- ongeveer 42 liter, in elk geval een (grote) hoeveelheid, (van een) vloeistof(fen) bevattende MDMA en/of
- ongeveer 189 gram, in elk geval een hoeveelheid, van een materiaal bevattende mefedron en/of 4-methylmethcathinon en/of
- ongeveer 25 liter, in elk geval een (grote) hoeveelheid, (van een) vloeistof(fen) bevattende mefedron en/of 4-methylmethcathinon,
zijnde MDMA en/of mefedron en/of 4-methylmethcathinon (telkens) (elk) een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet,
tot en/of bij het plegen van bovengenoemd(e) misdrijven/misdrijf verdachte in of omstreeks het jaar 2015 (tot en met 30 oktober 2015) te [plaats] , in elk geval in de gemeente [gemeente] , en/of elders in Nederland, meermalen, althans eenmaal, opzettelijk gelegenheid en/of middelen heeft verschaft en/of behulpzaam is geweest, door (telkens) opzettelijk in voornoemde periode aan die [medeverdachte 1] en/of [medeverdachte 2] en/of die een of meerdere ander(e) perso(o)n(en) (een gedeelte van) verdachtes woning/pand/perceel (te weten een
schuur) (gelegen aan of bij de [adres 2] te [plaats] ) ter beschikking te stellen en/of te verhuren ten behoeve van de uitvoering van bovengenoemd(e) strafbare feit(en);
2.
hij in of omstreeks de periode omvattende het jaar 2015 (tot en met 30 oktober 2015) te [plaats] , (in en/op vanuit een of meerdere pand(en)/gebouw(en) gelegen aan of bij de [adres 2] aldaar), in elk geval in de gemeente [gemeente] , en/of elders in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, om een feit, bedoeld in het vierde of vijfde lid van artikel 10 van de Opiumwet, te weten het opzettelijk bereiden, bewerken, verwerken, verkopen, afleveren, verstrekken, vervoeren van ((een) hoeveelhe(i)d(en) van een materiaal bevattende) MDMA en/of mefedron en/of 4-methylmethcathinon, zijnde MDMA en/of mefedron en/of 4-methylmethcathinon (elk) een middel vermeld op de bij de Opiumwet behorende lijst I, voor te bereiden en/of te bevorderen, toen aldaar in voornoemde periode
A. een (grote) hoeveelheid (vloei)stoffen/materialen (bevattende) onder meer
- aceton en/of
- methanol en/of
- PMK (Piperonylmethylketon)
- 2- broom-4'-methylpropiofenon
- methylamine
- zoutzuur en/of
- DCM en/of
- ethanol en/of
- methanol en/of
- monomethylamine
- mierenzuur en/of
- MEK en/of
- caustic soda en/of
- dichloormethaan en/of
B. een of meerdere materia(a)l(en)/goed(eren), te weten
- meerdere waterstofgascilinders en/of
- meerdere jerrycans en/of
- een speciekuip en/of
- een roerder (van het merk Patfield) en/of
- meerdere vacüumpompen en/of
- een gasbrander en/of een propaangascilinder en/of
- een drukpomp en/of
- diverse slangen, verwarmingsspiralen en/of een zeef en/of een scheptrechter en/of een
zeeftrechter en/of een bril en/of een tas met rubberen stop en/of
- meerdere emmers en/of
- een RVS ketel met druk-/temperatuurmeter en verder toebehoren en/of een RVS koeler
en/of
- een RVS ketel met frequentieregelaar en verder toebehoren en/of
- een glazen afscheider en/of
- een gaswasser en/of
- een koelunit en/of
- een glazen spiraalkoeler en/of een Vormar tas met kleine RVS ketel met toebehoren en/of
- een RVS keteltje en/of
- een vriezer en/of
- meerdere droogrekken en/of
- meerdere mondmaskers en/of
- meerdere handschoenen en/of
- een of meerdere andere goed(eren) en/of materia(a)l(en),
in elk geval voorwerpen en/of stoffen, voorhanden heeft gehad, waarvan verdachte en/of verdachtes mededader(s) wist(en) en/of ernstige redenen had(den) om te vermoeden, dat dat/die/zij bestemd was/waren tot het plegen van dat/die feit(en);
althans, indien terzake van het vorenstaande geen veroordeling mocht volgen, dat
[medeverdachte 1] en/of [medeverdachte 2] en/of meerdere ander(e) perso(o)n(en) in of omstreeks de periode omvattende het jaar 2015 (tot en met 30 oktober 2015) te [plaats] , (in en/op vanuit een of meerdere pand(en)/gebouw(en) gelegen aan of bij de [adres 2] aldaar), in elk geval in de gemeente [gemeente] , en/of elders in Nederland, tezamen en in vereniging, althans alleen, om een feit, bedoeld in het vierde of vijfde lid van artikel 10 van de Opiumwet, te weten het opzettelijk bereiden, bewerken, verwerken, verkopen, afleveren,
verstrekken, vervoeren van ((een) hoeveelhe(i)d(en) van een materiaal bevattende) MDMA en/of mefedron en/of 4-methylmethcathinon, zijnde MDMA en/of mefedron en/of 4-methylmethcathinon (elk) een middel vermeld op de bij de Opiumwet behorende lijst I, voor te bereiden en/of te bevorderen, toen aldaar in voornoemde periode
A. een (grote) hoeveelheid (vloei)stoffen/materialen (bevattende) onder meer
- aceton en/of
- methanol en/of
- PMK (Piperonylmethylketon)
- 2- broom-4'-methylpropiofenon
- methylamine
- zoutzuur en/of
- DCM en/of
- ethanol en/of
- methanol en/of
- monomethylamine
- mierenzuur en/of
- MEK en/of
- caustic soda en/of
- dichloormethaan en/of
B. een of meerdere materia(a)l(en)/goed(eren), te weten
- meerdere waterstofgascilinders en/of
- meerdere jerrycans en/of
- een speciekuip en/of
- een roerder (van het merk Patfield) en/of
- meerdere vacüumpompen en/of
- een gasbrander en/of een propaangascilinder en/of
- een drukpomp en/of
- diverse slangen, verwarmingsspiralen en/of een zeef en/of een scheptrechter en/of een
zeeftrechter en/of een bril en/of een tas met rubberen stop en/of
- meerdere emmers en/of
- een RVS ketel met druk-/temperatuurmeter en verder toebehoren en/of een RVS koeler
en/of
- een RVS ketel met frequentieregelaar en verder toebehoren en/of
- een glazen afscheider en/of
- een gaswasser en/of
- een koelunit en/of
- een glazen spiraalkoeler en/of een Vormar tas met kleine RVS ketel met toebehoren en/of
- een RVS keteltje en/of
- een vriezer en/of
- meerdere droogrekken en/of
- meerdere mondmaskers en/of
- meerdere handschoenen en/of
- een of meerdere andere goed(eren) en/of materia(a)l(en),
in elk geval voorwerpen en/of stoffen, voorhanden heeft gehad, waarvan die [medeverdachte 1] en/of [medeverdachte 2] en/of meerdere ander(e) perso(o)n(en) wist(en) en/of ernstige redenen had(den) om te vermoeden, dat dat/die/zij bestemd was/waren tot het plegen van dat/die feit(en),
tot en/of bij het plegen van bovengenoemd(e) misdrijven/misdrijf verdachte in of omstreeks het jaar 2015 (tot en met 30 oktober 2015) te [plaats] , in elk geval in de gemeente [gemeente] , en/of elders in Nederland, meermalen, althans eenmaal, opzettelijk gelegenheid en/of middelen heeft verschaft en/of behulpzaam is geweest, door (telkens) opzettelijk in voornoemde periode aan [medeverdachte 1] en/of [medeverdachte 2] en/of die een of meerdere ander(e) perso(o)n(en) (een gedeelte van) verdachtes woning/pand/perceel (te weten een schuur) (gelegen aan of bij de [adres 2] te [plaats] ) ter beschikking te stellen en/of te verhuren ten behoeve van bovengenoemd(e) strafbare feit(en);
3.
hij in of omstreeks de periode omvattende de dag(en) 30 oktober 2015 en 31 oktober 2015 te [plaats] , in elk geval in de gemeente [gemeente] , een wapen van categorie II onder 5°, te weten een voorwerp waarmee door een elektrische stroomstoot personen weerloos kunnen worden gemaakt of pijn kan worden toegebracht, voorhanden heeft gehad.
Indien in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze verbeterd. De verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.
Overweging met betrekking tot het bewijs ten aanzien van het onder 1 subsidiair en onder 2 subsidiair ten laste gelegde
De raadsman heeft zich ter terechtzitting in hoger beroep op het standpunt gesteld dat verdachte moet worden vrijgesproken van het onder 1 primair en 2 primair ten laste gelegde, omdat geen sprake was van de voor medeplegen vereiste bewuste en nauwe samenwerking.
De raadsman heeft ten aanzien het onder 1 subsidiair en 2 subsidiair ten laste gelegde vrijspraak bepleit, omdat niet bewezen kan worden verklaard dat verdachte (voorwaardelijk) opzet had op de ten laste gelegde gronddelicten, te weten (het voorbereiden van) het aanwezig hebben en vervaardigen van MDMA en mefedron door anderen in zijn schuur. Daartoe heeft de raadsman aangevoerd dat verdachte niet wist wat er in de door hem verhuurde schuur gebeurde en dat hij ook niet had kunnen weten dat zich daar een drugslab van dermate grote omvang bevond, waardoor het voorwaardelijk opzet op de ten laste gelegde gronddelicten niet bewezen kan worden.
De advocaat-generaal heeft gerekwireerd tot vrijspraak van het onder 1 primair en onder 2 primair ten laste gelegde en bewezenverklaring van de onder 1 subsidiair, onder 2 subsidiair en onder 3 ten laste gelegde feiten.
Het hof is, met de advocaat-generaal en de verdediging, van oordeel dat verdachte vrijgesproken dient te worden van de onder 1 primair en onder 2 primair ten laste gelegde feiten nu de voor medeplegen vereiste voldoende nauwe en bewuste samenwerking tussen verdachte en de medeverdachten op basis van het procesdossier en het verhandelde ter terechtzitting in hoger beroep niet is komen vast te staan. Er is geen sprake van een gezamenlijke uitvoering en de bijdrage van verdachte aan het onder 1 primair en onder 2 primair tenlastegelegde is naar het oordeel van het hof van onvoldoende gewicht om van medeplegen te kunnen spreken. Resteert de vraag of verdachte verweten kan worden dat hij zich schuldig heeft gemaakt aan medeplichtigheid.
Het hof stelt voorop dat voor de bewezenverklaring van medeplichtigheid aan een misdrijf is vereist dat niet alleen wordt bewezen dat het opzet van de verdachte was gericht op zijn handelingen als medeplichtige als bedoeld in artikel 48, aanhef en onder 1° of 2º van het Wetboek van Strafrecht, maar ook dat zijn opzet, al dan niet in voorwaardelijke vorm, was gericht op het door de dader gepleegde misdrijf (het gronddelict). Bij de bewezenverklaring en kwalificatie van de medeplichtigheid moet worden uitgegaan van de door de dader verrichte handelingen, ook indien het opzet van de medeplichtige slechts was gericht op een deel daarvan. Het opzet van de medeplichtige behoeft niet te zijn gericht op de precieze wijze waarop het gronddelict wordt begaan.
Het hof sluit zich aan bij de door de rechtbank gebezigde bewijsmiddelen en de daaruit afgeleide feiten en omstandigheden zoals die onder het kopje ‘Beoordeling van het bewijs’ in het vonnis van de rechtbank zijn vervat, luidende:
‘1. De door verdachte op de terechtzitting van 14 april 2016 afgelegde verklaring, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Ik heb het achterste deel van de achter mijn woning staande schuur in het voorjaar van 2015 verhuurd aan [medeverdachte 2] en een Pool. Ik weet niet hoe die Pool heet. Ik heb de woning en de schuur in het verleden verhuurd en toen heeft er een hennepkwekerij in de schuur gezeten. In het voorste deel van de schuur staan mijn wasmachine en mijn vriezer. Ze gingen aan de achterzijde de schuur binnen. Ik heb wel eens een wit busje gezien. Ik heb één of twee keer een specifieke chemische lucht geroken. Iemand heeft een keer tegen mij gezegd dat zij een ontstoppingsmiddel had zien liggen. Ik ben in de laatste twee weken van augustus en de eerste week van september 2015 op vakantie geweest. Toen ik terugkwam van vakantie hing er een camera bij de schuur. Ook is er in augustus 2015 een slot op de deur gekomen, waardoor ik niet meer in het achterste deel van de schuur kon komen. [medeverdachte 2] heeft gemeend dat er een slot op moest komen.
2. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van Politie Noord-Nederland d.d. 2 november 2015, opgenomen op de pagina's 212 tot en met 215 van het dossier met nummer [nummer 1] d.d. 8 maart 2016, inhoudende als verklaring van verdachte:
Ik sta ingeschreven op de [adres 1] te [plaats] . Ik woon daar alleen. In de maand mei 2015 ben ik benaderd door ene [medeverdachte 2] . Hij kwam bij mij met een Pool. Ik verhuurde de schuur aan die Pool voor een bedrag van 500 euro in de maand. De schuur is in tweeën gedeeld, er zat al een schut in. Ik ben in augustus op vakantie gegaan en toen ik terugkwam, zat er een ander slot op de deur in de doorgang van mijn deel van de schuur naar het deel achter het schut waar de Pool en [medeverdachte 2] gebruik van zouden maken. Toen ik begin september 2015 terugkwam, hing er een camera. Die camera hing voor bij de garagedeur. Die camera staat altijd aan. [medeverdachte 2] heeft steeds andere mensen bij zich. Ze gingen ook heel vaak weg, soms wel drie keer op de dag heen en terug. Er komt soms ook een wit busje. Ik heb wel eens wat geroken en toen ik daar naar vroeg vertelde [medeverdachte 2] dat ze met een zuur bezig waren. [medeverdachte 2] reed in dat witte busje. Hij reed de garage in.
3. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van Politie Noord-Nederland d.d. 3 november 2015, opgenomen op de pagina's 216 tot en met 218 van voornoemd dossier, inhoudende als verklaring van verdachte:
(
Vraag verbalisanten: Ik laat je een politiefoto zien van een man. Wie is deze man?) Dit is [medeverdachte 2] . Deze [medeverdachte 2] was de laatste maanden wel in de door mij verhuurde schuur aan de [adres 2] te [plaats] . (
Opmerking verbalisanten: Wij toonden de verdachte een politiefoto met nummer PIO2GL15:552. De man op deze foto is [medeverdachte 2] , geboren [1967] te [geboorteplaats 2] .) (
Vraag verbalisanten: We tonen jou een politiefoto van een man. Wie is deze man?) Dit is [medeverdachte 1] . [medeverdachte 1] was de laatste tijd bij [medeverdachte 2] . Ik heb [medeverdachte 1] drie keer getroffen bij mij thuis. (
Opmerking verbalisanten: Wij verbalisanten toonden de verdachte een politiefoto met nummer PIO2GL15:553. De man op deze foto is [medeverdachte 1] , geboren [1962] .) Ik hoorde van mijn vriendin [naam 1] dat er in de periode dat ik op vakantie was, dus eind augustus begin september 2015, een [naam 2] bij mij op het erf is geweest. [naam 2] was er samen met [medeverdachte 2] . Ik heb zelf bij [medeverdachte 2] nog een andere persoon gezien. Dit was voor mijn vakantie. Ik heb [medeverdachte 2] gezien in een witte bus. Deze bus kwam af en toe. Het waren wel verschillende witte bussen.
4. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van Politie Noord-Nederland d.d. 12 november 2015, opgenomen op de pagina's 221 tot en met 226 van voornoemd dossier, inhoudende als verklaring van verdachte:
We hebben de huurovereenkomst niet meer kunnen vinden. Die Pool heb ik nooit meer gezien. Ik weet niet of het huurcontract wel of niet is ondertekend. Die Pool zei weinig. Het was meer die [medeverdachte 2] die het woord deed. De man die in de periode voor mijn vakantie naar Frankrijk bij [medeverdachte 2] was, noemde ik [naam 3] . Ik kon alleen in het voorste deel van de schuur komen. Er is wel eens een opmerking in mijn richting gemaakt door kennissen. Er werd dan gedoeld op wiet.
5. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van Politie Noord-Nederland d.d. 26 februari 2016, opgenomen op de pagina's 242 tot en met 249 van voornoemd dossier, inhoudende als verklaring van verdachte:
Ik ben de laatste twee weken van augustus en de eerste week van september op vakantie naar Frankrijk geweest. Voordat ik op vakantie ging, waren ze daar al. Ze waren toen in de schuur bezig, onder andere met timmerwerkzaamheden. [medeverdachte 2] vertelde mij dat zij met stellingen bezig waren en dat hij een hokje moest hebben. Vanaf toen is er ook een slot op die tussendeur gekomen. Vandaar dat toen ook die camera is opgehangen. [medeverdachte 2] was in die periode samen met die man, [naam 3] . (
Vraag verbalisanten: U hebt eerder ook verklaard dat u wel eens wat had geroken daar. Ik welke periode was dit?) Dit is in de periode geweest, nadat ik terug was gekomen van mijn vakantie in Frankrijk. Het was een zurige lucht, iets chemisch. [medeverdachte 2] zei mij dat ze met zuur bezig waren. [medeverdachte 1] was een maatje van [medeverdachte 2] . Ze kwamen ook altijd samen. Ze kwamen wel eens met een bestelbusje. Dit was in de periode, nadat ik terug was gekomen van mijn vakantie in Frankrijk. (
Vraag verbalisanten: [getuige 1] heeft verklaard dat het een ieder van jullie wel bekend was dat de jongens in de schuur niet aan het sleutelen of aan het pannenkoeken bakken waren, maar zich ergens anders mee bezig hielden. Vertel eens van uw kant hoe dit zit?) Er is wel over gesproken en uit de gein is er best wel eens over gespeculeerd. Ik heb een keer aan [medeverdachte 2] gevraagd wat ze aan het doen waren. Dit was in de zomer. [medeverdachte 2] antwoordde toen dat zij in de ‘Miauw, miauw’ zaten. Ik heb daar verder niet naar gevraagd. Ik had zoiets van, hij wil daar niet over praten. De tussendeur zat altijd op slot. Er paste een speciale sleutel op. Zij hadden die sleutel in hun bezit, ik had er geen sleutel van.
6. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van Politie Noord-Nederland d.d. 31 oktober 2015, opgenomen op de pagina's 157 tot en met 159 van voornoemd dossier, inhoudende als verklaring van [medeverdachte 1] :
Ik ben volgens mij gistermorgen daar gekomen waar ik ben aangehouden. Ik was daar samen met [medeverdachte 2] . Ik ben voor hem aan het werk geweest in Friesland. Ik heb twee keer geld van hem gehad. Ik verrichtte daar werkzaamheden in de vorm van dingen aangeven, dingen spoelen, dingen opruimen, dingen in de gaten houden. Er werden kristallen gemaakt, MDA of MDMA. Het is algemeen bekend dat dit een grondstof is van XTC. Ik heb tijdens dit werk wel last gehad van mijn adem en dergelijke. Ik hoorde van [medeverdachte 2] wel dat ik af en toe een masker op moest zetten tijdens dit werk. Ik weet ook wel dat het daar gemaakt werd en dat ik daar ook aan mee heb gewerkt door de dingen te doen die ik genoemd heb.
7. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van Politie Noord-Nederland d.d. 1 november 2015, opgenomen op de pagina's 160 tot en met 162 van voornoemd dossier, inhoudende als verklaring van [medeverdachte 1] :
De man die in de woning woont, ken ik als [verdachte] . Ik heb wel spullen of vaten schoongemaakt die vervolgens door [medeverdachte 2] weggebracht werden. Dit waren dan blauwe tonnen. U toont mij een A4 met daarop afgebeeld kopieën van drie briefjes met aantekeningen. Ik kan daarvan zeggen dat de onderste kopie iets vermeldt met wat ik moest doen. Dit heb ik zelf opgeschreven naar aanleiding van wat [medeverdachte 2] mij vertelde. Het onderste briefje staat onder P een getal, daarnaast staat ACE, dit staat voor aceton. Daarnaast Zr voor zuur. De getallen zijn de verhouding die bij het P gemengd moesten worden. Daar was ik volgens mij op donderdagavond mee bezig. Het andere briefje vermeldt het aantal vaten en hoeveel er in de diepvries waren gedaan. Ik denk dat ik in totaal een keer of vier/vijf/zes daar geweest ben over een periode van de laatste vier weken. Over vrijdag kan ik zeggen, dat er nog wat afval weggegaan is. [medeverdachte 2] heeft iets weggebracht in een busje. Ik heb geholpen ongeveer 15 jerrycans in te laden in die bus. [medeverdachte 2] was daarvan teruggekomen op het moment dat de politie kwam en ons aanhield. Ik heb deze jerrycans schoongemaakt.
8. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van Politie Noord-Nederland d.d. 2 november 2015, opgenomen op de pagina's 168 en 169 van voornoemd dossier, inhoudende als verklaring van [medeverdachte 1] :
Ik heb qua werk daar wel geholpen met wat lossen uit de auto of inladen van dingen die ik schoongemaakt heb. De auto was dan een bus. Het betrof dan blauwe vaatjes. Waar [medeverdachte 2] bij was mengde ik ook wel de vloeistoffen zoals ze op het papiertje stonden.
9. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van Politie Noord-Nederland d.d. 9 november 2015, opgenomen op de pagina's 170 tot en met 173 van voornoemd dossier, inhoudende als verklaring van [medeverdachte 1] :
Ik heb twee keer vaten zitten schoonmaken in opdracht van [medeverdachte 2] . Verder deed ik in het lab wat kleine klusjes zoals aanvegen en roeren van vloeistoffen. Elke keer dat we er waren, was [medeverdachte 2] in de schuur aan het werk. Die keren dat ik in de ruimte was, was [medeverdachte 2] bezig met de productie van MDMA. [medeverdachte 2] was dan met de kookplaat bezig of aan het mengen of verwarmen. Toen ik voor het eerst in de schuur kwam, stond het materiaal voor het drugslab er al zoals de vriezers, kookplaat et cetera. In opdracht van [medeverdachte 2] maakte ik de vaten schoon. Als de vaten schoon waren bracht [medeverdachte 2] deze vaten weg. [medeverdachte 2] ging met de auto weg en kwam dan even later met een bus waarin de vaten werden gezet. [medeverdachte 2] reed dan weg en kwam even later weer met de auto terug.
10. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van Politie Noord-Nederland d.d. 14 december 2015, opgenomen op de pagina's 174 tot en met 178 van voornoemd dossier, inhoudende als verklaring van [medeverdachte 1] :
De eerste keer dat ik in die schuur kwam, zag ik daar allemaal vaten staan. Dit waren vaten blauw, zwart en wit van kleur. Ook waren daar pannen met deksel bij. Deze vaten trof ik daar in verschillende ruimtes. Ik trof ze daar wel in de werkruimte, waar ik bezig ben geweest voor [verdachte] en voor [medeverdachte 2] . Maar diezelfde soort vaten heb ik ook wel zien liggen in de ruimte, waar de koelkast van [verdachte] staat en vooraan in de stalruimte, waar al die stallen zijn en ook de puppies van [verdachte] verbleven. (
Noot verbalisant: De verdachte tekent de situatie op papier (bijlage 3) onderverdeeld in ruimtes 1, 2, 3, en 4. De ruimtes waar hij toen wel vaten had zien staan, betreft de ruimtes 1 en 3). Ik heb daar wel een grote ketel en rode flessen gezien. Deze stonden toen onder plastic in de werkruimte (ruimte 3). Toen ik in die 4e ruimte kwam, zag ik dat daar ook ketels stonden.
11. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van Politie Noord-Nederland d.d. 4 november 2015, opgenomen op de pagina's 358 tot en met 361 van voornoemd dossier, inhoudende als verklaring van [getuige 2] :
Ik kom regelmatig bij [verdachte] thuis aan de [adres 1] te [plaats] . Sinds ongeveer een half jaar heeft [verdachte] zijn schuur op perceel [adres 1] te [plaats] verhuurd. Zodoende heb ik afgelopen maanden ook wel personen bij de woning van [verdachte] gezien die ik niet kende. De man op de eerste foto die u mij toont, ken ik met de naam [medeverdachte 2] . [medeverdachte 2] heb ik enkele keren hier op het erf of in [verdachte] zijn woning gezien. Deze [medeverdachte 2] was dan in het gezelschap van andere personen. [medeverdachte 2] en deze personen zaten meestal in de door hun gehuurde schuur. De man op de andere foto ken ik niet van naam. Deze man was de laatste tijd samen met die [medeverdachte 2] . (
Opmerking verbalisanten: Wij toonden getuige eerst politiefoto PI02GI:15:552 en daarna politiefoto PI02GL:15:553.) Ik heb bij genoemde [medeverdachte 2] volgens mij twee of drie andere personen gezien op het adres [adres 1] te [plaats] . In de tijd dat [verdachte] op vakantie was, dus eind augustus begin september 2015, was hier een oudere man. Deze man noemde zich [naam 2] . Als ze kwamen reden ze vaak via de achterzijde de schuur in.
12. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van Politie Noord-Nederland d.d. 11 december 2015, opgenomen op de pagina's 364 tot en met 372 van voornoemd dossier, inhoudende als verklaring van [getuige 2] :
Ik denk dat ik [medeverdachte 2] in het voorjaar van 2015 voor het eerst heb gezien. Die man die met hem is opgepakt, [medeverdachte 1] , die door [verdachte] [medeverdachte 1] wordt genoemd, heb ik pas in september 2015 daar voor het eerst gezien. [verdachte] was toen alweer thuis van zijn vakantie in Frankrijk. De eerste man die ik daar gezien heb, heet [naam 3] . Als ik [naam 3] daar zag, was [medeverdachte 2] daar veelal ook. Deze [naam 3] zag ik daar helemaal in het begin, zeg maar voor de zomervakantie 2015. Er was altijd wel iemand van hen in de schuur bezig. Ik kwam hoogstens in de eerste ruimte van de schuur. Ik bedoel hiermee de voorste ruimte van de schuur waar de vriezer en koelkast van [verdachte] stonden. Ik kwam bijna nooit in de naastgelegen ruimte van de schuur, waar [verdachte] zijn wasmachine en droogmachine had staan. Het overige deel van die schuur huurden die mannen en dat was afgescheiden met een muur en een deur met daarop een slot. In de woning werd geregeld gespeculeerd. Ik vond het namelijk vreemd dat ze de deuren van de schuur altijd dicht hadden en dat er een camera hing. Ik heb daar wel eens wat geroken. Ik noem het een koele/koude lucht. Ik rook die geur aan de achterkant van de schuur. [getuige 1] had een keer "koudstik soda" (de rechtbank begrijpt: caustic soda) in de schuur van [verdachte] zien liggen. Dit was afgelopen zomer. Ik ken het spul alleen als ontstoppingsmiddel.
13. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van Politie Noord-Nederland d.d. 8 december 2015, opgenomen op de pagina's 380 tot en met 389 van voornoemd dossier, inhoudende als verklaring van [getuige 1] :
Ik kwam dagelijks op het adres [adres 1] te [plaats] . Ik denk dat ik [medeverdachte 2] ken sinds afgelopen zomer. [medeverdachte 2] deed zich voor als automonteur, maar volgens mij was hij dat niet. Hij had nooit smerige en/of vette handen. Ik denk dat ik hem in totaal een keer of tien bij de woning van [verdachte] in [plaats] heb gezien. Ik heb hem daar een paar keer getroffen met een man, die ik ken als [naam 3] . Ook heb ik een keer een andere man bij hem gezien. Dit was in de zomerperiode dat [verdachte] op vakantie in Frankrijk was. [naam 3] zag ik daar voor het eerst in april/mei 2015. [naam 3] was altijd samen met [medeverdachte 2] . De mannen waren vaak in de schuur en reden vaak de auto's naar binnen. Ze deden dit via de deuren aan de achterzijde. De deur van de tussenwand zat op slot. Ik kwam een enkele keer ook wel in de tweede ruimte. Daar staan de wasmachine en de droger. In de derde ruimte kwam ik de laatste tijd niet meer. Dit kwam omdat de tussendeur tussen de tweede en derde ruimte op slot zat. Ik heb twee keer een vreemde geur geroken. Die keer dat [verdachte] vuil aan het verbranden was, lag er een deels verbrande zak met NaOH in de sloot/greppel. Ik weet dat dit staat voor natriumhydroxide. [naam 1] zei dat het "koudstik" soda of zoiets was, iets dat gebruikt werd om leidingen schoon te maken. Iedereen die daar kwam, wist dat ze daar niet pannenkoeken aan het bakken waren. Dat het geen zuivere koffie was wat daar in de schuur gebeurde. Dat was zo duidelijk als wat door al die lucht en reuk. [naam 1] , ik en vele mensen hebben daar wel over gesproken. Tegen mij is altijd door die [medeverdachte 2] gezegd: “Het is een bestanddeel om drugs te maken, we zijn alleen nog maar aan het proefdraaien en het is niet illegaal. We kunnen niet opgepakt worden.” In het gesprek dat ik vorige week met [verdachte] had, vertelde hij mij dat die jongens het over "Miauw, miauw” hadden.
14. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van Politie Noord-Nederland d.d. 19 december 2015, opgenomen op de pagina's 400 tot en met 405 van voornoemd dossier, inhoudende als verklaring van [getuige 3] :
Ik weet dat er lui in de schuur van [verdachte] zaten. Ik heb daar 3 à 4 keer mensen getroffen die in de schuur werkzaam waren. Ik weet alleen de naam [medeverdachte 2] . Ik heb hem daar een paar keer gezien. Ik denk in september/oktober. Ik heb daar 1 of 2 keer een lange slungel getroffen. (
Noot verbalisant: Ik toonde de getuige een politie foto PI02GI:15:553). Dit is langere man. Ik heb app-jes van [getuige 1] ontvangen over die vreemde geuren. Op het laatst, ik denk dat dit in september/oktober 2015 is geweest, heb ik daar wel een vreemde lucht geroken. Ik ben later nog wel in de schuur geweest, nadat het drugslaboratorium was ontmanteld. [verdachte] had met de hogedrukspuit de schuur schoongespoten. Maar er hing nog wel een vreemde lucht in die schuur. Pas in september/oktober kwam ik daar weer geregeld. Ik heb diezelfde geur daar toen wel eens vaker geroken. Ik heb [verdachte] enkele keren gevraagd wat die vreemde geur kon zijn, maar ik kreeg hier niet echt een duidelijk antwoord op van hem.
15. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van de Landelijke Faciliteit Ontmantelen (hierna: LFO) van de Nationale Politie d.d. 23 februari 2016, opgenomen op de pagina's 452 tot en met 466 van voornoemd dossier, inhoudende als verklaring van verbalisant [verbalisant] :
Op 30 oktober 2015 werd op de locatie [adres 1] te [plaats] een in werking zijn synthetische drugslaboratorium aangetroffen. Ik heb op 30 oktober 2015 en 31 oktober 2015 een onderzoek ingesteld naar de aangetroffen chemicaliën, productieapparatuur en half-/eindproducten. Wij treden hierbij op als (inter-)nationale veiligheid- en ervaringsdeskundige (politie-expert LFO) bij het aantreffen van vermoedelijke (synthetische) drugs productieplaatsen en ik heb een (zeer ruime) ervaring in het verkennen, onderkennen en ontmantelen van dergelijke locaties. Daarnaast treed ik hierbij op als technisch ingenieur gespecialiseerd in de (proces)technisch opbouw en werking van productieapparatuur gebruikt bij de productie van (synthetische) drugs.
Het perceel [adres 1] te [plaats] kan via een verharde oprit worden betreden. Links
van de oprit ligt een vrijstaande woning. Achter de woning ligt een vrijstaande schuur welke
aan de voorzijde via een garagedeur en/of loopdeur kan worden betreden. Aan de achterzijde
is deze schuur voorzien van een tweetal openslaande deuren. Na opening van de deur van de schuur bleek dat deze in een viertal ruimtes was verdeeld. In de achterste twee ruimtes was een groot synthetisch drugslaboratorium gevestigd. De in de schuur aanwezige ruimtes betroffen:
Ruimte A: Toegang ruimte, in gebruik als opslagruimte voor o.a. een vriezer en koelkast; Ruimte B: Opslagruimte voor de opslag van o.a. paardenzadels;
Ruimte C: Laboratorium ruimte I, afmetingen: lengte 6,25 meter en 5,35 meter breed;
Ruimte D: Laboratorium ruimte II, afmetingen: lengte 6,25 meter en 2,82 meter breed.
Daarnaast bleek dat boven ruimte A en B een zoldergedeelte was aangelegd. Deze zolder kon
worden betreden vanuit ruimte C via een losse ladder. Deze ruimte is ruimte Z genoemd.
Nadat de in het laboratorium aanwezige verdachten waren aangehouden werd door LFO
medewerker R. de Vrij een verkenning uitgevoerd. Tijdens deze verkenning bleek dat de
verdachten bezig waren geweest met het mengen van chemicaliën. Als gevolg hiervan werd
een hoge concentratie aceton waargenomen. Hierop werd door ons met behulp van adembescherming een nader onderzoek ingesteld. Wij zagen dat in ruimte D op de vloer een
10-tal opengesneden jerrycans stonden. In elk van deze jerrycans zat een donkerkleurige
vloeistof. Tevens zagen wij dat in een speciekuip eveneens een donkerkleurige vloeistof zat.
Op een stoel, welke naast de jerrycans stond, lag een zwarte jerrycan welke was voorzien van
een aftapkraan. De jerrycan bevatte zoutzuur.
Bij de productie van 3,4-Methyleendioxymetamfetamine (MDMA) wordt in een van de productiefasen, de kristallisatiefase, de MDMA olie omgezet in een vaste stof, namelijk MDMA-hcl. Deze omzetting vindt plaats door de MDMA olie te vermengen met aceton, waarna zoutzuur wordt toegevoegd. Om het kristallisatieproces te optimaliseren wordt veelal de te gebruiken aceton voorgekoeld in een vriezer. Tevens wordt na het mengen, het mengsel gedurende langere tijd in een vriezer geplaatst. De aangetroffen situatie in ruimte D betrof het kristallisatieproces.
Iedere ruimte werd door ons geïnventariseerd. Deze inventarisatie wordt hieronder weergegeven.
Ruimte C: Laboratoriumruimte I
Nr. Omschrijving Totaal
C1 Speciekuip met 6,3 kg netto brokken en kristallen 6,3kg MDMA
C2 Blauw 220L dopvat. Leeg
C3 14x 50L waterstofgascilinder
C4 RVS ketel met roermotor, druk- en temperatuurmeter,
C5 2x blauwe 30L jerrycan met opschrift ‘AC’ en ‘?‘, geheel 60L aceton
gevuld met heldere kleurloze vloeistof, geur aceton
C6 Diepvries met daarin 4 jerrycans, volledig gevuld met 97,49kg aceton
aceton, gewichten: 24,68kg, 25,65kg, 24,33kg, 22,83kg
C7 Diepvries met 7 opengesneden jerrycans met daarin 29,48kg natte
- 16,20kg, waarvan 4,57kg kristallen (monster A en B) kristallen, MDMA
- 15,22kg, waarvan 4,50kg kristallen
- 15,54kg, waarvan 4,62kg kristallen
- 15,52kg, waarvan 4,54kg kristallen (monster C en D)
- 15,90kg, waarvan 4,55kg kristallen
- 11,23kg, waarvan 3,2 8kg kristallen
- 11,68kg, waarvan 3,42kg kristallen
C8 Diepvries met 8 opengesneden jerrycans met daarin: 29,6kg natte
- 16,15kg, waarvan 4,64kg kristallen (monster A en B) kristallen, MDMA
- 16,10kg, waarvan 4,25kg kristallen
- 16,09kg, waarvan 4,5 8kg kristallen (monster C en D)
- 13,40kg, waarvan 0,63kg kristallen
- 16,22kg, waarvan 4,68kg kristallen
- 15,49kg, waarvan 4,16kg kristallen
- 11,55kg, waarvan 3,40kg kristallen (monster E en F)
- 11,80kg, waarvan 3,26kg kristallen
C9 Zwart kunststof vat, hoogte 520mm en doorsnede 620mm
C10 Werkbank met diverse gereedschappen en dergelijke. O.a.
papierenfilters, trechters, slangenklemmen, pH meters,
handschoenen, doppen, kussenslopen, gasmaskers.
C11 Gemodificeerde PVC pijp
C12 Volle 25L jerrycan met heldere kleurloze vloeistof. 25L methanol
C13 Chiquita doos met grijze zak, inhoudende 19,2kg 19,2kg 2-broom-4’-
methylpropiofenon
C14 Plastic zak met papieren filter en 180 gram kistallen 180 gram mefedron
C15 6x zwarte 25L jerrycan, 5x vol en lx leeg met zure 125L zoutzuur
rokende vloeistof
C16 29x blauwe 30L jerrycan, allen geheel gevuld met 870L aceton
aceton. Opschrift ‘AC’
C17 14x blauwe 20L jerrycan + 2x zwarte 20L jerrycan, 330L DCM
allen gevuld met DCM. +lx 10L
C18 3x blauwe 30L jerrycan met opschrift "MET" 30L methanol
C19 Witte 5L jerrycan inhoudende 4L heldere vloeistof, 4L ethanol
opschrift "ethanol"
C20 2x witte 40L jerrycan en 1 x 20L met 100L
monomethylamine monomethylamine
C21 Witte 10L jerrycan met 4L heldere vloeistof 4L DCM
C22 2x blauwe 20L jerrycan, allen geheel gevuld met zoutzuur 40L zoutzuur
C23 Blauw kunststof 200L vat, 2x vol, lx 1/3e vol en lx 2/3 vol 600L
met monomethylamine monomethylamine
C24 Lichtblauw kunststof vat, 200L, inhoudende 80L 80L monomethylamine monomethylamine
C25 3x 25L zwarte jerrycan, 2x vol en lx leeg 50L onbekend
C26 2x 20L zwarte jerrycan, allen gevuld, neutraal 40L onbekend
C27 lx 20L zwarte jerrycan, gevuld met heldere vloeistof, neutraal 20L onbekend
C28 lx zwarte 20L jerrycan met 10L monomethylamine 10L
monomethylamine
C29 2x 5L jerrycan met basische vloeistof, opschrift MEK 10L MEK
C30 Blauwe 20L jerrycan, geheel gevuld met mierenzuur 20L mierenzuur
C31 6x blauwe tonnetjes leeg
Ruimte D: Laboratoriumruimte II
Nr. Omschrijving Totaal
D1 4x opengesneden blauwe 30L jerrycan, pH 1. Netto gewichten 53 kg
14,14kg, 16,29kg, 12,41kg, 10,16kg
D2 5x opengesneden blauwe 30L jerrycan, pH 4. Netto gewichten 70,18kg
15,96kg, 13,36kg, 15,81kg, 12,68kg, 12,37kg
D3 lx opengesneden blauwe 30L jerrycan, pH 8. Netto gewicht 4,36kg
4,36kg
D4 Speciekuip met 5kg olie 5 kg olie
D5 Witte 20 liter jerrycan, leeg
D6 Zwarte 25L jerrycan met schenkkraantje, geheel gevuld met 25L zoutzuur
zure rokende vloeistof
D7 Witte 20L jerrycan met +/- 8L zure rokende vloeistof 8L zoutzuur
D8 Zwarte 25L jerrycan met etiket Brenntag Zoutzuur 36%, leeg
D9 5x opengesneden jerrycan (3x wit en 2x blauw met bovenkant)
D10 Plastic zak met gelige kristallen, "POES", 1090 gram bruto 1090 gr 2-broom-4'-
methylpropiofenon
D11 Ingetapete zak met opschrift "POES", 5,97kg bruto. Daarin 5,97kg bruto 2-
aluminium sealzak met gelige kristallen broom-4’-
methylpropiofenon
D12 14x 25kg Anwil Caustic Soda 350kg caustic soda
D13 Kussensloop (nieuw verpakt) en lege verpakkingen
D14 Blauwe 30L jerrycan, geheel gevuld met heldere, kleurloze 30L aceton
vloeistof, opschrift "AC" en geur aceton.
D15 Blauwe 30L jerrycan, opschrift ‘schoon’ ‘met’ voor 25L 25L methanol
gevuld met oudroze, heldere vloeistof.
D16 30L klemdekselvat. Geheel gevuld met heldere bruine 30L onbekend
vloeistof, geur aceton, pH neutraal
D17 Zelfbouw doekafscheider met kristallen, 100 gram bruto 100 gram MDMA
D18 4x 5L jerrycan, etiket ‘Aceton’, opschrift ‘DCM’, alle vier vol 20L
dichloormethaan
D19 Opengesneden witte 25L jerrycan met 2L vloeistof met 2L aceton met
bezinksel bezinksel
D20 Witte 20L jerrycan voor de helft gevuld met donkere 10L donkere
olieachtige basische vloeistof, opschrift ‘PET’. (11,11kg bruto) olieachtige, basische
vloeistof
D21 2 maatbekers, 5000 en 700ml
D22 Blauwe 30L jerrycan met 10L heldere kleurloze vloeistof 10L aceton
geur aceton.
D23 Blauwe 30L jerrycan, geheel gevuld met heldere oranje 30L aceton
vloeistof, geur aceton.
D24 RVS onderstel van 40mm hoekprofiel en 40x40mm buis
D25 Dräger klimaatkast met 5 droogrekken, met in ieder rek 60,23kg bruto
kussenslopen met brokken/kristallen MDMA MDMA kristallen
A 4,12kg bruto (1e lade) (bemonsterd)
B 6,4kg bruto (2e lade)
C 8,5kg bruto
D 7,94kg bruto (beiden 3e lade)
E 8,68kg bruto
F 8,46kg bruto (beiden 4e lade)
G 7,8kg bruto
H 8,33kg bruto (beiden 5e lade)
D26 Roerder, merk Pattfield
D27 Vacuümpomp
D28 Vacuümpomp, zwaar aangetast
D29 Gasbrander + houder, aangesloten op propaangascilinder
D30 Drukpomp met 1L vloeistof, zeepoplossing
D31 Diverse slangen, verwarmingsspiralen, zeef, schep, trechter,
zeeftrechter, bril, tas met rubberen stop etc.
D32 5x zwarte 12L emmer, verontreinigd
D33 RVS ketel (60cm hoogte met 50mm zetranden en 60cm door-
snede) met druk- en temperatuurmeter, 1 uitlaat, 2 slangen tulen
en 1 destillatieaansluiting met restant vloeistof en RVS koeler
D34 RVS ketel (120cm hoogte en 60cm doorsnede) met Circa 46L
frequentieregelaar, roermotor en reflux. Half- en onderaftap. reactiemengsel
D35 Opengesneden blauwe jerrycan met verpakking caustic soda
(restanten)
D36 Witte 20E jerrycan met +/- 7L heldere kleurloze vloeistof 7L onbekend
D37 Glazen afscheider
D38 Vacuümpomp
D39 Gaswasser
D40 Koelunit
D41 Glazen spiraalkoeler
D42 Aantekeningen
D43 Diverse gereedschappen op werkbank
D44 Witte 25L jerrycan, etiket ‘methylene chloride’ met +/- 10L 10L onbekend
bruine vloeistof
D45 Blauwe 20L jerrycan, opschrift "AF", voor 18L gevuld met 18L onbekend
heldere gelige vloeistof
D46 Wijnfles zonder etiket, met zure rokende vloeistof 1L zoutzuur
D47 Kunststof bak met glaswerk (2x 1L rondbodenkolf,
koppelstukken, scheitrechter, etc) en 3 spiraalkoelers
D48 Vormar tas met kleine RVS ketel en reduceerventiel geschikt
voor Argon
D49 RVS keteltje (30cm hoog en 22cm doorsnede) met bruine
basische vloeistof
D50 Vriezer met daarin 20L aceton en
- Blauwe 30L jerrycan met 20L heldere kleurloze 34,62kg
vloeistof, geur aceton kristallisatievloeistof
- Opengesneden 30L jerrycan met 12,48kg aan vloeistof MDMA kristallen
en bodem kristallen
- Opengesneden blauwe jerrycan met 12,44kg vloeistof
waarvan 0,35kg kristallen
- Opengesneden jerrycan met 9,70kg vloeistof met kristallen
Ruimte Z: zolderruimte
Nr. Omschrijving Hoeveelheid
Z1 Blauwe 20L jerrycan, geheel gevuld met zure rokende 20L zoutzuur
vloeistof
Z2 4x witte 5L jerrycan, leeg, etiket Aceton, op 1 opschrift "DCM"
Z3 11x 30L blauwe jerrycan met opschrift ‘AC’ gevuld met 330L aceton
heldere kleurloze vloeistof geur aceton
Op 11 november 2015 zijn de overige monsters bij het Nederlands Forensisch Instituut aangeleverd. De resultaten staan in de NFI rapportage, datum 9 februari 2016, zaaknummer [nummer 2] .
In het labotorium werden een zeer grote zelfgebouwde drukreactievat (inhoud circa 289 liter), een reactievat en een distillatieketel aangetroffen. Het betreft hier zeer grote en professionele productieapparatuur. Door mij en de overige LFO medewerkers is een groot aantal verschillende stoffen en afvalstoffen aangetroffen die zijn of kunnen worden gebruikt voor de omschreven productieprocessen.
In totaal is aan eindproduct aangetroffen:
- circa
126,06 kg(deels natte) MDMA kristallen (C1, C7, C8, D4, D17, D25 en D50) en een niet nader bepaalde hoeveelheid MDMA (in oplossing) (C4, D1, D2, D3, D4, D19, D20, D23, D33, D49 en D50);
- circa
0,180 kg4-methylmethcathinon (mefedron) kristallen en een niet nader bepaalde hoeveelheid 4-methylmethcathinon (mefedron) in vloeistof.
Indien wordt uitgegaan van een gemiddelde hoeveelheid werkzame stof - MDMA - van 120
mg per tablet kunnen uit 126,06 kg MDMA circa
1.050.500 MDMA tablettenworden geproduceerd.
16. Een deskundigenrapport afkomstig van het Nederlands Forensisch Instituut van het Ministerie van Veiligheid en Justitie, zaaknummer [nummer 2] , d.d. 9 februari 2016 opgemaakt door dr. J.W. Hulshof, op de door hem/haar afgelegde algemene belofte als vast gerechtelijk deskundige, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven, als zijn/haar verklaring:
De resultaten van het onderzoek zijn vermeld in tabel 1.
Tabel 1 Onderzoeksmateriaal en resultaat
Kenmerk Omschrijving Resultaat
C1 monster crèmekleurig kristallijn poeder en bevat MDMA
brokjes
C4 monster lichtbruine vloeistof met zwart bevat MDMA, methylamine
bezinksel en platina in methanol
C6 monster kleurloze vloeistof bevat aceton
C7-A monster lichtbruine vloeistof (monster A) bevat MDMA en PMK in
aceton
C7 monster wit kristallijn poeder en brokjes bevat MDMA
C7-C monster lichtbruine vloeistof (monster C en D) bevat MDMA en PMK in
aceton
C7-D monster wit kristallijn poeder en brokjes bevat MDMA
(monster C en D)
C8-A monster lichtbruine vloeistof (monster A en B) bevat MDMA en PMK in
aceton
C8-B monster lichtbruine vloeistof (monster A en B) bevat MDMA
C8-C monster bruine vloeistof (monster C en D) bevat MDMA en PMK in
aceton
C8-D monster oranje/bruin vochtig materiaal bevat MDMA
(monster C en D)
C8-E monster bruine vloeistof (monster E en F) bevat MDMA en PMK in
aceton
C8-F monster crèmekleurig kristallijn poeder en bevat MDMA
brokjes (monster E en F)
C9 monster kleurloze vloeistof bevat methylamine in
methanol
C13 monster wit kristallijn poeder bevat 2-broom-4’-
methylpropiofenon
C14 monster lichtroze poeder bevat mefedron
C17 monster kleurloze vloeistof bevat dichloormethaan
D1 monster bruine vloeistof bevat MDMA en PMK in
aceton
D2 monster bruine vloeistof bevat MDMA en PMK in
aceton
D3 monster lichtgele vloeistof bevat lage concentraties
MDMA
D4 monster bruine vloeistof bevat MDMA en PMK in
aceton
D6 monster kleurloze vloeistof bevat (geconcentreerd)
zoutzuur
D10 monster wit kristallijn poeder bevat 2-broom-4’-
methylpropiofenon
D11 monster wit kristallijn poeder bevat 2-broom-4-
methylpropiofenon
D14 monster kleurloze vloeistof bevat aceton
D15 monster lichtbruine vloeistof bevat een lage concentratie
mefedron in methanol
D17 monster lichtgrijs kristallijn poeder en brokjes bevat MDMA
D18 monster kleurloze vloeistof bevat dichloormethaan
D19 monster lichtgele vloeistof met crèmekleurig de vloeistof bevat MDMA in
bezinksel in aceton; het bezinksel bevat MDMA
D20 monster lichtbruine vloeistof bevat MDMA en
methylamine in methanol
D23 monster bruine vloeistof bevat MDMA en PMK in
aceton
D25 monster lichtgrijs kristallijn poeder en brokjes bevat MDMA
D33 monster donkerbruine olieachtige vloeistof bevat MDMA
D34 monster lichtgele vloeistof op een de onderlaag bevat
donkerbruine olieachtige vloeistof mefedron en mefedron gerelateerde
verontreinigingen; de bovenlaag is een sterk alkalische waterige vloeistof
D45 monster lichtoranje vloeistof bevat dichloormethaan
D49 monster donkerbruine vloeistof bevat MDMA en mefedron
D50 monster bruine vloeistof bevat MDMA en PMK in
aceton
Z1 monster lichtgele vloeistof bevat (geconcentreerd)
zoutzuur
Z3 monster kleurloze vloeistof bevat aceton
Uit de resultaten van het laboratoriumonderzoek en de ontvangen foto’s volgt dat een groot deel van het onderzoeksmateriaal is terug te voeren op de volgende twee processen:
1. Vervaardiging van MDMA uit PMK met een reductieve aminering;
2. Vervaardiging van mefedron uit 2-broom-4’-methylpropiofenon en methylamine.
Proces 1. Vervaardiging van MDMA uit PMK met een reductieve aminering. Er zijn diverse syntheseroutes voor de vervaardiging van MDMA bekend; verschillende hiervan worden bij illegale vervaardiging toegepast. Een globale omschrijving van het in Nederland meest aangetroffen proces is als volgt. De grondstof piperonylmethylketon (PMK) wordt gemengd met (een oplossing van) methylamine en een alcohol, zoals methanol. Hieraan wordt een platinakatalysator toegevoegd en onder roeren wordt waterstofgas doorgeleid. De PMK wordt hierdoor omgezet in MDMA-base. Na afloop van de reactie wordt de katalysator doorgaans uit het reactiemengsel verwijderd. De vloeistof bestaat voornamelijk uit MDMA en methylamine in het gebruikte alcohol. Het alcohol en de methylamine worden afgedestilleerd. Hierbij blijft MDMA-base over als een olieachtige vloeistof. Het alcohol en de methylamine blijft over als afval; dergelijke afvalfracties bevatten doorgaans ook lage concentraties MDMA en/of PMK. De olieachtige MDMA-base wordt omgezet in het zout, een vaste stof. Deze omzetting wordt uitgevoerd door MDMA-base op te lossen in aceton en daar zoutzuur (als gas of als oplossing in water) aan toe te voegen. Het gevormde MDMA hydrochloride is slecht oplosbaar in aceton en kristalliseert uit. De kristallen worden verzameld door middel van filtratie en het oplosmiddel aceton blijft over als afval. In dit afval, in de vorm van geel tot bruin gekleurde aceton, zijn vaak nog lage
concentraties MDMA en/of PMK en diverse (synthese)verontreinigingen aanwezig.
Proces 2. Vervaardiging van mefedron uit 2-broom-4’-methylpropiofenon en methylamine. In de literatuur en op internet staan verschillende recepten beschreven voor de vervaardiging van mefedron uit 2-bromo-4’-methylpropiofenon en methylamine. Een globale omschrijving van deze omzetting is als volgt. De grondstof 2-bromo-4’-methylpropiofenon wordt gemengd met methylamine (als gas of als oplossing in water en/of methanol) en dichloormethaan. Het reactiemengsel wordt vervolgens enkele uren geroerd. De mefedron-base kan op verschillende manieren uit het reactiemengsel geïsoleerd worden, bijvoorbeeld door het uitvoeren van een zuur/base extractie of door het oplosmiddel en de methylamine te verwijderen met een destillatie. De olieachtige mefedron-base wordt omgezet in het zout, een vaste stof. Deze omzetting wordt uitgevoerd door mefedron-base op te lossen in aceton en daar zoutzuur (als gas of als oplossing in water) aan toe te voegen. Het gevormde
mefedron-hydrochloride is slecht oplosbaar in aceton en kristalliseert uit. De kristallen worden verzameld door middel van filtratie en het oplosmiddel aceton met daarin lage concentraties mefedron en/of mefedron gerelateerde (synthese)verontreinigingen blijft over als afval.
Conclusie. In het onderzoeksmateriaal is MDMA, mefedron, PMK, zoutzuur en aceton
aangetoond. Een groot deel van het onderzoeksmateriaal is gerelateerd aan de vervaardiging van MDMA uit PMK met een reductieve aminering en de vervaardiging van mefedron uit
2-broom -4’-methylpropiofenon en methylamine.
Oordeel van de rechtbank ten aanzien van het onder 1. subsidiair en 2. subsidiair ten laste gelegde
Aan verdachte is onder 1. subsidiair en 2. subsidiair ten laste gelegd dat hij opzettelijk gelegenheid heeft verschaft tot het plegen van misdrijven. Daartoe is vereist dat niet alleen wordt bewezen dat verdachtes opzet telkens was gericht op het verschaffen van gelegenheid als bedoeld in artikel 48, aanhef en onder 2, van het Wetboek van Strafrecht, maar ook dat verdachtes opzet al dan niet in voorwaardelijke vorm was gericht op de door de daders gepleegde misdrijven.
Uit de bovenstaande bewijsmiddelen leidt de rechtbank (onder meer) de volgende feiten en omstandigheden af.
- Op 30 oktober 2015 is in de schuur achter de woning aan de [adres 1] te [plaats] (hierna: de schuur) een in werking zijnde productieplaats voor synthetische drugs (MDMA en mefedron) aangetroffen.
-Verdachte was in de ten laste gelegde periode de enige bewoner van deze woning. Het betreft een woning op een afgelegen locatie.
- In de periode voordat verdachte zelf in deze woning is gaan wonen, heeft hij deze woning verhuurd en is in de schuur een hennepkwekerij aangetroffen.
- Verdachte heeft in het voorjaar van 2015 een deel van de schuur verhuurd aan een Pool, die hij niet kent, van wie hij de naam niet (meer) weet en die hij nadien nooit meer heeft gezien.
- Verdachte heeft het originele huurcontract noch een kopie daarvan kunnen overleggen en hij weet niet of dit contract al dan niet door de huurder is ondertekend.
- De schuur staat op korte afstand achter de woning. De voorste twee ruimtes van de schuur werden door verdachte zelf gebruikt. Hierin stonden onder meer zijn vriezer, koelkast, wasmachine en wasdroger. Ook bewaarde hij daar zijn zadels en verbleven daar zijn puppies.
- Verdachte heeft geconstateerd dat medeverdachte [medeverdachte 2] (hierna: [medeverdachte 2] ) steeds met wisselende andere personen, onder wie medeverdachte [medeverdachte 1] (hierna: [medeverdachte 1] ) bij zijn woning kwam. Uit de verklaringen van [medeverdachte 1] en de getuigen [getuige 2] en [getuige 1] blijkt dat [medeverdachte 2] en de andere personen vaak in de schuur waren.
- Nadat verdachte begin september 2015 terugkwam van vakantie heeft hij geconstateerd dat er een slot was geplaatst op de tussendeur tussen de twee door hem gebruikte voorste ruimten van de schuur en de twee achterste ruimten van de schuur, die hij had verhuurd. Verdachte had geen sleutel van dit slot, zodat hij vanaf dat moment niet meer in het verhuurde deel van de schuur kon komen.
- Verdachte heeft na zijn terugkomst van vakantie geconstateerd dat op zijn terrein een camera is geplaatst en hij heeft aangenomen dat [medeverdachte 2] dit heeft gedaan of heeft laten doen.
- Toen [medeverdachte 1] voor de eerste keer in de schuur kwam, heeft hij gezien dat in (één van) de voorste ruimten van de schuur, die bij verdachte in gebruik waren, dezelfde soort vaten stonden als in de ruimten waarin (later) het drugslaboratorium was gevestigd.
- Verdachte heeft na zijn terugkomst van vakantie een zure, chemische lucht geroken en toen hij [medeverdachte 2] daarop aansprak, heeft deze gezegd dat ze met zuur bezig waren.
- De getuigen [getuige 2] , [getuige 1] en [getuige 3] hebben eveneens meerdere malen een opvallende lucht geroken. Getuige [getuige 3] heeft verdachte daar in september en/of oktober 2015 meerdere malen op aangesproken. Verdachte heeft daar geen duidelijk antwoord op gegeven.
- Verdachte heeft na zijn terugkomst van vakantie meerdere malen gezien dat er busjes zijn terrein opreden en aan de achterzijde de schuur binnenreden.
- Getuige [getuige 1] heeft een deels verbrande zak natriumhydroxide zien liggen, toen verdachte vuil aan het verbranden was.
- Uit verdachtes verklaringen, noch de verklaringen van de getuigen blijkt dat zij ooit hebben gezien dat [medeverdachte 2] of de personen die met hem meekwamen, werkzaamheden hebben verricht aan (onderdelen van) auto's.
- Verdachte en meerdere personen die bij hem op bezoek kwamen, hebben gespeculeerd over hetgeen [medeverdachte 2] en de andere personen in de schuur deden. Toen verdachte dit aan [medeverdachte 2] vroeg, heeft deze tegen hem gezegd dat ze in de "Miauw, miauw" zaten. Verdachte heeft toen geen verdere vragen gesteld, omdat hij dacht dat [medeverdachte 2] daar niet over wilde praten.’
Op grond van de voormelde feiten en omstandigheden, in onderling verband en samenhang bezien, is het hof met de rechtbank van oordeel dat verdachte zowel opzet heeft gehad op het verschaffen van gelegenheid tot het inrichten en exploiteren van een productieplaats voor synthetische drugs in een door hem verhuurde schuur, als dat hij willens en wetens de aanmerkelijke kans heeft aanvaard dat in zijn schuur synthetische drugs aanwezig was, werd bereid en vervaardigd. Immers uit voornoemde feiten en omstandigheden blijkt dat verdachte, in ieder geval vanaf het moment dat hij begin september 2015 terugkwam van vakantie, wetenschap had van het feit dat de aangetroffen goederen en stoffen zich in zijn schuur bevonden en dat de personen die de door verdachte verhuurde schuur gebruikten zich bezighielden met het bereiden en vervaardigen van synthetische drugs. Van aanwijzingen voor het tegendeel is het hof niet gebleken. Door zijn schuur ter beschikking te stellen voor de voorgenoemde illegale activiteiten heeft verdachte aldus aan een of meer personen de gelegenheid verschaft voor de productie van MDMA en mefedron. Dat verdachte – naar eigen zeggen – naïef was en niet wist waarvoor de schuur precies verhuurd werd, acht het hof in het licht van het voorgaande ongeloofwaardig. Het door de verdediging gevoerde bewijsverweer ten aanzien van het onder 1 subsidiair en 2 subsidiair ten laste gelegde wordt dan ook verworpen.

Bewezenverklaring

Door wettige bewijsmiddelen, waarbij de inhoud van elk bewijsmiddel – ook in onderdelen – slechts wordt gebezigd tot het bewijs van dat tenlastegelegde feit waarop het blijkens de inhoud kennelijk betrekking heeft, en waarin zijn vervat de redengevende feiten en omstandigheden waarop de bewezenverklaring steunt, acht het hof wettig en overtuigend bewezen dat verdachte het onder 1 subsidiair, 2 subsidiair en 3 tenlastegelegde heeft begaan, met dien verstande, dat:
1. subsidiair
[medeverdachte 1] en/of [medeverdachte 2] en/of een of meerdere ander(e) perso(o)n(en) in de periode van 15 augustus 2015 tot en met 30 oktober 2015 te [plaats] , in een pand gelegen aan de [adres 2] aldaar, tezamen en in vereniging,
A. meermalen opzettelijk hebben vervaardigd grote hoeveelheden van een materiaal/vloeistof bevattende MDMA en mefedron en
B. op 30 oktober 2015, aldaar, opzettelijk aanwezig hebben gehad
- een grote hoeveelheid van een materiaal bevattende MDMA en
- een grote hoeveelheid van een vloeistof bevattende MDMA en
- ongeveer 180 gram van een materiaal bevattende mefedron en
- ongeveer 25 liter van een vloeistof bevattende mefedron,
zijnde MDMA en mefedron elk een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I,
bij het plegen van bovengenoemde misdrijven verdachte in de periode van begin september tot en met 30 oktober 2015 te [plaats] opzettelijk gelegenheid heeft verschaft door opzettelijk in voornoemde periode aan die [medeverdachte 1] en/of [medeverdachte 2] en/of die een of meerdere ander(e) perso(o)n(en) een gedeelte van verdachtes schuur, gelegen aan de [adres 2] te [plaats] , ter beschikking te stellen en te verhuren ten behoeve van de uitvoering van bovengenoemde strafbare feiten;
2. subsidiair
[medeverdachte 1] en/of [medeverdachte 2] en/of meerdere ander(e) perso(o)n(en) in de periode van 29 mei 2015 tot en met 30 oktober 2015 te [plaats] , in een pand gelegen aan de [adres 2] aldaar, tezamen en in vereniging, om een feit, bedoeld in het vierde of vijfde lid van artikel 10 van de Opiumwet, te weten het opzettelijk bereiden van hoeveelheden van een materiaal bevattende MDMA en mefedron, zijnde MDMA en mefedron elk een middel vermeld op de bij de Opiumwet behorende lijst I, voor te bereiden, toen aldaar in voornoemde periode
A. een grote hoeveelheid (vloei)stoffen/materialen (bevattende) onder meer
- aceton en
- methanol en
- PMK (Piperonylmethylketon) en
- 2- broom-4'-methylpropiofenon en
- zoutzuur en
- DCM en
- ethanol en
- monomethylamine en
- mierenzuur en
- MEK en
- caustic soda en
- dichloormethaan en
B. meerdere materialen/goederen, te weten
- meerdere waterstofgascilinders en
- meerdere jerrycans en
- een speciekuip en
- een roerder (van het merk Patfield) en
- meerdere vacüumpompen en
- een gasbrander en een propaangascilinder en
- een drukpomp en
- diverse slangen, verwarmingsspiralen en een zeef en een scheptrechter en een
zeeftrechter en een bril en een tas met rubberen stop en
- meerdere emmers en
- een RVS ketel met druk-/temperatuurmeter en verder toebehoren en een RVS koeler en
- een RVS ketel met frequentieregelaar en verder toebehoren en
- een glazen afscheider en
- een gaswasser en
- een koelunit en
- een glazen spiraalkoeler en een Vormar tas met kleine RVS ketel met toebehoren en
- een RVS keteltje en
- een vriezer en
- meerdere droogrekken en
- meerdere mondmaskers en
- meerdere handschoenen en
- meerdere andere goederen en/of materialen,
voorhanden heeft gehad, waarvan die [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] en meerdere andere personen wisten of ernstige redenen hadden om te vermoeden, dat zij bestemd waren tot het plegen van dat feit,
bij het plegen van bovengenoemd misdrijf verdachte in de periode van begin september 2015 tot en met 30 oktober 2015 te [plaats] opzettelijk gelegenheid heeft verschaft door opzettelijk in voornoemde periode aan [medeverdachte 1] en/of [medeverdachte 2] en/of die een of meerdere ander(e) perso(o)n(en) een gedeelte van verdachtes schuur, gelegen aan de [adres 2] te [plaats] , ter beschikking te stellen en te verhuren ten behoeve van bovengenoemd strafbare feit;
3.
hij op 30 oktober 2015 te [plaats] een wapen van categorie II, onder 5°, te weten een voorwerp waarmee door een elektrische stroomstoot personen weerloos kunnen worden gemaakt of pijn kan worden toegebracht, voorhanden heeft gehad.
Het hof acht niet bewezen hetgeen verdachte meer of anders is tenlastegelegd dan hierboven is bewezenverklaard, zodat deze daarvan behoort te worden vrijgesproken.

Strafbaarheid van het bewezenverklaarde

Het onder 1 subsidiair en onder 2 subsidiair bewezen verklaarde levert op:
de eendaadse samenloop van medeplichtigheid aan het medeplegen van opzettelijk handelen in strijd met het in artikel 2 onder C en D van de Opiumwet gegeven verbod, meermalen gepleegd en van medeplichtigheid aan het medeplegen van het voorbereiden of bevorderen van een feit, bedoeld in het vierde of vijfde lid van artikel 10 van de Opiumwet, door het voorhanden hebben van voorwerpen en stoffen, waarvan hij weet of ernstige reden heeft om te vermoeden dat zij bestemd zijn tot het plegen van dat feit.
Het onder 3 bewezen verklaarde levert op:
handelen in strijd met artikel 26, eerste lid, van de Wet wapens en munitie.

Strafbaarheid van de verdachte

Verdachte is strafbaar aangezien geen omstandigheid is gebleken of aannemelijk geworden die verdachte niet strafbaar zou doen zijn.

Oplegging van straf en/of maatregel

De hierna te melden strafoplegging is in overeenstemming met de aard en de ernst van het bewezenverklaarde en de omstandigheden waaronder dit is begaan, mede gelet op de persoon van verdachte, zoals van een en ander bij het onderzoek ter terechtzitting is gebleken.
Verdachte heeft zijn schuur verhuurd ten behoeve van het inrichten en in werking hebben van een productieplaats voor synthetische drugs. In de achter de woning van verdachte gelegen schuur zijn meer dan 200 kilogram materiaal en vloeistof bevattende MDMA en een hoeveelheid materiaal en vloeistof bevattende mefedron aangetroffen. De politie heeft ingeschat dat van de aangetroffen hoeveelheid MDMA ruim een miljoen xtc-pillen gemaakt hadden kunnen worden. Ook is een grote hoeveelheid (vloei)stoffen, materialen en goederen bestemd voor de productie van MDMA en mefedron aangetroffen. Het is een feit van algemene bekendheid dat synthetische drugs grote gevaren opleveren voor de gezondheid van gebruikers. Bovendien gaat de handel in en het gebruik van dergelijke middelen gepaard met verschillende vormen van overlast en criminaliteit – waaronder geweldsdelicten en het witwassen van crimineel geld – waardoor de samenleving ernstige schade wordt berokkend. De productie van synthetische drugs is daarnaast schadelijk voor het milieu vanwege de wijze waarop chemische afvalstoffen van dergelijke productieprocessen vaak illegaal worden afgevoerd in het openbare riool, dan wel middels lozingen in openbare wateren of dumping in de openbare ruimte, in het bijzonder in buitengebieden. Verdachte heeft geen rekening gehouden met deze omstandigheden en risico's en heeft alleen oog gehad voor zijn eigen belangen. Door het ter beschikking stellen van zijn schuur heeft verdachte onmisbare ondersteuning geboden aan het criminele circuit.
Verdachte heeft voorts een stroomstootwapen voorhanden gehad. Het voorhanden hebben van een dergelijk wapen brengt een onaanvaardbaar risico voor de veiligheid van personen met zich.
Het hof houdt er bij de strafoplegging rekening mee dat de onder 1 subsidiair en 2 subsidiair bewezenverklaarde feiten een samenhangende reeks feiten betreffen en in zogenoemde eendaadse samenloop zijn gepleegd.
Uit een verdachte betreffend uittreksel Justitiële Documentatie d.d. 3 september 2018 blijkt dat verdachte eerder onherroepelijk is veroordeeld voor het plegen van strafbare feiten, zij het niet voor delicten genoemd in de Opiumwet. Deze eerdere veroordelingen hebben verdachte er kennelijk niet van weerhouden om zich opnieuw schuldig te maken aan strafbare feiten. Het hof houdt met dit alles ten nadele van verdachte rekening.
Het hof heeft ook gelet op de persoonlijke omstandigheden van verdachte zoals die ter zitting in hoger beroep zijn gebleken. Daarbij heeft het hof onder meer kennis genomen van de omstandigheid dat verdachte van een uitkering leeft, alleen woont, een aantal kamers in zijn beheer heeft en zijn huis kwijt zal raken indien hij gedetineerd raakt. Daarnaast heeft het hof kennis genomen van de omstandigheid dat verdachte door de ten laste gelegde feiten zijn woning heeft moeten verlaten en dit gepaard ging met de nodige financiële gevolgen.
De raadsman heeft, voor het geval het hof de feiten bewezen mocht achten, er voor gepleit om aan verdachte geen onvoorwaardelijke gevangenisstaf op te leggen, althans niet een onvoorwaardelijke gevangenisstraf hoger dan de tijd die verdachte reeds in voorlopige hechtenis heeft doorgebracht. De raadsman verzoekt het hof om aan verdachte een taakstraf op te leggen, eventueel met een voorwaardelijke gevangenisstraf en om bij de bepaling van de strafmaat rekening te houden met de overschrijding van de redelijke termijn.
Naar het oordeel van het hof kan gelet op de ernst van het bewezen verklaarde in de verhouding tot andere strafbare feiten, zoals onder meer tot uitdrukking komt in het hierop gestelde wettelijk strafmaximum en in de straffen die voor soortgelijke feiten worden opgelegd; niet worden volstaan met een andere of lichtere sanctie dan een straf die onvoorwaardelijke vrijheidsbeneming met zich brengt. Het hof ziet in de persoonlijke omstandigheden van verdachte, zoals deze naar voren zijn gekomen tijdens het onderzoek op de terechtzitting in hoger beroep, geen zodanig bijzondere of relevante feiten of omstandigheden dat het hof oplegging van een andere strafmodaliteit aangewezen acht. Ook overigens is het hof niet gebleken van dergelijke feiten of omstandigheden.
Het hof heeft bij de bepaling van de strafduur tevens rekening gehouden met de redelijke termijn als bedoeld in artikel 6, eerste lid, van het Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden (hierna: EVRM). Het hof stelt vast dat verdachte op 2 november 2015 in verzekering is gesteld, de begindatum van de redelijke termijn. De rechtbank wees op 28 april 2016 vonnis. Verdachte heeft op 3 mei 2016 hoger beroep ingesteld tegen het voornoemde vonnis. Het procesdossier is op 17 oktober 2016 bij het gerechtshof binnengekomen. Het hof wijst op 17 oktober 2018 arrest, de einddatum van de redelijke termijn. De behandeling in hoger beroep is dus niet afgerond met een eindarrest binnen twee jaar na het instellen van het hoger beroep. Daarmee is de redelijke termijn in de fase van hoger beroep in beperkte mate, te weten met zes maanden overschreden waardoor de duur van de totale berechting in twee feitelijke instanties 36 maanden heeft geduurd. Vanwege deze geringe overschrijding is het hof van oordeel dat kan worden volstaan met de enkele vaststelling dat inbreuk is gemaakt op artikel 6, eerste lid, van het EVRM.
Alles afwegende, ook gelet op de ouderdom van de feiten, acht het hof de oplegging van een gevangenisstraf voor de duur van 12 maanden, met aftrek van de tijd die verdachte reeds in voorarrest heeft doorgebracht, passend en geboden.

Toepasselijke wettelijke voorschriften

Het hof heeft gelet op de artikelen 2, 10 en 10a van de Opiumwet, de artikelen 47, 48, 55, 57 en 63 van het Wetboek van Strafrecht en de artikelen 26 en 55 van de Wet wapens en munitie.
Deze voorschriften zijn toegepast, zoals zij golden ten tijde van het bewezenverklaarde.

BESLISSING

Het hof:
Vernietigt het vonnis waarvan beroep en doet opnieuw recht:
Verklaart zoals hiervoor overwogen bewezen dat de verdachte het onder 1 subsidiair, 2 subsidiair en 3 ten laste gelegde heeft begaan.
Verklaart niet bewezen hetgeen de verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven is bewezen verklaard en spreekt de verdachte daarvan vrij.
Verklaart het onder 1 subsidiair, 2 subsidiair en 3 bewezen verklaarde strafbaar, kwalificeert dit als hiervoor vermeld en verklaart de verdachte strafbaar.
Veroordeelt de verdachte tot een
gevangenisstrafvoor de duur van
12 (twaalf) maanden.
Beveelt dat de tijd die door de verdachte vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in enige in artikel 27, eerste lid, of artikel 27a van het Wetboek van Strafrecht bedoelde vorm van voorarrest is doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht, voor zover die tijd niet reeds op een andere straf in mindering is gebracht.
Aldus gewezen door
mr. T.H. Bosma, voorzitter,
mr. L.T. Wemes en mr. M. van Seventer, raadsheren,
in tegenwoordigheid van mr. W.D. de Boer, griffier,
en op 17 oktober 2018 ter openbare terechtzitting uitgesproken.
mr. M. van Seventer is buiten staat dit arrest mede te ondertekenen.