Uitspraak
[appellant],
Actium,
1.Het geding in eerste aanleg
2.Het geding in hoger beroep
2.4 Het hof zal geen acht slaan op de door Actium bij memorie van antwoord in het geding gebrachte producties, nu [appellant] daarop niet heeft kunnen reageren. Uit wat hierna volgt, blijkt dat Actium daardoor niet in haar belangen wordt geschaad.
3.De vaststaande feiten
a) in (delen van) het gehuurde, waaronder begrepen de tuin, berging, schuur en zolder, hennep te (doen) kweken, te houden, te drogen of te knippen, dan wel andere activiteiten te doen of laten verrichten die op grond van de Opiumwet strafbaar zijn gesteld, waaronder begrepen het opslaan of (ver)handelen van drugs. In geval van ernstige verdenking van overtreding van het bepaalde in dit lid, is verhuurder gerechtigd om het gehuurde zo nodig ondersteund door de politie onmiddellijk ter inspectie te betreden. In geval van overtreding is verhuurder gerechtigd de huurovereenkomst terstond te ontbinden;
“een inrichting van welke aard ook, waarin anders dan voor strikt persoonlijk gebruik (zoals aangegeven in de richtlijnen van het OM) hennep wordt geteeld, bewaard, bereid, bewerkt of verwerkt.”Uitgangspunt van deelname is dat tegen overlastgevers, waaronder hennepkwekers, repressieve maatregelen worden getroffen.
4.Het geschil en de beslissing in eerste aanleg
5.De beoordeling van de grieven en de vordering
grief 1bepleit, is het hof met de kantonrechter van oordeel dat het belang van Actium om een effectief ‘zero tolerancebeleid’ te kunnen voeren onder omstandigheden kan meebrengen dat er voldoende spoedeisendheid is bij een voorziening in kort geding. Aannemelijk is immers dat het met een dergelijk beleid beoogde effect (afschrikwekkende werking en signaal richting medehuurders en omwonenden dat het aan de orde zijnde gedrag door de betrokken sociale woningbouwvereniging niet wordt getolereerd) eerder wordt bereikt indien de ontruiming snel plaatsvindt (“lik op stuk”).
grief 2klaagt [appellant] erover dat de kantonrechter er aan voorbij heeft gezien dat hij op geen enkele wijze de hand heeft gehad in de aanwezigheid van hennep en de aan hennep gerelateerde zaken en dat het [B] is geweest die eigenmachtig en zonder zijn instemming die goederen in zijn woning heeft geplaatst. Het feit dat [appellant] betrokken is geweest bij de aankoop van de 111 gram hennep, maakt niet dat hij erop bedacht had moeten zijn dat een en ander in de woning aanwezig zou zijn.
tenzijbedoelde uitzondering zich in dit geval voordoet, omdat hij niet wist dat er hennep in de woning lag.
grief 3, die zich richt tegen de proceskosten-veroordeling, geen zelfstandige betekenis en behoeft deze grief geen afzonderlijke bespreking.
6.Beslissing
- € 726,- voor verschotten,
- € 1.074,- voor salaris advocaat overeenkomstig het liquidatietarief,
- € 157,- voor nasalaris advocaat,
- € 82,- voor nasalaris advocaat indien niet binnen veertien dagen na aanschrijving aan deze uitspraak is voldaan én betekening heeft plaatsgevonden,
- te vermeerderen met de wettelijke rente over voormelde bedragen vanaf 14 dagen na aanschrijving tot betaling van die kosten;