Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM - LEEUWARDEN
[Z](hierna: belanghebbende)
inspecteurvan de
Belastingdienst/Kantoor Apeldoorn(hierna: de Inspecteur)
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van belanghebbende, [X] [Z], tegen de uitspraak van de rechtbank Gelderland. Belanghebbende had op 6 mei 2016 een verzoek ingediend voor toepassing van het kwarttarief motorrijtuigenbelasting voor zijn kampeerauto, een Citroën C8. De Inspecteur van de Belastingdienst heeft dit verzoek afgewezen, omdat de kampeerauto niet voldeed aan de vereiste afmetingen. Na een afwijzing van het bezwaar door de Inspecteur, heeft belanghebbende beroep ingesteld bij de rechtbank, die het beroep ongegrond verklaarde. Belanghebbende heeft vervolgens hoger beroep ingesteld bij het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden.
Tijdens de zitting op 30 mei 2018 is het onderzoek ter plaatse ingesteld, waarbij is vastgesteld dat de binnenruimte van de kampeerauto niet voldeed aan de eisen van de Wet op de motorrijtuigenbelasting 1994. Het Hof heeft overwogen dat er geen twijfel bestaat aan de goede bedoelingen van belanghebbende, maar dat de kampeerauto niet voldoet aan de vereiste afmetingen. Belanghebbende heeft zich beroepen op het vertrouwensbeginsel, maar het Hof oordeelt dat dit niet kan leiden tot een andere uitkomst, omdat de hoogte-eisen duidelijk zijn gecommuniceerd.
Het Hof concludeert dat de Inspecteur terecht het kwarttarief heeft geweigerd, omdat de kampeerauto niet voldoet aan de wettelijke eisen. De uitspraak van de rechtbank wordt bevestigd en het hoger beroep wordt ongegrond verklaard. Er is geen aanleiding voor vergoeding van griffierecht of proceskosten.