In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 23 mei 2018 uitspraak gedaan in het hoger beroep van [X] B.V. tegen de uitspraak van de rechtbank Gelderland. De zaak betreft de vraag of [X] B.V. als importeur kan worden aangemerkt in de zin van de Wet op de belasting van personenauto’s en motorrijwielen (Wet BPM) en of zij zelf de catalogusprijs mag vaststellen. De rechtbank had eerder de uitspraak van de inspecteur van de Belastingdienst bevestigd, die stelde dat [X] B.V. niet als importeur kwalificeert omdat zij geen houder is van een typegoedkeuring. Het Hof bevestigt deze uitspraak en oordeelt dat belanghebbende, die zich bezighoudt met de import en export van voertuigen, niet voldoet aan de definitie van importeur zoals vastgelegd in de wet. Het Hof stelt vast dat alleen officieel erkende importeurs, die houder zijn van een typegoedkeuring, als zodanig kunnen worden aangemerkt. Belanghebbende kan derhalve niet zelf de catalogusprijs vaststellen en is ook niet in aanmerking gekomen voor een vergunning voor versnelde afgifte van kentekenbewijzen. Het Hof concludeert dat het beroep op het gelijkheidsbeginsel faalt, omdat de inspecteur geen begunstigend beleid voert ten aanzien van importeurs. De uitspraak van de rechtbank wordt bevestigd en het hoger beroep wordt ongegrond verklaard.