ECLI:NL:GHARL:2018:3054

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden

Datum uitspraak
3 april 2018
Publicatiedatum
3 april 2018
Zaaknummer
200.198.789/01, 200.199.330/01 en 200.185.127/01
Instantie
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Geschil over onderbouwing van facturen in aannemingsovereenkomst met afwijzing van vorderingen

In deze zaak, die voor het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden werd behandeld, gaat het om een geschil tussen Hoekstra Suwald Installatie & Solar B.V. (hierna: HSIS) en verschillende geïntimeerden, waaronder Bijzonder & Genieten V.O.F. en [geïntimeerde2]. HSIS vorderde betaling van facturen die betrekking hadden op installatiewerkzaamheden aan panden in [B]. De rechtbank Noord-Nederland had eerder de vorderingen van HSIS afgewezen wegens onvoldoende onderbouwing van de facturen. Het hof bevestigde deze afwijzing en oordeelde dat HSIS niet voldoende had aangetoond welke werkzaamheden waren verricht en welke kosten waren gemaakt. De vorderingen waren niet te herleiden tot specifieke werkzaamheden en de facturen voldeden niet aan de eisen van een deugdelijke onderbouwing. Het hof concludeerde dat de vorderingen van HSIS, zowel voor werkzaamheden verricht voor als na het faillissement van Friesland Installatie B.V., niet konden worden toegewezen. De kosten van het hoger beroep werden aan HSIS opgelegd, en het hof verklaarde de proceskostenveroordeling uitvoerbaar bij voorraad.

Uitspraak

GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
locatie Leeuwarden
afdeling civiel recht, handel
zaaknummers gerechtshof 200.198.789/01, 200.199.330/01 en 200.185.127/01
(zaaknummers rechtbank Noord-Nederland 3843918 \ CV EXPL 15-1314,
3843761 \ CV EXPL 15-1310 en C/17/139896 / HA ZA 15-37)
arrest van 3 april 2018
in de zaken van
Hoekstra Suwald Installatie & Solar B.V.,
gevestigd te Suwâld,
appellante,
in eerste aanleg: eiseres,
hierna:
HSIS,
procesadvocaat: mr. G.A. Pots, kantoorhoudend te Leeuwarden,
in zaaknummer 200.198.789 (hierna:
zaak 1) tegen

1.Bijzonder & Genieten V.O.F.,

gevestigd te [B] ,
hierna:
Bijzonder & Genieten,

2. [geïntimeerde2] ,

wonende te [A] ,
hierna:
[geïntimeerde2],

3. [geïntimeerde3] ,

wonende te [A] ,
hierna:
[geïntimeerde3],
geïntimeerden,
in eerste aanleg: gedaagden,
hierna gezamenlijk te noemen:
Bijzonder & Genieten c.s.,
advocaat: mr. H.J. Hagemans, kantoorhoudend te Amsterdam,
in zaaknummer 200.199.330 (hierna:
zaak 2) tegen
[geïntimeerde4],
wonende te [B] ,
geïntimeerde,
in eerste aanleg gedaagde,
advocaat: mr H.J. Hagemans, kantoorhoudende te Amsterdam,
hierna:
[geïntimeerde4],
en in zaaknummer 200.185.127 (hierna:
zaak 3) tegen
[geïntimeerde2] ,
wonende te [A] ,
geïntimeerde,
in eerste aanleg: gedaagde,
advocaat: mr. H.J. Hagemans, kantoorhoudend te Amsterdam,
hierna:
[geïntimeerde2],
Alle geïntimeerden tezamen zullen worden aangeduid als
[geïntimeerden] c.s.

1.Het verdere verloop van het geding in alle zaken in hoger beroep

1.1
Het hof neemt de inhoud van het tussenarrest van 7 november 2017 hier over. Op grond daarvan heeft in alle drie de zaken op 15 maart 2018 een comparitie van partijen plaatsgevonden, bij gelegenheid waarvan de zaken gelijktijdig zijn behandeld. Het hiervan opgemaakte proces-verbaal bevindt zich in afschrift bij de stukken. Vervolgens zijn de stukken wederom overgelegd voor het wijzen van arrest en heeft het hof arrest bepaald.

2.De vaststaande feiten in alle zaken

2.1
Het hof gaat in alle drie de zaken tezamen uit van de volgende feiten.
2.1.1
Hoekstra Suwald Installatie B.V. (hierna: HSI) heeft vanaf medio 2013 installatiewerkzaamheden verricht aan de panden, staande en gelegen aan de [a-straat] 6 - 6c te [B] . [geïntimeerde2] is eigenaar van huisnummers 6 en 6c, [geïntimeerde4] is eigenaar van huisnummer 6a en 6b. [geïntimeerde3] was penvoerder namens alle opdrachtgevers.
2.1.2
In een e-mail van 12 juni 2013 heeft [geïntimeerde3] onder meer het volgende geschreven aan [C] , die indertijd bestuurder was van Hoekstra Suwald Installatie B.V. (HSI) en die nu bestuurder is van (HSIS).
"(…) Tevens bij deze het overzicht van de eigendomsverdeling.
Op deze manier zouden we ook graag de facturatie zien, per onderdeel. (…)".
2.1.3
Voorafgaand aan de werkzaamheden is door (onder meer) [geïntimeerde4] een 14 juni 2013 gedateerde opdrachtbevestiging ondertekend, waarin onder meer het volgende is vermeld.
"(…) Geachte familie [geïntimeerden] , beste [geïntimeerde3] ,
Hartelijk dank voor het geschonken vertrouwen!
Om een en ander een officieel "tintje" te geven heb ik onze afspraken zoals ik ze heb begrepen op papier ter goedkeuring vastgelegd.
Hoekstra Suwald Installatie BV gaat de installatiewerkzaamheden uitvoeren aan jullie panden in [B] .
We gaan de materialen leveren voor een prijs die wordt berekend over de netto inkoopprijs van Hoekstra Suwald met een opslag van 10%.
De werkzaamheden worden uitgevoerd op basis van nacalculatie tegen een uurtarief van € 46,20.
Dit tarief is inclusief de werkvoorbereiding, gereedschappen etc. Hetzelfde tarief is van toepassing op de engineering en tekenwerk. We factureren wekelijks naar gelang vordering werk, u betaald binnen 14 dagen na factuurdatum. (...) De VNI leveringsvoorwaarden (ALIB) zijn van toepassing.
De werkzaamheden worden gefactureerd op basis van onderdeel van het gebouw:
[geïntimeerde4] : Woning
[geïntimeerde4] : Homestylingshop opslag
[geïntimeerde2] : Winkel
[geïntimeerde2] : Opslag
Warmtepomp: Opgave volgt
Algemene zaken: Facturatie op basis van 50/50 naar bedrijven van [geïntimeerde4] en [geïntimeerde2] .
(…)"
2.1.4
In november 2013 (de vermelding van het jaartal 2012 in de vonnissen is een verschrijving) heeft HSI haar naam middels statutenwijziging gewijzigd in Friesland Installatie B.V. (FI).
2.1.5
In een e-mail van 4 december 2013 heeft [geïntimeerde3] het volgende, voor zover van belang aan Hoekstra geschreven.
"(…)
- Last but not least zou ik de factuur weer gesplitst willen hebben i.v.m. huurdersinvesteringen.
- Bij opslag; 1000,- huurder (Bijzonder & Genieten), rest voor [geïntimeerde2] OG
- Bij winkel; 1500,- huurder (Bijzonder & Genieten), rest voor [geïntimeerde2] OG
Ik wil geen lastige klant zijn, maar het gaat om veel geld en wil vinger aan de pols houden. Voor je beeldvorming, van Hollema krijg ik bij de factuur een gedetailleerde specificatie van de uren, materialen en kosten afgezet tegen de begroting. Geeft heel veel comfort en maakt me zeer scherp op de keuzes en bijbehorende kosten. Bij Hoekstra ervaar ik dit minder/nauwelijks. Ik wil hier graag meer grip op. Kan dat? (…)".
2.1.6
In een e-mail van 5 maart 2014 heeft [geïntimeerde3] het volgende, voor zover van belang, aan Hoekstra geschreven:
"(…)
Ik heb numeerdere kerenaangeven inzicht te willen hebben in de stand van zaken en vang keer op keer bot op dit onderwerp; onduidelijkheid wat nog moet worden gedaan, welke kosten reeds zijn gemaakt en vooral ook op welk project, etc. (…)
Graag bespreek ik onderstaande punten met jou en [geïntimeerde4] om te voorkomen dat we het budget te boven gaan, dat is namelijk geen optie. (…)".
2.1.7
In een brief van 19 maart 2014, geadresseerd aan " [geïntimeerde4] te Drogeham", heeft HSI het volgende, voor zover van belang, geschreven.
"
Beste mensen,
Zoals door u gevraagd hebben we een overzicht gemaakt waarin drie stappen duidelijk worden gemaakt:
1) Project en kosten bij aanvang
2) Stand van zaken nu met omschrijving van de uitgevoerde meer / minderwerken ten opzichte van de plannen
3) Raming van de nog te maken kosten tot uitvoering.
Ter herinnering en om de uitgangspunten nog even te noemen een paar belangrijke afspraken zoals we die hebben omschreven in de brief van 23/4/2013.
Op basis van de verstrekte gegevens heb ik een verhaal gemaakt voor de installaties in de nieuwe panden te [B] .
Voor de standaardinstallaties hebben we de volgende afspraken gemaakt: Materialen netto+10%.
Uren op basis van vast uurtarief op basis van nacalculatie.
Hiervoor is een open begroting bijgevoegd. De bedragen zijn de prijzen inclusief de marge. (…)
"Resume verhaal:
Stand van zaken tot nu toe € 82.877,--
Gefactureerd € 63.000,--
Nog te facturen € 19.877,--
Warmtepomp
Nog te factureren (offerte) € 38.700,--
Meerwerk (offerte) € 1.498,--
Nog te verwachten (exclusief de zaken waarover nog duidelijkheid moet ontstaan) indien verrekend volgens overeenkomst € 18.020,-- (Dit is en blijft een inschatting!)
De totale projectkosten komen daarmee (voor zover nu te bezien) op € 141.095,--. (…)".
2.1.8
In een e-mail van 19 april 2014 heeft [geïntimeerde3] het volgende, voor zover van belang, aan onder meer Hoekstra geschreven.
"
Zoals hieronder duidelijk aangegeven en ook in eerdere gesprekken besproken, wil ik (voor zover mogelijk) graag eerst duidelijkheid over de totale som. Tot op heden heb ik nog steeds geen inzicht in de totale kosten per project, waardoor ik heb gezegd dat ik tot nader order niet betaal.
Althans niet voor de facturen die ik niet kan volgen (en dat zijn praktisch alle facturen!).(…) Volgens mij heb ik reeds vanaf oktober om duidelijkheid gevraagd en tot op heden niet gekregen. Laat duidelijk zijn dat ik hier ontzettend van baal en dat is een understatement. Een project/projecten waarbij de kosten volledig onduidelijk zijn geeft weinig comfort.(…)
Ook facturen sturen naar dhr. [geïntimeerde4] biedt wat mij betreft geen soelaas. De factuur met nummer; I14000382 moet dan ook gecrediteerd worden aan [geïntimeerde4] en kan worden gestuurd naar "Bijzonder en Genieten".
2.1.9
De rechtbank Noord-Nederland, locatie Leeuwarden heeft in een vonnis van 29 april 2014 FI in staat van faillissement verklaard, met aanstelling van mr. P.S. van Zandbergen tot curator (hierna: de curator).
2.1.10
In een e-mail van 5 juni 2014 heeft [geïntimeerde3] aan FI meegedeeld dat de samenwerking met onmiddellijke ingang wordt stop gezet. In deze brief wordt voorts onder meer vermeld:
"
Na familie beraad heden middag hebben wij besloten met onmiddellijke ingang onze samenwerking stop te zetten en je wederom maar nu definitief in gebreke te stellen.
(…)
Het nog te factureren bedrag trekken wij in twijfel;
(…)
De factuur aan [geïntimeerde4] ad (plusminus) € 3100,- heeft naar alle waarschijnlijkheid betrekking op de warmtepomp (mij nog steeds onduidelijk waarom deze naar [geïntimeerde4] is gestuurd, heb ook in eerdere mail verzocht om de juiste tenaamstelling, echter nooit ontvangen) (…)
(…)
Reden hiervoor is dat we geen vertrouwen hebben in de wijze van factureren én geen duidelijke inzage hebben in de uren/materialen welke zijn gebruikt.
(…)"
2.1.11
in een e-mail van 6 juni 2014 heeft Hoekstra afwijzend gereageerd op deze e-mail van [geïntimeerde3] en heeft hij, voor zover nog van belang, het volgende geschreven.
"
(…) Wij kunnen geen ingebrekestelling accepteren en kunnen dan ook geen aansprakelijkheden aanvaarden voor de gevolgen van het eenzijdig genomen besluit, dat je in de mail hebt verwoord.
Indien we gisteren hadden kunnen doorgaan met de werkzaamheden was de gestelde leveringstermijn ruim gehaald. Daar willen we alsnog ons uiterste best voor doen!
Hoe dan ook, we zullen een aantal zaken toch af moeten handelen in ons beider belang en het lijkt ons verstandig om zo spoedig mogelijk een gesprek hierover aan te gaan. (…)".
2.1.12
De curator in het faillissement van FI en het op 23 december 2013 opgerichte Friesland Installatie Solar B.V. (FIS) hebben op 11 juni 2014 een "overeenkomst tot verkoop van diverse activa (activatransactie)" ondertekend. In deze overeenkomst is onder meer het volgende vermeld.
"
(…)
In aanmerking nemende:
(…)
2. De vennootschap exploiteerde een onderneming onder meer gericht op aanneming van werken op het gebied van loodgieters- en fitterswerk, installatie van sanitair en installatiewerkzaamheden ten behoeve van gas, water, elektra, sanitair, dakbedekkingen, zonne-energie. Koper heeft aangegeven geïnteresseerd te zijn in het overnemen van de activa omvattende immateriële activa, debiteurenportefeuille en voorraden.
3. Verkoper en koper hebben na onderhandelingen mondeling overeenstemming bereikt over de koop en verkoop van de in deze overeenkomst genoemde activa van de vennootschap zulks onder de hierna te vermelden voorwaarden en bedingen.
(…)
zijn overeengekomen als volgt:
Artikel 1 Koop en Verkoop
Artikel 1.1
Verkoper verkoopt en zal op het in artikel 4 genoemde moment in volle eigendom aan koper overdragen, gelijk koper van verkoper koopt:
(…)
2) Het onderhanden werk, overgenomen contracten, niet nader gespecificeerd. (…)
4) De handelsvorderingen (debiteurenportefeuille) van de vennootschap op de opdrachtgevers van de vennootschap die voor datum faillissement zijn ontstaan uit werkzaamheden die de vennootschap hebben verricht groot € 150.796,39, een en ander zoals deze post blijkt uit de administratie van de vennootschap. (…)
Artikel 1.2
Koper neemt uitdrukkelijk geen schulden of andere contractuele en/of wettelijke verplichtingen over van verkoper, dan die schulden en verplichtingen waarvan in de onderhavige overeenkomst uitdrukkelijk wordt bepaald, dat zij bij deze overdracht zijn inbegrepen
(...)
Artikel 4 Levering en risico
Artikel 4.1.
(…)
Van levering en eigendomsoverdracht van het gekochte is eerst sprake nadat de volledige betaling van de koopsom(men), vergoeding en boedelbijdrage als omschreven in artikel 3 heeft plaatsgevonden.
(…)
Artikel 4.2
Verkoper zal voorzover nodig medewerking verlenen aan de in de plaatsstelling van koper als contractspartij in de bij de vennootschap lopende contracten. De koper zal de betreffende opdrachtgevers om de voor de contractsovername benodigde medewerking vragen.
(…)"
2.1.13
In een brief van 27 oktober 2014, gericht aan "Mevrouw [geïntimeerde2] , Bijzonder & Genieten VOF en haar vennoten [geïntimeerde2] en [geïntimeerde3] ", heeft de advocaat van FIS, mr. Hielkema, onder meer het volgende medegedeeld.
"
(…)
Mijn cliënte heeft gekocht de vorderingen die voorheen Hoekstra Suwald Installatie B.V. (HSI) op u had in zake de werkzaamheden aan de [a-straat] 6 t/m 6c te [B] . Zoals u weet is de naam van Hoekstra Suwald Installatie B.V. in het najaar van 2013 gewijzigd in Friesland Installatie B.V.
(…).
Deze vorderingen zijn door Friesland Installatie & Solar B.V. van de curator gekocht uit de failliete boedel van, gemakshalve, HSI/FI, bij overeenkomst d.d. 11 juni 2014.
De wet geeft aan dat een overdracht/levering van een vordering op naam, dus in dit geval de vorderingen op u die overgaan van HSI/FI op Friesland Installatie & Solar B.V., pas juridisch gezien rond is als die verkoop en overdracht aan u als debiteur wordt bekend gemaakt. Dat doe ik namens cliënte middels deze aangetekende brief. Door redenen van administratieve aard bij mijn cliënte intern kan ik dat nu pas doen.
Met deze bekendmaking aan u is derhalve met ingang van heden Friesland Installatie & Solar B.V. rechthebbende op de vordering.
Ik voeg bij een kopie van de relevante pagina's van het koopcontract d.d. 11 juni jl. waaruit die verkoop en levering door de curator blijkt. Samen met deze brief maakt dat de overdracht juridisch compleet.
Voorts is het zo dat ik doende ben een acte van cessie op te stellen waaruit blijkt van de overdracht van de hier besproken vorderingen door Friesland Installatie & Solar B.V. op Hoekstra Suwald Installatie & Solar B.V. Ik zal u die acte met begeleidende brief in de loop van deze week in aangetekende vorm doen toekomen.
Hoekstra Suwald Installatie & Solar B.V. kiest voor deze overname van de vordering van FI & Solar B.V. om interne strategische redenen.
Uw positie als debiteur verandert voor wat betreft de verweermiddelen die u tegenover Hoekstra Suwald Installatie B.V./Friesland Installatie B.V. had niet in uw relatie met Friesland Installatie & Solar B.V. en binnenkort tegenover Hoekstra Suwald Installatie & Solar B.V.
(…)
U hebt ontvangen facturen d.d. 24 juni jl. op naam van Hoekstra Suwald Installatie & Solar B.V. Die facturen zijn onjuist, omdat HSI & Solar B.V. op dat moment nog niet de rechthebbende op de vorderingen was. Dat was zelfs Friesland Installatie & Solar B.V. nog niet vanwege het ontbreken van de betekening middels deze brief. (…)
Nadat de cessie rond is en HSI& Solar B.V. de nieuwe rechthebbende op de vorderingen is geworden zal zij u de nota's van 24 juni jl. crediteren en zal zij nieuwe nota's met dezelfde bedragen maar met een datum gelegen ongeveer een week vanaf heden doen toekomen. Ik zal de stukken voor de cessie en de nieuwe brief aan u daarmee samenhangend dan rond hebben.
(…)"
2.1.14
In een akte van cessie van 29 oktober 2014 is onder meer het volgende vermeld.
"(…)
Ondergetekenden:
1. De besloten vennootschap Friesland Installatie & Solar B.V. […]
En
2. De besloten vennootschap Hoekstra Suwald Installatie & Solar B.V. […]
Overwegende:
- dat Friesland Installatie& Solar B.V. bij koopovereenkomst van 11 juni 2014 heeft gekocht van de curator in het faillissement van Friesland Installatie B.V. (voorheen Hoekstra Suwald Installatie B.V.) de vorderingen van die vennootschap op haar debiteuren;
- dat bij die gekochte vorderingen ook zitten de vorderingen op [geïntimeerde2] , [geïntimeerde4] , Bijzonder & Genieten VOF en haar vennoten [geïntimeerde2] en [geïntimeerde3] alsmede Homestyling/M. [geïntimeerde4] ter zake diverse voor deze partijen te [B] uitgevoerde werkzaamheden;
- dat bij aangetekende brief van 27 oktober 2014 van die verkoop en levering door de curator is kennis gegeven aan deze debiteuren, waardoor ex artikel 3:94 BW de levering door de curator van deze vorderingen op de hierboven genoemde debiteuren aan Friesland Installatie & Solar B.V. juridisch gezien een feit is per 28 oktober 2014;
- dat mitsdien per die 28e oktober 2014 Friesland Installatie & Solar B.V. de juridische rechthebbende op die vorderingen is;
- dat Friesland Installatie & Solar B.V. deze vorderingen om haar moverende redenen wenst over te dragen aan Hoekstra Suwald Installatie & Solar B.V.; - dat Friesland Installatie & Solar B.V. op 29 oktober 2014 de onderhavige vorderingen heeft verkocht aan Hoekstra Suwald Installatie & Solar B.V. voor een tussen partijen overeengekomen en genoegzaam bekende prijs;
Komen het navolgende overeen:
Artikel 1.
Friesland Installatie & Solar B.V. draagt bij deze aan Hoekstra Suwald Installatie & Solar B.V. over de vorderingen zoals hierboven omschreven op de hierboven aangegeven debiteuren welke overdracht Hoekstra Suwald Installatie & Solar B.V. aanvaardt, één en ander op grond van de in de considerans aangegeven koopovereenkomst. (…)
(…)"
2.1.15
In een brief van 29 oktober 2014, gericht aan "Mevrouw [geïntimeerde2] , Bijzonder & Genieten VOF en haar vennoten [geïntimeerde2] en [geïntimeerde3] ", heeft de advocaat van HSIS onder meer het volgende meegedeeld.
"(
…)
Zoals in de brief van 27 oktober jl. al aangekondigd doe ik u bij deze toekomen kopie van de acte van cessie d.d. 29 oktober jl. (heden).
Met deze betekening aan u van de overdracht van de vorderingen op u van Friesland Installatie & Solar B.V. aan Hoekstra Suwald Installatie en Solar B.V. is de overdracht juridisch nu rond.
HSI en Solar B.V. zal u de eerder toegezonden nota's van 24 juni jl. crediteren en u nieuwe nota's zenden met dezelfde bedragen. Aangaande die nota's bent u de rente verschuldigd vanaf de 15e dag dat u de nota's onbetaald laat.
U kunt vanaf heden alleen nog bevrijdend betalen aan Hoekstra Suwald Installatie en Solar B.V. (…)"
2.1.16
HSIS heeft de volgende, aan Homestylingshop en aan Bijzonder & Genieten gerichte facturen in het geding gebracht.
1) Factuurnummer I14000377, gedateerd op 17 april 2014 ad € 14.774,10 inclusief btw, met als omschrijving, voor zover van belang, "
Het leveren en monteren van diverse onderdelen t.b.v. appartement 1e verdieping [a-straat] 6B. - Grondriolering - Waterleiding - Vloerverwarming (hal), 5e termijn".
2) Factuurnummer I14000382, gedateerd op 17 april 2014 ad € 3.141,16 bruto inclusief btw, met als omschrijving:
"Levering en installatie van een warmtepomp IDM Terra HGL volgens opdrachtbevestiging 1320110 / 138615 / IN13054 d.d. 23/04/2014, Leveradres: [a-straat] 6 Winkelcomplex [B] Levering HWA en buitenriolering, Materiaal HWA en buitenriolering".
3) Factuurnummer IS14000534, gedateerd op 31 oktober 2014 ad € 2.101,55 inclusief btw, met als omschrijving, voor zover van belang, "
Het leveren en monteren van diverse onderdelen in de Home Styling Shop, Werk adres: [a-straat] 6A, Homestyling laatste termijn".
4) Factuurnummer IS14000528, gedateerd op 31 oktober 2014 ad € 2.352,24 inclusief btw, met als omschrijving, voor zover van belang, "
Het leveren en monteren van diverse onderdelen t.b.v. appartement 1e verdieping [a-straat] 6B. - Grondriolering - Waterleiding - Vloerverwarming (hal), Appartement laatste termijn".
5) Factuurnummer IS14000522, gedateerd op 31 oktober 2014 ad € 8.142,09 inclusief btw, met als omschrijving, voor zover van belang, "
Het leveren en monteren van diverse onderdelen in de winkel. Werkadres: [a-straat] 6 - Grondriolering - Waterleiding - Vloerverwarming - Mantelbuizen t.b.v. elektra install. - Mantelbuizen nutsvoorziening, Winkel laatste termijn".
6) Factuurnummer IS14000530, gedateerd op 31 oktober 2014 ad € 588,06 inclusief btw, met als omschrijving, voor zover van belang, "
Het leveren en monteren van diverse onderdelen in de opslag Rustique, Werkadres: [a-straat] 6B, Opslag winkel/Rustique laatste termijn".
7) Factuurnummer IS14000524, gedateerd op 31 oktober 2014 ad € 1.801,69 inclusief btw, met als omschrijving, voor zover van belang, "
Levering en installatie van een warmtepomp IDM Terra HGL volgens opdrachtbevestiging 1320110/ 138615 / IN13054 d.d. 23/04/2014, Leveradres: [a-straat] 6, Meerwerk warmtepomp volgens mail 20-03-2014".
8) Factuurnummer IS14000536, gedateerd op 31 oktober 2014, ad € 2.959,07 inclusief btw, met als omschrijving, voor zover van belang, "
Ventilatie oliebollen/wateraansluiting tbv bouw".
2.1.17
Alle genoemde facturen zijn onbetaald gebleven.

3.Het geschil en de beoordeling daarvan in alle zaken

Inleiding
3.1
Zowel in eerste aanleg als in dit hoger beroep strekt de vordering van HSIS tot betaling van de hiervoor genoemde facturen (in totaal respectievelijk door Bijzonder & Genieten, [geïntimeerde2] en [geïntimeerde3] van een bedrag van € 13.490,91 en door [geïntimeerde4] van een bedrag van € 19.277,89 en door [geïntimeerde2] van een bedrag van 24.720,30), vermeerderd met kosten en rente. In alle drie de zaken heeft de rechtbank de vorderingen bij gebrek aan deugdelijke onderbouwing afgewezen. De grieven van HSIS zijn overwegend tegen de desbetreffende overwegingen gericht. Het hof zal deze grieven hierna, gelet op de onderlinge samenhang van de procedures, gezamenlijk bespreken. Omwille van een overzichtelijke behandeling zal het hof echter eerst - op grond van de zogenaamde devolutieve werking van het hoger beroep - een onderdeel van het geschil bespreken dat strikgenomen pas aan de orde kan komen als de grieven (deels) doel zouden treffen. Het gaat daarbij om het onderscheid tussen werkzaamheden die voor het faillissement van FI zijn verricht (tussen 3 en 13 maart 2014) en werkzaamheden die beweerdelijk na het faillissement zijn verricht (tussen 29 april en 5 juni 2014). Behoudens een enkele uitzondering gaat het daarbij steeds om werk dat op regiebasis is uitgevoerd.
De werkzaamheden die na het faillissement beweerdelijk zijn verricht
3.2
HSIS heeft de vorderingen voor werk dat na het faillissement is verricht gebaseerd op de hiervoor onder 2.1.12 en verder genoemde activatransactie en de daarop volgende cessie. Aan die vordering ligt dus ten grondslag dat dit werk door FI is verricht en na haar faillissement is aangenomen. Van de zijde van HSIS is echter ook aangevoerd dat dit werk
nietis uitgevoerd krachtens opdracht van de curator, omdat deze 'geen boedelschuld wilde creëren (en dus formeel ook aangaf het contract niet te willen uitdienen)'. Dat is in overeenstemming met het faillissementsverslag, waarin is vermeld dat de boedel lopende orders niet zal voltooien. Zonder nadere onderbouwing van het tegendeel, die ontbreekt, dwingt dat tot de conclusie dat - als na 29 april 2014 al de gefactureerde werkzaamheden zijn verricht, wat wordt bestreden - aan deze werkzaamheden niet een overeenkomst tussen het failliete FI en [geïntimeerden] c.s. ten grondslag ligt. Bij gebrek aan een dergelijke juridische basis konden de uit dit werk voortvloeiende vorderingen dan ook niet door de curator van FI aan FIS en vervolgens aan HSIS worden overgedragen. Op die constatering moeten deze vorderingen van HSIS stranden, nu niet is gesteld of gebleken dat zij op enig andere wijze rechthebbende op deze vorderingen is geworden.
Beoordeling van (de toelichting op) de facturen van 31 oktober 2014
3.3
De facturen zijn deels gedateerd op 17 april 2014 (werkzaamheden tussen 7 en 13 maart 2014), deels op 24 juni c.q. - na creditering - 31 oktober 2014 (werkzaamheden tot 5 juni 2014). Deze laatst genoemde facturen zien ook op werk dat voorafgaand aan het faillissement is verricht. In hoeverre dat het geval is, valt uit die facturen echter niet op te maken en is ook niet deugdelijk toegelicht. De overgelegde algemene overzichten voldoen niet aan de eisen die aan een dergelijke toelichting kunnen worden gesteld. Daardoor schiet de onderbouwing tekort van op 31 oktober 2014 gedeclareerde werkzaamheden, voor zover die
voorde datum van het faillissement zijn verricht. Bovendien geldt ten aanzien van die facturen het volgende.
De werkzaamheden die voorafgaand aan het faillissement zijn verricht
3.4
Net als in eerste aanleg, is in hoger beroep door [geïntimeerden] c.s. aangevoerd dat de vorderingen van HSIS onvoldoende zijn onderbouwd. Die vorderingen zijn volgens hen namelijk nog steeds niet te herleiden tot werkzaamheden en gemaakte kosten op concreet omschreven momenten, met een gespecificeerde aanduiding van gewerkte uren en verwerkte materialen. Ook is aangevoerd dat de overzichten die wel zijn verschaft, niet met de facturen overeenstemmen. Bij de beoordeling van de vraag of dergelijke onderbouwing (anders dan in eerste aanleg) in hoger beroep wel is gegeven, staat voorop dat [geïntimeerden] c.s. er van meet af aan op hebben aangedrongen dat uit de facturen telkens zonder enige twijfel zou moeten blijken welke werkzaamheden en materialen in rekening zijn gebracht. Geen van de facturen waarvan in dit geschil betaling wordt gevorderd, voldoet aan die eis. Dat geldt ook voor de toelichting die daarop inmiddels is gegeven. Ook in hoger beroep komt HSIS namelijk niet verder dan het overleggen van lijsten waarop een niet per factuur opgesplitste opsomming is gegeven van materialen, gewerkte uren (zonder aanduiding van personen) en rittenstaten. De facturen zijn dus ook na gedetailleerde bestudering van die overzichten nog steeds niet inzichtelijk. Bovendien doet zich een veelheid aan incongruenties voor die door HSIS niet, althans niet afdoende zijn verklaard. Het hof zal ter toelichting hierna kort op een aantal van die onduidelijkheden ingaan met betrekking tot de facturen van 17 april 2014.
Beoordeling van (de toelichting op) de facturen van 17 april 2014
3.5
De facturen 114000377 (€ 14.744,10), IS14000379 (€ 4.340,-) en IS14000381 (€ 2.420,-) zijn, net als veel andere facturen, geformuleerd als termijnfacturen, die overwegend ronde bedragen bevatten (in het geval van de laatste twee facturen respectievelijk € 4.000,- en € 2.000,- exclusief btw) en bevatten alleen een algemene omschrijving van het leveren en monteren van diverse onderdelen. Deze facturen zijn indertijd niet toegelicht. Het werkloon is echter ook met de in dit hoger beroep gegeven toelichting niet afdoende onderbouwd, en de gedeclareerde uren zijn zonder deugdelijke toelichting - die ontbreekt - niet in overeenstemming te brengen met de inmiddels bijgevoegde rittenstaten. Ook komen op de specificaties leveringen en werkzaamheden voor die van ná de factuurdatum dateren. Deze discrepanties worden niet aan de hand van zogenoemde nacalculatie verklaard.
3.6
In factuur l 14000382 (€ 3.141,16) worden onder meer kosten voor levering en installatie van een warmtepomp in rekening gebracht. Daarvoor was (als enig onderdeel van het werk) een vaste prijs overeengekomen. In de factuur wordt dat echter niet opgesplitst. De overgelegde specificatie betreft werk dat is verricht tussen 13 juli 2013 tot en 16 januari 2014. Het is niet goed mogelijk om aan de hand daarvan inzicht te krijgen in het werk waarop de factuur betrekking heeft. Dat is met name problematisch, omdat de specificatie en het factuurbedrag niet lijken overeen te stemmen. Een deugdelijke verklaring daarvoor is niet gegeven.
Niet behandelde geschilpunten en grieven
3.7
Omdat de vordering ook in hoger beroep strandt op het ontbreken van een grondslag en voor het overige sneuvelt op een gebrek aan een deugdelijke onderbouwing, zal het hof de nog niet behandelde geschilpunten en grieven onbesproken laten. Voor enige bewijsvoering is geen plaats. Als de in het ongelijk te stellen partij zal het hof HSIS in de kosten van het hoger beroep veroordelen.
3.8
De kosten voor de procedure met zaak 1 in hoger beroep aan de zijde van [geïntimeerden] c.s. zullen worden vastgesteld op:
- explootkosten €
- griffierecht € 1.957,-
subtotaal verschotten €
- salaris advocaat
€ 1.788,-(2 punten x tarief II)
Totaal € 3.745,-
3.9
De kosten voor de procedure in hoger beroep met zaak 2 aan de zijde van [geïntimeerden] c.s. zullen worden vastgesteld op:
- explootkosten €
- griffierecht € 718,-
subtotaal verschotten €
- salaris advocaat
€ 2.316,-(2 punten x tarief III)
Totaal € 3.034,-
3.1
De kosten voor de procedure in hoger beroep met zaak 3 aan de zijde van [geïntimeerden] c.s. zullen worden vastgesteld op:
- explootkosten €
- griffierecht € 718,-
subtotaal verschotten €
- salaris advocaat
€ 2.316,-(2 punten x tarief III)
Totaal € 3.034,-
3.11
Als niet weersproken zal het hof ook in alle zaken de gevorderde wettelijke rente over de proceskosten en de nakosten in alle zaken toewijzen zoals hierna vermeld.

4.De beslissing

Het hof, recht doende in hoger beroep:
In zaak 1 (zaaknummer 200.198.789)
bekrachtigt het vonnis van de rechtbank Noord-Nederland, locatie Leeuwarden van
1 juni 2016;
veroordeelt HSIS in de kosten van het hoger beroep, tot aan deze uitspraak aan de zijde van [geïntimeerden] c.s. vastgesteld op € 1.957,- voor verschotten en op € 1.788,- voor salaris overeenkomstig het liquidatietarief;
veroordeelt HSIS in de nakosten, begroot op € 131,--, met bepaling dat dit bedrag zal worden verhoogd met € 68,- in geval HSIS niet binnen veertien dagen na aanschrijving aan deze uitspraak heeft voldaan én betekening heeft plaatsgevonden;
een en ander vermeerderd met de wettelijke rente te rekenen vanaf veertien dagen na aanschrijving én betekening;
verklaart dit arrest voor zover het de hierin vermelde proceskostenveroordeling betreft uitvoerbaar bij voorraad;
wijst het meer of anders gevorderde af.
In zaak 2 (zaaknummer 200.199.330)
bekrachtigt het vonnis van de rechtbank Noord-Nederland, locatie Leeuwarden van
1 juni 2016;
veroordeelt HSIS in de kosten van het hoger beroep, tot aan deze uitspraak aan de zijde van [geïntimeerden] c.s. vastgesteld op € 718,- voor verschotten en op € 2.316,- voor salaris overeenkomstig het liquidatietarief;
veroordeelt HSIS in de nakosten, begroot op € 131,--, met bepaling dat dit bedrag zal worden verhoogd met € 68,- in geval HSIS niet binnen veertien dagen na aanschrijving aan deze uitspraak heeft voldaan én betekening heeft plaatsgevonden;
een en ander vermeerderd met de wettelijke rente te rekenen vanaf veertien dagen na aanschrijving én betekening;
verklaart dit arrest voor zover het de hierin vermelde proceskostenveroordeling betreft uitvoerbaar bij voorraad;
wijst het meer of anders gevorderde af.
In zaak 3 (zaaknummer 200.185.127)
bekrachtigt het vonnis van de rechtbank Noord-Nederland, locatie Leeuwarden van
4 november 2015;
veroordeelt HSIS in de kosten van het hoger beroep, tot aan deze uitspraak aan de zijde van [geïntimeerden] c.s. vastgesteld op € 718,- voor verschotten en op € 2.316,- voor salaris overeenkomstig het liquidatietarief;
veroordeelt HSIS in de nakosten, begroot op € 131,-, met bepaling dat dit bedrag zal worden verhoogd met € 68,- in geval HSIS niet binnen veertien dagen na aanschrijving aan deze uitspraak heeft voldaan én betekening heeft plaatsgevonden;
een en ander vermeerderd met de wettelijke rente te rekenen vanaf veertien dagen na aanschrijving én betekening;
verklaart dit arrest voor zover het de hierin vermelde proceskostenveroordeling betreft uitvoerbaar bij voorraad;
wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit arrest is gewezen door mrs. M.W. Zandbergen, I. Tubben en A.G.J. van Wassenaer van Catwijck en is door de rolraadsheer in tegenwoordigheid van de griffier in het openbaar uitgesproken op 3 april 2018.