ECLI:NL:GHARL:2018:3016
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Veroordeling voor medeplegen van woningoverval met overschrijding van redelijke termijn in hoger beroep
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 3 april 2018 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de rechtbank Noord-Nederland van 28 september 2015. De verdachte, geboren in 1986 en thans verblijvende in P.I. Arnhem, was veroordeeld voor het medeplegen van een woningoverval, waarbij een oudere vrouw 's nachts in haar woning werd overvallen. De overval resulteerde in de diefstal van ongeveer € 2.000,- en de vrouw werd tijdens de overval bedreigd en vastgebonden. De rechtbank had de verdachte eerder veroordeeld tot een gevangenisstraf van 5 jaren, met aftrek van voorarrest, en had een schadevergoeding van € 2.000,- toegewezen aan de benadeelde partij.
In hoger beroep heeft het hof de zaak opnieuw beoordeeld, waarbij het hof kennisnam van de vordering van de advocaat-generaal tot een gevangenisstraf van 7 jaren. Het hof heeft de omstandigheden van de zaak in overweging genomen, waaronder de ernst van het feit en de impact op de slachtoffers. De verdachte had eerder een gevangenisstraf van 8 jaren uitgezeten voor soortgelijke feiten en had zich tijdens weekendverloven schuldig gemaakt aan de voorbereiding en uitvoering van de huidige overval.
Het hof heeft vastgesteld dat er sprake was van een overschrijding van de redelijke termijn in het hoger beroep, wat niet aan de verdediging te wijten was. Dit, samen met de openheid van zaken die de verdachte had gegeven, leidde het hof tot de conclusie dat de op te leggen straf gematigd kon worden. Uiteindelijk heeft het hof de gevangenisstraf vastgesteld op 5 jaren, in plaats van de door de advocaat-generaal gevorderde 7 jaren. Het hof heeft het vonnis van de rechtbank bevestigd, met aanvulling en verbetering van de gronden.