Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
verzoeker in hoger beroep,
verder te noemen: de rechthebbende.
1.Het geding in eerste aanleg
2.Het geding in hoger beroep
3.De feiten
"
De beoogd bewindvoerder is niet op een zitting in het kader van de instelling van de beschermingsmaatregel verschenen, zodat ingevolge het bepaalde in de Aanbevelingen Meerderjarigenbewind, zoals vastgesteld door het LOVCK op 15 december 2015, sub C.1.4 de vergoeding voor de aanvangswerkzaamheden met twee uur wordt verminderd. De kantonrechter zal de beloning voor de aanvangswerkzaamheden voor de te benoemen bewindvoerder, exclusief omzetbelasting voor zover van toepassing, dan ook vaststellen op een bedrag van € 389,50".
Wel kan ik u melden dat de regeling is uitgevoerd conform een besluit van het LOVCK-T (Landelijk Overleg Voorzitters Civiel Kanton - Toezicht). Het orgaan dat de aanbevelingen CBM goedkeurt. Dat er nog een verschil is tussen bewind en mentorschap is gelegen in het feit dat de afspraken rond mentorschap nog formeel moeten worden vastgesteld en gepubliceerd. Tot die formele stap kunnen wij ze nog niet toepassen. Inmiddels is de tekst in de beschikking aangepast wanneer er geen zitting is gehouden in een zaak."
4.De omvang van het geschil
5.De motivering van de beslissing
Naar aanleiding van reacties op de conceptregeling is de formulering gewijzigd van 'bijzondere omstandigheden' in 'uitzonderlijke omstandigheden', om te benadrukken dat niet te snel mag worden aangenomen dat van de regeling kan worden afgeweken. (…). Wat onder uitzonderlijke omstandigheden wordt verstaan, kan niet in een limitatieve opsomming in deze regeling worden vastgesteld."
"
Indien de bewindvoerder niet op de instellingszitting verschijnt of bij opvolging niet op de ontslagzitting verschijnt, wordt de intakevergoeding met twee uur verminderd. Hierbij wordt er namelijk vanuit gegaan dat de bewindvoerder reistijd en zittingstijd uitspaart, die in de hoogte van het tarief zijn verwerkt. (…). Als voorafgaand aan het bewind budgetbeheer heeft plaatsgevonden en de bewindvoerder niet ter zitting is verschenen, niet is opgeroepen of als er geen zitting is geweest, wordt op de lage beloning voor de aanvangswerkzaamheden twee uur in mindering gebracht."
3 van de Regeling. De bewindvoerder stelt verder dat de Aanbevelingen meerderjarigenbewind van het LOVCK door de rechtbanken niet uniform worden uitgevoerd. Zo wordt volgens de bewindvoerder bijvoorbeeld door de rechtbank Overijssel voor de aanvangswerkzaamheden wel altijd het volledige tarief toegekend, ongeacht of de bewindvoerder op een zitting is verschenen. Daarmee is volgens de bewindvoerder sprake van strijd met het gelijkheidsbeginsel.
€ 519,40.