In deze zaak gaat het om een geschil tussen appellanten, wonende te [A], en de geïntimeerde, Dakwerken B.V., over de garantie en de kwaliteit van dakbedekkingswerkzaamheden die in 2006 zijn uitgevoerd. Appellanten hebben in 2011 en 2013 klachten geuit over lekkages, waarop de geïntimeerde heeft gereageerd door herstelwerkzaamheden uit te voeren. Appellanten hebben vervolgens verschillende deskundigen ingeschakeld om de oorzaak van de lekkages vast te stellen. De deskundigenrapporten wijzen op zowel gebreken in de uitvoering door de geïntimeerde als bouwkundige gebreken aan de woning zelf. De kantonrechter heeft in eerste aanleg de vorderingen van appellanten afgewezen, omdat niet is komen vast te staan dat de lekkages het gevolg zijn van tekortkomingen van de geïntimeerde. In hoger beroep hebben appellanten hun eis gewijzigd en opnieuw schadevergoeding gevorderd. Het hof heeft de grieven van appellanten verworpen en het vonnis van de kantonrechter bekrachtigd, omdat de deskundigenrapporten onvoldoende bewijs leveren voor de gestelde tekortkomingen van de geïntimeerde. Het hof concludeert dat de lekkages voornamelijk te wijten zijn aan bouwfysische problemen en niet aan gebrekkig werk van de geïntimeerde. De kosten van het hoger beroep zijn voor rekening van appellanten.