Uitspraak
Verkort arrest van de meervoudige kamer voor strafzaken
[verdachte] ,
Het hoger beroep
Onderzoek van de zaak
Het vonnis waarvan beroep
De tenlastelegging
hij op één of meerdere tijdstippen in of omstreeks de periode van 29 april 2015 tot en met 30 april 2015 te Hilversum en/of Wijk bij Duurstede, althans in het arrondissement Midden-Nederland, in ieder geval in Nederland, (telkens) ter uitvoering van het door hem voorgenomen misdrijf om met het oogmerk om zich wederrechtelijk te bevoordelen door bedreiging met smaad en/of bedreiging met smaadschrift en/of bedreiging met openbaar maken van een geheim
hij op één of meerdere tijdstippen in of omstreeks de periode van 26 januari 2014 tot en met 29 april 2015 te Hilversum en/of Wijk bij Duurstede, althans in het arrondissement Midden-Nederland, in ieder geval in Nederland, (telkens) een of meerdere geheim(en), die hem uit hoofde van zijn ambt en/of beroep en/of wettelijk voorschrift als medewerker Basispolitiezorg A in de rang van hoofdagent bij de eenheid Midden-Nederland kenbaar was/waren en waarvan hij wist of redelijkerwijs moest vermoeden dat hij uit hoofde van ambt, beroep of wettelijk voorschrift, verplicht was het/deze te bewaren, opzettelijk heeft geschonden, door (telkens)
hij op één of meerdere tijdstippen in of omstreeks de periode van 26 januari 2014 tot en met 10 september 2014 te Hilversum, althans in het arrondissement Midden-Nederland, in elk geval in Nederland, (telkens) opzettelijk en wederrechtelijk in een geautomatiseerd werk,
Bewezenverklaring
hij op
één of meerdere tijdstippenin
of omstreeksde periode van 29 april 2015 tot en met 30 april 2015
te Hilversum en/of Wijk bij Duurstede, althans in het arrondissement Midden-Nederland,
in ieder geval in Nederland, (telkens
)ter uitvoering van het door hem voorgenomen misdrijf om met het oogmerk om zich wederrechtelijk te bevoordelen door
bedreiging met smaad en/ofbedreiging met smaadschrift en/of bedreiging met openbaar maken van een geheim
/of
/of
/of
in elk geval van enig goed, geheel of ten deletoebehorende aan die [benadeelde 1] en
/of[benadeelde 2] en
/of[benadeelde 3] en
/of[benadeelde 4] ,
in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte,die [benadeelde 1] en
/of[benadeelde 2] en
/of[benadeelde 3] en
/of[benadeelde 4] door middel van brief heeft gedreigd
/ofomgeving van die [benadeelde 1] en
/of[benadeelde 2] en
/of[benadeelde 3] en
/of[benadeelde 4] , tenzij die [benadeelde 1] en
/of[benadeelde 2] en
/of[benadeelde 3] en
/of[benadeelde 4] bitcoins ter waarde van 1000 euro zou
(den
)kopen via de door verdachte genoemde website ( [naam website] ) en
/of (daarbij
)het door verdachte genoemde bitcoinadres in te vullen, waardoor verdachte de beschikking zou krijgen over die bitcoins,
hij op
één of meerderetijdstippen in
of omstreeksde periode van 26 januari 2014 tot en met 29 april 2015 te Hilversum
en/of Wijk bij Duurstede, althans in het arrondissement Midden-Nederland, in ieder geval in Nederland,
(telkens
)een of meerdere geheim(en
), die hem uit hoofde van zijn ambt
en/of beroep en/of wettelijk voorschriftals medewerker Basispolitiezorg A in de rang van hoofdagent bij de eenheid Midden-Nederland kenbaar
was/waren en waarvan hij wist
of redelijkerwijs moest vermoedendat hij uit hoofde van ambt
, beroep of wettelijk voorschrift,verplicht was het/deze te bewaren, opzettelijk heeft geschonden, door
(telkens)
, althans een of meerderekentekens te bevragen bij het RDW door middel van het politiesysteem BVI-IB en
/of
(vervolgens
)van 29
, althans een of meerderekentekens de bijbehorende naam, adres en woonplaatsgegeven
(s
)te gebruiken om
(een)afdreigingsbrie
(f)(ven
)te versturen;
hij op
één of meerderetijdstippen in
of omstreeks de periode van 26 januari 2014 tot en met 10 september 2014 te Hilversum,
althans in het arrondissement Midden-Nederland, in elk geval in Nederland, (telkens
)opzettelijk en wederrechtelijk in een geautomatiseerd werk,
Strafbaarheid van het bewezenverklaarde
Strafbaarheid van de verdachte
Oplegging van straf en/of maatregel
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde 4]
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde 5]
Toepasselijke wettelijke voorschriften
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
18 (achttien) maanden.
14 (veertien) maanden, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten omdat de verdachte zich voor het einde van een proeftijd van
2 (twee) jarenaan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt of de verdachte gedurende de proeftijd van 2 (twee) jaren ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit geen medewerking heeft verleend aan het nemen van een of meer vingerafdrukken of geen identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage heeft aangeboden of geen medewerking heeft verleend aan het reclasseringstoezicht, bedoeld in artikel 14d, tweede lid, van het Wetboek van Strafrecht, de medewerking aan huisbezoeken daaronder begrepen, dan wel de hierna te noemen bijzondere voorwaarde(n) niet heeft nageleefd.
- dat veroordeelde zich gedurende de proeftijd houdt aan de aanwijzingen te geven door of namens Reclassering Nederland;
- dat de veroordeelde zich gedurende de volledige proeftijd onder behandeling zal stellen van De Waag of een soortgelijke instelling, op de tijden en plaatsen als door of namens die instelling aan te geven, teneinde zich te laten behandelen zolang de reclassering dit noodzakelijk acht.
taakstrafvoor de duur van
240 (tweehonderdveertig) uren, indien niet naar behoren verricht te vervangen door
120 (honderdtwintig) dagen hechtenis.
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde 4]
€ 550,00 (vijfhonderdvijftig euro) ter zake van immateriële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening.
€ 550,00 (vijfhonderdvijftig euro) als vergoeding voor immateriële schade, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door
11 (elf) dagen hechtenis, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening, met dien verstande dat de toepassing van die hechtenis de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet opheft.
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde 5]
€ 2.300,00 (tweeduizend driehonderd euro) ter zake van immateriële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening.
€ 2.300,00 (tweeduizend driehonderd euro) als vergoeding voor immateriële schade, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door
33 (drieëndertig) dagen hechtenis, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening, met dien verstande dat de toepassing van die hechtenis de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet opheft.