Uitspraak
Verkort arrest van de meervoudige kamer voor strafzaken
[verdachte] ,
Het hoger beroep
Onderzoek van de zaak
Het vonnis waarvan beroep
De tenlastelegging
1.
2.
3.3.
Overweging met betrekking tot het bewijs
Bewezenverklaring
1.
meerderetijdstippen
in ofomstreeks de periode van 1 januari 2014 tot 1 januari 2015 te [plaats] ,
in ieder geval in Nederland, met [slachtoffer 1] , geboren op [geboortedag] 2000, die toen de leeftijd van zestien jaar nog niet had bereikt, buiten echt, ontuchtige handelingen heeft gepleegd, bestaande uit het opzettelijk ontuchtig zoenen/kussen op de mond en/of in de nek en
/ofhet betasten van de borsten van die [slachtoffer 1] , terwijl die [slachtoffer 1] aan de zorg en
/ofwaakzaamheid van verdachte was toevertrouwd;
2.
meerderetijdstippen) in
of omstreeksde periode van 1 januari 2007 tot en met [geboortedag] 2013 te [plaats] ,
in ieder geval in Nederland, met [slachtoffer 2] , geboren op [geboortedag] 2000, die toen de leeftijd van zestien jaar nog niet had bereikt, buiten echt, ontuchtige handelingen heeft gepleegd, bestaande in het opzettelijk ontuchtig zoenen op de mond en
/ofbetasten van de borsten van die [slachtoffer 2] , terwijl die [slachtoffer 2] aan de zorg en
/ofwaakzaamheid van verdachte was toevertrouwd;
3.3.
meerderetijdstippen) in
of omstreeksde periode van [geboortedag] 2013 tot en met 1 september 2014 te [plaats] ,
in ieder geval in Nederland, met [slachtoffer 3] , geboren op [geboortedag] 2003, die toen de leeftijd van zestien jaar nog niet had bereikt, buiten echt, ontuchtige handelingen heeft gepleegd, bestaande uit het opzettelijk ontuchtig betasten van de borsten van die [slachtoffer 3] , terwijl die [slachtoffer 3] aan de zorg en
/ofwaakzaamheid van verdachte was toevertrouwd.
Strafbaarheid van het bewezenverklaarde
Strafbaarheid van de verdachte
Oplegging van straf en/of maatregel
Vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 3]
Toepasselijke wettelijke voorschriften
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
120 (honderdtwintig) dagen.
117 (honderdzeventien) dagen, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten omdat de verdachte zich voor het einde van een proeftijd van
2 (twee) jarenaan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.
taakstrafvoor de duur van
100 (honderd) uren, indien niet naar behoren verricht te vervangen door
50 dagen (vijftig) hechtenis.
Vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 1]
€ 1.388,95 (duizend driehonderdachtentachtig euro en vijfennegentig cent) bestaande uit € 388,95 (driehonderdachtentachtig euro en vijfennegentig cent) materiële schade en € 1.000,00 (duizend euro) immateriële schade,vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening.
€ 1.388,95 (duizend driehonderdachtentachtig euro en vijfennegentig cent) bestaande uit € 388,95 (driehonderdachtentachtig euro en vijfennegentig cent) materiële schade en € 1.000,00 (duizend euro) immateriële schade, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door
23 (drieëntwintig) dagen hechtenis, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening, met dien verstande dat de toepassing van die hechtenis de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet opheft.
Vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 2]
€ 1.388,95 (duizend driehonderdachtentachtig euro en vijfennegentig cent) bestaande uit € 388,95 (driehonderdachtentachtig euro en vijfennegentig cent) materiële schade en € 1.000,00 (duizend euro) immateriële schade,vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening.
€ 1.388,95 (duizend driehonderdachtentachtig euro en vijfennegentig cent) bestaande uit € 388,95 (driehonderdachtentachtig euro en vijfennegentig cent) materiële schade en € 1.000,00 (duizend euro) immateriële schade, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door
23 (drieëntwintig) dagen hechtenis, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening, met dien verstande dat de toepassing van die hechtenis de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet opheft.
Vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 3]
€ 2.131,38 (tweeduizend eenhonderd eenendertig euro en achtendertig cent) bestaande uit € 1.131,38 (duizend eenhonderd eenendertig euro en achtendertig cent) materiële schade en € 1.000,00 (duizend euro) immateriële schade,vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening.
€ 2.131,38 (tweeduizend eenhonderd eenendertig euro en achtendertig cent) bestaande uit € 1.131,38 (duizend eenhonderd eenendertig euro en achtendertig cent) materiële schade en € 1.000,00 (duizend euro) immateriële schade,bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door
31 (eenendertig) dagen hechtenis,vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening, met dien verstande dat de toepassing van die hechtenis de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet opheft.