In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 8 februari 2018 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de rechtbank Noord-Nederland. De verdachte is veroordeeld voor ontucht met zijn minderjarige dochter, het vervaardigen van kinderporno en het bezit van een grote hoeveelheid kinderporno. De rechtbank had eerder een gevangenisstraf van vier jaar opgelegd, waarvan één jaar voorwaardelijk, met bijzondere voorwaarden. Het hof heeft deze straf bevestigd, maar de proeftijd verlengd naar vijf jaar en de bijzondere voorwaarden aangescherpt. De verdachte moet zich onthouden van contact met het slachtoffer en andere gezinsleden. Het hof heeft ook beslist over de teruggave van in beslag genomen goederen en de schadevergoeding aan de benadeelde partij. De verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan ernstig seksueel misbruik en het bezit van meer dan 355.000 kinderpornografische bestanden. Het hof heeft rekening gehouden met de psychische toestand van de verdachte en de impact van zijn daden op het slachtoffer, dat inmiddels onder behandeling is voor PTSS. De vordering van de benadeelde partij tot schadevergoeding is toegewezen, waarbij de verdachte is veroordeeld tot betaling van € 6.359,40, vermeerderd met wettelijke rente. Het hof heeft de beslissing over de in beslag genomen goederen gemotiveerd en de onttrekking aan het verkeer van bepaalde goederen bevestigd, gezien de aard van de feiten en het risico van herhaling.