ECLI:NL:GHARL:2018:11703
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Herstelarrest inzake erfpacht en hypotheekrecht met betrekking tot ontruimingsvordering
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 4 december 2018 een herstelarrest gewezen in hoger beroep. De zaak betreft een geschil over erfpacht en hypotheekrecht, waarbij de Rabohypotheekbank N.V. en de Coöperatieve Rabobank U.A. als appellanten optreden. In eerste aanleg was er een ontruimingsvordering aan de orde, die door de rechtbank Gelderland was afgewezen. De appellanten verzochten het hof om een herstelarrest, omdat zij van mening waren dat er een kennelijke fout was gemaakt in het eerdere arrest van 6 november 2018. Zij stelden dat in rechtsoverweging 4.7 ten onrechte was vermeld dat er sprake was van een huurgarantie, terwijl in de akte vestiging erfpacht expliciet was aangegeven dat bepaalde bepalingen niet van toepassing waren. Het hof heeft het verzoek om herstel afgewezen, omdat het niet ging om een kennelijke fout die voor eenvoudig herstel in aanmerking kwam. Het hof oordeelde dat het verzoek niet voor toewijzing in aanmerking kwam en dat de geïntimeerde niet meer over dit verzoek hoefde te worden gehoord. De uitspraak is gedaan door de rechters C.G. ter Veer, H.L. Wattel en M.H.F. van Vugt, en is openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.