Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
1.Het verdere verloop van het geding in hoger beroep
“Ik wil graag een 10 vluchten pakket aanschaffen. Ik ben een vrije vlieger en wens geen cursus. (…) Ik heb 3 weken parapente-ervaring van ongeveer 4 jaar geleden.”Na akkoord van Inferno heeft [appellant] diezelfde dag nog gemaild:
Ik had op het inschrijvingsformulier abusievelijk een vinkje gezet bij ‘Vrije Vliegers’, maar dat ben ik niet, begreep ik, omdat ik nog geen brevet 2 heb.”
3.Het verloop van het geding
4.De motivering van de beslissing in hoger beroep
Hierbij verklaar ik voordat ik aan de cursus deelneem dat ik op de hoogte ben van: (...)”, waarna negen waarschuwingen en voorwaarden volgen. In de zogenoemde “Voorval melding” (onderdeel prod. 21 memorie van grieven) van [C] (die bij het ongeval van 20 augustus 2012 aanwezig was) staat onder de “Gegevens Piloot” onder andere vermeld bij “Brevet”:
B1, vlucht binnen de cursus B2 (nog geen theorie examen).Naar het oordeel van het hof brengen deze feiten en omstandigheden met zich dat geoordeeld kan worden dat [appellant] in de week van 12-13 augustus 2012 heeft deelgenomen als cursist (paragliding) van Inferno en wel voor brevet 2. Het enkele feit dat aan [appellant] kennelijk nadien (na het ongeval) geen factuur is gestuurd voor de huur van het gebruikte materiaal, laat het voorgaande onverlet. De grieven 1 en 4 slagen.
“Maandagochtend 20 augustus 2012, 08.00 uur: de baas van Paraglidingschool Inferno [B] was weer terug van zijn vakantie in Spanje. Na een korte briefing gingen we de schermen halen. Ik had ook [B] verzocht om een Mistral 6, maar na even zoeken in het schermenhok bleek die niet beschikbaar. Hij [had] nog wel een Astral 6 liggen, dat was nog een stap verder naar schermen voor gevorderde vliegers, maar dat kun je wel, zei hij. [B] gaf mij aan dat ik een rustig glijvluchtje van mijn eerste vlucht moest maken zodat ik er aan kon wennen.
“De start op Plateau de Eau ging erg goed, hoewel ik direct voelde wat [B] bedoelde. (…) Minieme stuurbeweging gaf al reactie, dus ik was voorzichtig. Boven een gemaaid geel veld maakte ik een bocht naar recht[s], die nog veel sneller ging dan ik had verwacht (…). Corrigeren en naar links, ook weer sneller, dan ik verwachtte. Weer corrigeren waardoor een soort slingerbeweging ontstond, ik zag een klein inklappertje rechts, die ik corrigeerde, maar waardoor ik weer een bocht naar links inging. Toen was ik, mijn beleving, nog zo’n 70 a 80 meter van de grond verwijderd, op dat moment ontstond een inklapper van het halve scherm aan de linkerkant (geen idee waarom, misschien wind of thermiek). Ik probeerde deze inklapper er nog uit te halen. Ik hoorde de instructeur beneden roepen gooi je noodchute. In middels was mijn afstand tot de grond vermoedelijk nog zo’n 50 meter. Ik greep naar rechts en gooide mijn noodchute. Dat lukte, maar die opende niet, kennelijk omdat ik in een negatieve draai zat. Vervolgens zag ik de grond met, ik denk een snelheid van zo’n 40 à 50 km/u dichterbij komen. In de draaiende beweging raakt ik met m’n linker been de grond (waardoor onderbeen, enkel en vermoedelijk 4 rugwervels braken). Toen ging het licht uit en sloeg ik vermoedelijk door naar links (waardoor meerdere ribben op meerdere plekken braken en borstbeen links). Verder helemaal niks! [E] [zijn zoon, toev. hof] zag het vanaf het landingsterrein allemaal gebeuren en rende in mijn richting, vermoedelijk na 2 of 3 minuten zag ik het licht weer. (…) Ik kon direct aangeven dat ik mijn linkerbeen had gebroken, pijn in mijn rug had en dat mijn linker long niet goed meer functioneerde.”
Hey [appellant] . mooi en heel duidelijk verhaal. Ik denk dat we ondanks de verschillende zichtspunten nagenoeg de zelfde beleving hebben! (…) en het tweede punt is is dat je al in een niet snel corrigeerbaar figuur vloog, (Flat spin) op het moment dat je over de radio hoorde dat je je nood moe[st] gaan gooien ;-)
“Ik stond op het landingsterrein toen ik [appellant] in wingovers zag gaan, bij een later gesprek met [appellant] bleek dat hij schrok van de te snelle bocht die hij in zette en daardoor in een aantal overcorrecties schoot. Hierbij heb ik over de radio naar [appellant] geroepen dat hij rustiger moest doen. Bij de laatste ‘wingover’ werdt de lage kant van het scherm week en klapte weg naar binnen. Dit herstelde zich snel maar een cravat was het gevolg. Doordat hij al weer was gaan verzitten naar de rechterkant en druk op de rechterkant had kwam hij in een ‘flat spin’ uit. Gezien de hoogte waar dit op gebeurde, +/- 100 m, heb ik meteen over de radio geroepen dat hij zijn reserve moest gooien.”
“Direct na de start (…) merkte ik dat dat ik op het moment dat ik in de zitpositie in het harnas kwam, het scherm veel heftiger reageerde op kleine zijwaartse bewegingen van mij. In ieder geval veel heftiger dan ik gewend was. Ik maakte geen abnormale bewegingen maar de gebruikelijke om een goede en prettige zitpositie te krijgen. (…) Zo heb ik van [B] geleerd dat de combinatie van gewicht verplaatsen en sturen van het scherm een mooie bocht geeft. In dit geval reageerde het scherm echter veel heftiger en ging veel schuiner dan ik gewend was, daar schrok ik behoorlijk van. (…) Voor zover ik mij herinner heb ik niet met mijn handen extra stuurbewegingen gemaakt, eigenlijk alleen getracht door rechtop te zitten en het gewicht in het midden te houden en het scherm te stabiliseren. Dat lukte uiteindelijk niet en op een gegeven moment is één gedeelte van het scherm in elkaar geklapt. (…) Wel herinner ik mij dat vlak voor het misging, en ik nog op de andere kant hing – met de rechterkant naar beneden – aan de rechter vleugelpunt iets flapperde, dat ik heb gecorrigeerd met de handstuurlijn, de slingerbeweging bleef zich echter voorzetten en ik kantelde weer naar de andere kant op welk moment de linkervleugel in elkaar klapte. (…) Door de inklapper kwam ik in een draaiende beweging [de flatspin, zo begrijpt het hof] en ik hoorde via de portofoon de grondinstructeur [C] roepen: “Gooi je noodparachute”. (…) Voordat [C] mij instrueerde, was ik geen wingovers aan het maken. Ik heb dat wel eerder gedaan onder leiding van [B] in Turkije op grotere hoogte boven zee en ik heb toen geleerd hoe dat moet. Het is in principe een combinatie van bochten maken met de handstuurlijnen en gewicht verplaatsen. Daar was ik op dat moment niet mee bezig, ik probeerde alleen het scherm door correcties onder controle te krijgen. (…) Voorts denk ik dat ik op het moment van de bocht naar links ongeveer op 130 of 140 meter boven de grond was en dan haal je het niet in je hoofd allerlei rare fratsen uit te halen.”
“Tijdens de vlucht van [appellant] viel mij daaraan [het scherm, toev. hof] niets bijzonders op en heb ik mijn aandacht ook meer gericht op de cursist die na hem vloog. Totdat ik op een gegeven moment in mijn ooghoek het witte scherm van [appellant] zag in een vreemde positie. (…) In feite was hij dus met scherm naar voren gekanteld. Ik heb meteen door de portofoon tegen [appellant] geroepen: “Rustig, rustig [appellant] rustig!” Ik zag echter dat [appellant] met het scherm niet rustiger deed maar op dezelfde (verkeerde) manier de andere kant op kantelde. Voor mijn gevoel ging dat vier keer achter elkaar zo door. (…) Vervolgens zie ik dat het scherm weer voor [appellant] staat en de rechterkant inklapt waardoor [appellant] met het scherm in een draaibeweging [de flatspin, zo begrijpt het hof] kwam, ging tollen. Ik heb toen onmiddellijk in de portofoon geroepen: “Trek je reserve, trek je reserve”. (…) Op uw vraag of [appellant] voor het inklappen van het scherm wingovers aan het maken was, antwoord ik u dat voor zover ik het kon waarnemen, hij wingovers maakte. Dat wil zeggen dus opzettelijk die bewegingen met het scherm maakte. (…) Als u mij voorhoudt dat [appellant] heeft verklaard dat hij uitsluitend bezig was met het corrigeren van het kantelen van het scherm, zeg ik vanuit mijn positie als hulpinstructeur dat hetgeen ik toen aan bewegingen van het scherm van [appellant] heb gezien, daarmee niet in overeenstemming waren. Alleen al omdat dergelijke correctiemaatregelen op zich uiterst simpel zijn: rechtop zitten en handjes hoog. En zo zag het er bepaald niet uit.”
“ Als je start hang je nog aan het scherm. Later kan je pas gaan zitten. Op het moment dat ik bewoog om te gaan zitten ging het scherm heen en weer en daar schrok ik van. Toen gaf [B] me advies, vanaf de grond, dat ik rustig moest blijven. Daarna werd het scherm weer stabiel. Ik schrok van de bewegingen van het scherm. Later maakte ik een bocht en toen ging het scherm veel schuiner. Ik probeerde dat te corrigeren door recht te gaan zitten en mijn handen omhoog te doen. De schommelbeweging kreeg ik er echter niet meer uit. Dergelijke ervaringen met de Arcus heb ik nooit gehad.”
“Ik wist dat mijn vader met een ander scherm dan daarvoor zou gaan vliegen. Ik had daaromtrent een beetje gemengde gevoelens, het zat mij niet zo lekker. Waarom kan ik niet echt zeggen, ik was zelf een beginneling (…). Ik stond beneden naast de hulpinstructeur [ [C] , toev. hof] (…) Ik hoorde de hulpinstructeur instructie geven dat mijn vader rustig moest vliegen. Tezelfdertijd zag ik dat het scherm van mijn vader schommelde op een voor mij ongewone manier, ik vond het vreemd en niet een wijze van vliegen die je opzettelijk zou doen. (…) Als u mij vraagt hoe ik de discussie zie omtrent het feit of mijn vader op dat moment wingovers aan het maken was, antwoord ik u dat ik dat niet – in ieder geval op dat moment niet – wist wat het was.”
5.De beslissing
29 januari 2019voor akte uitlating voor beide partijen, zoals weergegeven onder rechtsoverweging 4.9 en 4.10;