Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
verzoekster in hoger beroep,
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 6 december 2018 uitspraak gedaan in hoger beroep over de bevoegdheid van de Spreekuurrechter en de schoolkeuze van twee minderjarige kinderen. De moeder, verzoekster in hoger beroep, had eerder bij de kantonrechter een verzoek ingediend om vervangende toestemming te verkrijgen voor de inschrijving van haar kinderen op een basisschool nabij haar woning. De kantonrechter had dit verzoek afgewezen, wat de moeder deed besluiten in hoger beroep te gaan. Het hof heeft de procedure in eerste aanleg en de grieven van de moeder beoordeeld. Het hof oordeelde dat de kantonrechter bevoegd was om het verzoek te behandelen, ondanks dat het geschil betrekking had op boek 1 van het Burgerlijk Wetboek. Het hof concludeerde dat de belangen van de kinderen bij een schoolwisseling zwaarder wogen dan de belangen van de vader bij het handhaven van de huidige school. Het hof verleende de moeder vervangende toestemming om de kinderen in te schrijven op de basisschool in haar buurt, met de bepaling dat dit pas na de kerstvakantie zou ingaan, zodat de kinderen de gelegenheid kregen om op een goede manier afscheid te nemen van hun oude school. De beschikking van de Spreekuurrechter werd vernietigd en de moeder kreeg de gevraagde toestemming.