ECLI:NL:GHARL:2018:10355
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Tussenuitspraak
- mr. Wijma
- mr. Pranger
- Rechtspraak.nl
Tussenarrest inzake hoger beroep tegen beslissing kantonrechter over aanhoudingsverzoek en hoor en wederhoor
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 28 november 2018 een tussenarrest gewezen in het hoger beroep van de betrokkene tegen de beslissing van de kantonrechter van de rechtbank Oost-Brabant van 11 november 2016. De kantonrechter had het beroep van de betrokkene tegen de beslissing van de officier van justitie ongegrond verklaard. De betrokkene had echter hoger beroep ingesteld, waarbij hij klaagde dat de zitting op 21 oktober 2016 doorgang had gevonden ondanks dat zijn verzoek tot aanhouding was gehonoreerd. Het hof constateert dat de kantonrechter op 21 oktober 2016 de zaak bij verstek inhoudelijk heeft behandeld, maar dat de beslissing van die datum niet in het dossier aanwezig is. Hierdoor kon de kantonrechter niet opnieuw op het beroep beslissen zonder de eerdere beslissing te vernietigen.
Het hof oordeelt dat de beslissing van de kantonrechter van 11 november 2016 dient te worden vernietigd, omdat deze in strijd is met het beginsel van hoor en wederhoor. De kantonrechter had de zaak niet inhoudelijk mogen behandelen, aangezien het aanhoudingsverzoek van de betrokkene was gehonoreerd. Het hof zal de betrokkene in de gelegenheid stellen om gehoord te worden op een nader te bepalen zitting, tenzij hij aangeeft van die gelegenheid geen gebruik te willen maken. Daarnaast verzoekt het hof de advocaat-generaal om binnen vier weken na dagtekening van het arrest informatie te verstrekken over de situatie ter plaatse ten tijde van de gedraging, aangezien onduidelijk is of het terrein waar de betrokkene zijn voertuig had geparkeerd als openbaar terrein kan worden aangemerkt.
Het hof houdt iedere verdere beslissing aan totdat de gevraagde informatie is verstrekt en de betrokkene is gehoord.