ECLI:NL:GHARL:2018:10256
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Ambtshalve ontslag van bewindvoerder wegens gewichtige redenen in hoger beroep
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 22 november 2018 uitspraak gedaan in hoger beroep over het ambtshalve ontslag van een bewindvoerder, de moeder van verzoekster2, vanwege gewichtige redenen. De moeder was bewindvoerder van haar dochter, [verzoekster2], die een verstandelijke beperking heeft. De kantonrechter had op 14 februari 2018 de moeder ontslagen als bewindvoerder, omdat zij niet in staat was gebleken om de vermogensrechtelijke belangen van [verzoekster2] op een deugdelijke wijze te behartigen. De moeder en [verzoekster2] gingen in hoger beroep tegen deze beslissing, met de stelling dat de kantonrechter onvoldoende rekening had gehouden met de bereidheid van de moeder om aan de eisen te voldoen en dat de familie goed samenwerkte in het beheer van de financiën.
Het hof heeft de procedure in hoger beroep behandeld, waarbij de moeder en [verzoekster2] bijgestaan werden door hun advocaat, mr. C.K.E.E. Fischer-Fuhler. De vader en de zus van [verzoekster2] waren ook aanwezig. Het hof heeft vastgesteld dat de moeder in gebreke is gebleven bij het indienen van een goede rekening en verantwoording over de financiën van [verzoekster2]. Ondanks de goede bedoelingen van de moeder, heeft het hof geoordeeld dat zij niet voldeed aan de eisen die aan een bewindvoerder gesteld worden. Het hof heeft de beslissing van de kantonrechter bekrachtigd, waarbij het ook opmerkt dat de moeder en [verzoekster2] niet voldoende inzicht hadden in de taken van een bewindvoerder en de verwachtingen die daarbij komen kijken. Het hof raadt aan om een gesprek te plannen met de nieuwe bewindvoerder, [belanghebbende3], om wederzijdse verwachtingen te bespreken en vragen te beantwoorden.