2.2Het petitum van de dagvaarding in hoger beroep luidt als volgt:
"(…) bij arrest, voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad,
- te vernietigen de vonnissen die de rechtbank Overijssel, Team kanton en handelsrecht, zittingsplaats Zwolle (…) heeft gewezen op 28 november 2012, 1 april 2015, 23 december 2015, 16 maart 2016, 20 juli 2016 (tussenvonnissen) en 12 oktober 2016 (eindvonnis) in de procedure tussen (…) rekwiranten als eisers en gerekwireerden als gedaagden en, opnieuw rechtdoende,
-PRIMAIR: gerekwireerden als geïntimeerden alsnog hoofdelijk te veroordelen, in die zin dat indien de ene partij betaalt, de andere zal zijn bevrijd, om tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan appellanten in hun hoedanigheid van executeur te voldoen een bedrag van € 6.487.154,00, te vermeerderen met de wettelijke enkelvoudige rente daarover vanaf 1 juli 2013 tot de dag der algehele voldoening, althans een bedrag dat het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, locatie Leeuwarden, in goede justitie vermeent te behoren,
gerekwireerde Vasse Kunststoffen B.V. als geïntimeerde
alsnog te veroordelen om aan appellanten af te geven de door haar gedreven onderneming, volgens het handelsregister gevestigd aan de [a-straat 1] te [D] , feitelijk gevestigd in het bedrijfsgebouw met erf aan de [b-straat 2] te [D] , omvattend de bedrijfsinventaris, handelsvoorraden, goodwill c.a., in de ruimste zin des woords,
alsmede gerekwireerde Vasse Kunststoffen B.V. als geïntimeerde te veroordelen om aan appellanten af te geven de onroerende zaak, kadastraal bekend gemeente Stad [D] sectie A, nummer [0000] , plaatselijk bekend [b-straat 2] te [D] ,
alsmede gerekwireerde Vasse Kunststoffen B.V. als geïntimeerde te veroordelen om aan appellanten tegen behoorlijk bewijs van kwijting te voldoen een bedrag van € 18.151,00, te vermeerderen met de wettelijke rente daarover vanaf 13 mei 1999, althans vanaf de dag der dagvaarding, in beide gevallen tot de dag der algehele voldoening;
gerekwireerde [geïntimeerde1] als geïntimeerde
primairalsnog te veroordelen om binnen veertien dagen na betekening van het in deze te wijzen arrest over te gaan tot levering aan appellanten van de onroerende zaak, kadastraal bekend Stad [D] sectie A, nummer [0001] , plaatselijk bekend [a-straat 1] te [D] , op straffe van een dwangsom € 2.500,00 per dag gedurende welke gerekwireerde S.R. Vasse als geïntimeerde in gebreke is om aan dit vonnis te voldoen, een gedeelte van een dag daaronder begrepen, althans een dwangsom als het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, locatie Leeuwarden, in goede justitie vermeent te behoren;
subsidiairalsnog te veroordelen om appellanten tegen behoorlijk bewijs van kwijting te voldoen het ten titel van geldlening verschuldigde ad € 34.033,00, te vermeerderen met de wettelijke rente daarover vanaf 29 maart 2002, althans vanaf de dag der inleidende dagvaarding, in beide gevallen tot de dag der algehele voldoening,
alsmede, voorwaardelijk,namelijk indiende vordering van appellanten op Vasse Kunststoffen B.V. tot afgifte van de onroerende zaak, kadastraal bekend gemeente Stad [D] sectie A, nummer [0000] , plaatselijk bekend [b-straat 2] te [D] door het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden,wordt afgewezen,alsnog te veroordelen om aan appellanten tegen behoorlijk bewijs van kwijting te voldoen het ten titel van geldlening verschuldigde ad € 138.402,00, te vermeerderen met de wettelijke rente daarover vanaf 29 maart 2002 tot de dag der algehele voldoening, althans vanaf de dag der dagvaarding tot de dag der algehele voldoening,
alsmede, voorwaardelijk,namelijk indiende vordering van appellanten op Vasse Kunststoffen B.V. tot afgifte van de door haar gedreven onderneming, volgens het handelsregister gevestigd aan de [a-straat 1] te [D] , feitelijk gevestigd in het bedrijfsgebouw met erf aan de [b-straat 2] te [D] , omvattende de bedrijfsinventaris, handelsvoorraden, goodwill c.a., in de ruimste zin des woords, door het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, locatie Leeuwarden,wordt afgewezen,alsnog te veroordelen tot betaling aan appellanten van schadevergoeding, nader op te maken bij staat,
met veroordeling van geïntimeerden hoofdelijk, in die zin dat indien de een betaalt, de ander zal zijn gekweten, in de kosten van beide instanties, te vermeerderen met de nakosten ad € 155,89 (inclusief BTW) voor zover betaling van dat bedrag plaatsvindt zonder betekening van het in deze te wijzen arrest, althans een bedrag van € 236,81, voor zover betaling uitblijft nadat veertien dagen zijn verstreken na aanschrijving en betekening van het in deze te wijzen arrest nodig is om betaling te verkrijgen, te vermeerderen met de wettelijke rente over de (na)kosten, te rekenen vanaf de dag vanaf de vijftiende dag na dagtekening van het arrest.”