Uitspraak
[appellant],
Sun Chemical,
1.Het geding in eerste aanleg
2.Het geding in hoger beroep
3.De vaststaande feiten
Personnel Managervoor de duur van 37 uur per week. De plaats van tewerkstelling is [B] .
Beide partijen komen uitdrukkelijk overeen dat bij een eventuele verbreking en of opzeg uitgaande van de werkgever er een verbrekingsvergoeding betaald zal worden welke berekend wordt volgens de formule Claeys (…)."
4.Het geschil en de beslissing in eerste aanleg
5.De beoordeling van de grieven en de vordering
grief 8zijn bezwaren ontwikkeld tegen de hoogte van het door de kantonrechter, subsidiair, toegewezen bedrag aan loon. Desgevraagd is namens [appellant] ter comparitie van het hof meegedeeld dat de desbetreffende opmerkingen niet moeten worden opgevat als een grief tegen het vonnis. De grief wordt daarom als ter comparitie ingetrokken beschouwd zodat deze (verder) buiten behandeling kan blijven.
grieven 1 tot en met 7keren zich tegen een zevental overwegingen die de kantonrechter mede tot het oordeel hebben gebracht dat het BBA toepassing mist. Op de inhoud ervan is deels (grief 5) hiervoor al ingegaan, en wordt overigens hierna ingegaan.
grief 6) nader aan de orde gesteld. Genoemde grief 6 richt zich tegen de overweging van de kantonrechter dat [appellant] géén WW-uitkering in Nederland ontvangt. [appellant] heeft ter comparitie verklaard dat hij nimmer heeft stil gestaan bij de vraag of hij aanspraak op enige Nederlandse werknemersvoorziening (zoals een werkloosheidsuitkering) zou kunnen maken omdat hij door werk in eigen levensonderhoud wilde voorzien en dat na het ontslag feitelijk ook heeft gedaan. De juistheid van de overweging van de kantonrechter is door [appellant] aldus ter comparitie bevestigd. Daaraan kan nog worden toegevoegd dat ter comparitie door Sun Chemical is verklaard dat op het Nederlandse salaris(deel) van [appellant] wel loonbelasting maar geen premies werknemersverzekeringen werden ingehouden, hetgeen door [appellant] niet is weersproken. Gesteld noch gebleken is dat [appellant] in Nederland premies WW, WAO, WIA en ZW) heeft betaald en/of dat hij desondanks aanspraak zou kunnen maken op die Nederlandse werknemersvoorzieningen. Voor zover grief 6 beoogt te stellen dat de kantonrechter kennelijk ten onrechte heeft geoordeeld dat [appellant] geen recht zou hebben op een WW-uitkering in Nederland indien hij daarop aanspraak zou hebben gemaakt, geldt dat dit veronderstelde oordeel juist is. Grief 6 faalt.
grieven 2, 3, 4 en 7lenen zich voor gezamenlijke behandeling. Daarbij wordt het volgende voorop gesteld. De te beoordelen vraag is of het BBA per ontslagdatum van toepassing was op [appellant] . Een van de relevante factoren daarvoor is de omvang van het dienstverband met Sun Chemical per ontslagdatum. Ter comparitie in hoger beroep is door [appellant] gesteld dat hij, per ontslagdatum, gemiddeld één dag per week werkzaam was voor Sun Chemical en de overige vier dagen voor Sun Chemical BE. Namens Sun Chemical is ter comparitie erkend dat [appellant] werkzaamheden verrichtte voor Sun Chemical. De omvang ervan is daarbij gesteld op "maximaal 20%". Bevestigd is dat hij voor de overige vier dagen per week werkzaam was voor Sun Chemical BE. Op basis hiervan wordt bij de verdere beoordeling uitgegaan van de volgende verdeling van werkzaamheden per ontslagdatum: 80% voor Sun Chemical BE en 20% voor Sun Chemical. Het zwaartepunt van de arbeidsverhouding die [appellant] had met Sun Chemical BE en Sun Chemical lag dus evident in België.
Limes Internationalvan 6 oktober 2015 (productie 2 bij conclusie van antwoord) en een memo van (belastingadvieskantoor)
Crowe Horwathvan
6.De slotsom
€ 1.788,-(2 punten x tarief II)