ECLI:NL:GHARL:2017:3404

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden

Datum uitspraak
20 april 2017
Publicatiedatum
20 april 2017
Zaaknummer
WAHV 200.169.286t
Instantie
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Bestuursstrafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Tussenarrest inzake vertaling van processtukken voor buitenlandse betrokkene in bestuursrechtelijke procedure

In deze zaak gaat het om een hoger beroep tegen de beslissing van de kantonrechter van de rechtbank Midden-Nederland, die op 24 maart 2015 een beroep van de betrokkene ongegrond heeft verklaard. De betrokkene, woonachtig in Duitsland, heeft via zijn gemachtigde hoger beroep ingesteld, omdat de beslissing van de officier van justitie niet in het Duits was vertaald. De gemachtigde stelt dat dit de betrokkene belemmert in zijn mogelijkheid om adequaat te reageren op de beslissing. Het hof oordeelt dat, gezien de omstandigheden, de betrokkene recht heeft op een vertaling van de relevante processtukken in een taal die hij begrijpt. Dit is in lijn met de vaste rechtspraak van het hof, die vereist dat buitenlandse betrokkenen die de Nederlandse taal niet voldoende machtig zijn, een schriftelijke vertaling van processtukken moeten ontvangen. Het hof draagt de advocaat-generaal op om binnen vier weken een schriftelijke weergave van de korte inhoud van de beslissing van de officier van justitie en het zaakoverzicht te laten vertalen. Tevens wordt de griffier opgedragen om een vertaling van de beslissing van de kantonrechter te verzorgen. De betrokkene krijgt de gelegenheid om binnen vier weken na ontvangst van deze stukken een nadere toelichting te geven op het hoger beroep. Het hof houdt verdere beslissingen aan totdat deze stukken zijn ontvangen en beoordeeld.

Uitspraak

WAHV 200.169.286
20 april 2017
CJIB 179635600
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
zittingsplaats Leeuwarden
Tussenarrest
op het hoger beroep tegen de beslissing
van de kantonrechter van de rechtbank Midden-Nederland
van 24 maart 2015
betreffende
[betrokkene] (hierna te noemen: betrokkene),
wonende te [woonplaats] (Duitsland),
voor wie als gemachtigde optreedt [gemachtigde] ,
gevestigd te [plaats] (Duitsland).

De beslissing van de kantonrechter

De kantonrechter heeft het beroep van de betrokkene tegen de door de Centrale Verwerking Openbaar Ministerie namens de officier van justitie genomen beslissing ongegrond verklaard.

Het procesverloop

De gemachtigde van de betrokkene heeft tegen de beslissing van de kantonrechter hoger beroep ingesteld.
De advocaat-generaal is in de gelegenheid gesteld een verweerschrift in te dienen. Hiervan is geen gebruik gemaakt.

Beoordeling

1. De gemachtigde van de betrokkene voert aan dat de beslissing van de officier van justitie niet in het Duits is vertaald waardoor het voor de betrokkene onmogelijk was om hier concreet op te reageren. Daarnaast zijn ook de opgevraagde documenten, waarvan enkel het zaakoverzicht is ontvangen, niet in het Duits vertaald. De gemachtigde meent dat ook hiervan een vertaling nodig is om verweer te kunnen voeren tegen de inleidende beschikking. Tevens vraagt de gemachtigde om toezending van de ijkrapporten van het meetapparatuur.
2. De betrokkene is woonachtig in Duitsland en de gemachtigde van de betrokkene heeft telkens in het Duits gecorrespondeerd. De gemachtigde heeft per brief van 11 maart 2014 in het Duits beroep ingesteld tegen de inleidende beschikking en de relevante stukken opgevraagd. De officier van justitie heeft op 17 maart 2014 een in het Duits opgestelde ontvangstbevestiging gestuurd waarbij het zaakoverzicht in de Nederlandse taal is bijgevoegd. Op diezelfde datum heeft de officier van justitie ook aan de gemachtigde een in het Duits opgestelde brief gestuurd waarin gevraagd is om de gronden aan te vullen. Op 24 april 2014 is de beslissing van de officier van justitie in het Nederlands aan de betrokkene en de gemachtigde verzonden.
3. Ingevolge vaste rechtspraak van het hof dient aan een buitenlandse betrokkene, die de Nederlandse taal niet voldoende machtig is en die derhalve de inhoud van enig processtuk niet begrijpt, een schriftelijke vertaling van een of meer door de betrokkene aan te wijzen processtukken te worden verschaft in een taal die de betrokkene begrijpt. Deze vertaling dient te worden vervaardigd door een beëdigd vertaler en dient in het geding te worden gebracht door het bestuursorgaan dat de sanctie heeft opgelegd of gehandhaafd.
4. In plaats van een vertaling kan worden volstaan met een door een beëdigd vertaler te vervaardigen schriftelijke weergave van de korte inhoud van een stuk als vorenbedoeld, indien en voor zover de betrokkene daardoor niet wordt geschaad in zijn verdedigingsbelang.
5. In aanmerking genomen het doorgaans schriftelijke karakter van de procedure geldt, in geval van een in het buitenland wonende betrokkene, hetgeen hiervoor is overwogen zowel ten aanzien van de stukken die van de zijde van de verbalisant als het openbaar ministerie zijn ingebracht als ten aanzien van de beslissing van de kantonrechter. Voorts dient de rechtsmiddelverwijzing onder de beslissing van de kantonrechter te worden vertaald.
6. Gelet op het voor overwogene geeft het hof aan de advocaat-generaal opdracht een door een beëdigd vertaler te vervaardigen schriftelijke weergave van de korte inhoud van de beslissing van de officier van justitie van 24 april 2014 alsmede van het in het dossier opgenomen zaakoverzicht in het geding te brengen.
7. Geen wettelijke bepaling schrijft voor dat het ijkrapport deel uitmaakt van de stukken van het geding. Op overlegging van het ijkrapport kan de gemachtigde van de betrokkene in het kader van de onderhavige procedure dan ook geen aanspraak maken.
8. Het hof merkt voorts op dat de Duitse toelichting onder de beslissing van de kantonrechter niet voldoet aan het vereiste genoemd onder 3. en 4. Weliswaar is de rechtsmiddelverwijzing in het Duits vertaald, maar bij de gedingstukken bevindt zich geen Duitse samenvatting van de inhoudelijke motivering van de kantonrechter. Slechts is in het Duits opgemerkt dat het beroep ongegrond is verklaard. Het hof zal daarom aan de griffier van het hof opdragen alsnog een door een beëdigd vertaler te vervaardigen schriftelijke weergave van de korte inhoud van de beslissing van de kantonrechter in het geding te brengen.
9. Na ontvangst van de onder 6. en 8. genoemde stukken zal de griffier deze, tezamen met de in het dossier aanwezige foto's van de gedraging, toesturen naar de gemachtigde teneinde hem in de gelegenheid te stellen het hoger beroep nader toe te lichten. De advocaat-generaal zal in de gelegenheid worden gesteld om op die nadere toelichting te reageren.

Beslissing

Het gerechtshof:
draagt de advocaat-generaal op een door een beëdigd vertaler te vervaardigen schriftelijke weergave van de korte inhoud van de beslissing van de officier van justitie van 24 april 2014 alsmede van het zaakoverzicht in het geding te brengen, en wel binnen vier weken na dagtekening van dit arrest;
draagt de griffier van het hof op een door een beëdigd vertaler te vervaardigen schriftelijke weergave van de korte inhoud van de beslissing van de kantonrechter in het geding te brengen, en wel binnen vier weken na dagtekening van dit arrest;
bepaalt, dat de griffier van het hof deze stukken alsmede de in het dossier aanwezige foto's van de gedraging toestuurt aan de gemachtigde;
bepaalt, dat de betrokkene in de gelegenheid wordt gesteld binnen vier weken na de verzending van bedoelde stukken een nadere toelichting te geven op het hoger beroep;
verstaat - voor het geval de betrokkene een nadere toelichting geeft op het beroep - dat de advocaat-generaal in de gelegenheid wordt gesteld overeenkomstig het bepaalde in artikel 19, derde lid, van de WAHV op die nadere toelichting te reageren;
houdt iedere verdere beslissing aan.
Dit arrest is gewezen door mr. Van Schuijlenburg, in tegenwoordigheid van mr. Stoop als griffier, en uitgesproken ter openbare zitting.