2:
hij op (een) tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 1 september 2011 tot en met
1 november 2011 in de gemeente(n) Breda en/of Duiven en/of Arnhem, althans (elders) in Nederland, (lid 3, onder 1) tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, meermalen, althans eenmaal, een ander, genaamd [benadeelde 2] , (lid 1, onder 1) (telkens) door dwang en/of geweld en/of één of meer andere feitelijkhe(i)d(en) en/of door dreiging met geweld en/of één of meer andere feitelijkhe(i)d(en) en/of door afpersing, fraude en/of door misleiding dan wel door misbruik van uit feitelijke omstandigheden voortvloeiend overwicht en/of door misbruik van een kwetsbare positie, en/of door het geven of ontvangen van betalingen of voordelen om de instemming van een persoon te krijgen die zeggenschap over die ander, te weten [benadeelde 2] , heeft/hebben geworven en/of vervoerd en/of overgebracht en/of gehuisvest en/of opgenomen, met het oogmerk van uitbuiting van die [benadeelde 2] , en/of (lid 1, onder 4°) (telkens) met één of meerdere van de onder 1° van dit artikel genoemde middelen, te weten door dwang en/of geweld en/of één of meer (andere) feitelijkheden en/of door dreiging met geweld en/of andere feitelijkheden, door fraude, afpersing, misleiding dan wel door misbruik van uit feitelijke omstandigheden voortvloeiend overwicht en/of door misbruik van de kwetsbare positie, die [benadeelde 2] , heeft/hebben gedwongen en/of bewogen zich beschikbaar te stellen tot het verrichten van arbeid en/of diensten (mede bestaande uit seksuele handelingen met of voor een derde tegen betaling) dan wel onder de onder 1° van dit artikel genoemde omstandigheden, te weten door dwang en/of geweld en/of één of meer (andere) feitelijkheden en/of door dreiging met geweld en/of andere feitelijkheden, door fraude, afpersing, misleiding dan wel door misbruik van uit feitelijke omstandigheden voortvloeiend overwicht en/of door misbruik van de kwetsbare positie enige handeling(en) heeft/hebben ondernomen waarvan hij, verdachte en/of diens mededader(s) wist(en) of redelijkerwijs moest(en) vermoeden dat die [benadeelde 2] zich daardoor beschikbaar zou stellen tot het verrichten van arbeid en/of diensten, en/of (lid 1, onder 6) (telkens) opzettelijk voordeel heeft/hebben getrokken uit de uitbuiting (in de prostitutie) van die [benadeelde 2] , immers heeft/hebben hij, verdachte, en/of zijn mededader(s) (telkens):