Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
verzoekster in het principaal hoger beroep,
1.Het geding in eerste aanleg
2.Het geding in hoger beroep
- het beroepschrift met producties, ingekomen op 7 april 2017;
- het verweerschrift tevens incidenteel hoger beroep met producties;
- het verweerschrift in het incidenteel hoger beroep met producties;
- een journaalbericht van mr. Baouch van 13 oktober 2017 met producties;
- een journaalbericht van mr. Mijnssen van 19 oktober 2017 houdende een wijziging/ vermeerdering van het verzoek van de vrouw.
3.De feiten
4.De omvang van het geschil
- bepaald dat de man met ingang van de dag van inschrijving van de echtscheidingsbeschikking in de registers van de burgerlijke stand aan de vrouw een bijdrage in de kosten van verzorging en opvoeding van [kind] dient te betalen van € 196,- per maand;
- bepaald dat de man tegenover de vrouw het recht heeft om gedurende zes maanden na inschrijving van de echtscheidingsbeschikking in de registers van de burgerlijke stand of tot het moment van verkoop en levering van de woning aan een derde, in de woning [adres] te blijven wonen, op voorwaarde dat de man die woning op het ogenblik van inschrijving van deze beschikking bewoont, tegen een aan de vrouw te betalen gebruiksvergoeding van € 400,- per maand;
- de man niet-ontvankelijk verklaard in zijn vorderingen tot terugbetaling door de vrouw aan hem van € 247,50 aan taxatiekosten, € 517,69 aan zorgkosten en € 464,25 aan premie zorgverzekering;
5.De motivering van de beslissing
- de periode tot 1 juni 2017: de man woont in de echtelijke woning en betaalt ook de lasten van die woning (periode 1);
- de periode van 1 juni 2017 tot 10 juli 2017: de man betaalt de woonlasten van een door hem bewoonde huurwoning en betaalt daarnaast de lasten van de voormalige echtelijke woning en heeft dus dubbele woonlasten (periode 2);
- de periode met ingang van 10 juli 2017: de man betaalt alleen huurlasten van de door hem bewoonde huurwoning (periode 3).
- € 108,12 aan (de helft van de) bankspaarhypotheek voor de voormalige echtelijke woning tot 10 juli 2017;
- € 875,- aan huur met ingang van 1 juni 2017.
- in periode 1 vast op 70% [€ 2.557,- (€ 1.388,18 + € 890,-)] = € 195,- per maand;
- in periode 2 vast op 70% [€ 2.557,- (€ 2.263,18 + € 890,-)] = nihil, en
- in periode 3 vast op 70% [€ 2.557,- (€ 875,-)] = € 554,- per maand.
- € 247,50 aan taxatiekosten;
- € 517,69 aan zorgkosten;
- € 464,25 aan premie zorgverzekering.