ECLI:NL:GHARL:2017:11108

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden

Datum uitspraak
18 december 2017
Publicatiedatum
18 december 2017
Zaaknummer
WAHV 200.182.739
Instantie
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
Type
Uitspraak
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
  • M. Sekeris
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Niet-ontvankelijkheid hoger beroep na overlijden betrokkene en restitutie zekerheidstelling aan nabestaanden

In deze zaak, behandeld door het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 18 december 2017, is het hoger beroep van de betrokkene niet-ontvankelijk verklaard vanwege zijn overlijden op 8 augustus 2017. De betrokkene had een administratieve sanctie opgelegd gekregen, waarvoor hij zekerheid had gesteld. Volgens artikel 25, derde lid, van de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften (WAHV) vervalt het recht van de officier van justitie om verhaal te nemen na het overlijden van de betrokkene. Dit betekent dat de sanctie en de administratiekosten niet meer op de gestelde zekerheid kunnen worden verhaald. Het hof heeft daarom besloten dat het bedrag van de zekerheidstelling moet worden gerestitueerd aan de nabestaanden van de betrokkene.

Het proces begon met een beslissing van de kantonrechter van de rechtbank Rotterdam op 12 november 2015, waartegen hoger beroep werd ingesteld. Echter, na het overlijden van de betrokkene, werd er een e-mail met een overlijdensakte naar het hof gestuurd op 5 oktober 2017. Het hof heeft de inhoud van het tussenarrest van 31 augustus 2017 overgenomen en geconcludeerd dat er geen belang meer is bij een uitspraak op het hoger beroep. De beslissing van het hof is genomen in aanwezigheid van de griffier, mr. Starreveld, en is openbaar uitgesproken.

Uitspraak

WAHV 200.182.739
18 december 2017
CJIB 188182511
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
zittingsplaats Leeuwarden
Arrest
op het hoger beroep tegen de beslissing
van de kantonrechter van de rechtbank Rotterdam
van 12 november 2015
betreffende
[betrokkene] (hierna te noemen: betrokkene),
wonende te [A] .

Het tussenarrest

De inhoud van het tussenarrest van 31 augustus 2017 wordt hier overgenomen.

Het verdere procesverloop

Op 5 oktober 2017 is een e-mailbericht bij het hof binnengekomen, met als bijlage een kopie van een uittreksel uit een overlijdensakte.

Beoordeling

1. Aan de hand van de bovengenoemde overlijdensakte constateert het hof dat de betrokkene op 8 augustus 2017 is overleden. Nu er geen belang meer is bij een uitspraak op het hoger beroep, dient het hoger beroep van de betrokkene niet-ontvankelijk te worden verklaard.
2. De betrokkene heeft zekerheid gesteld ter hoogte van het bedrag van de administratieve sanctie en de administratiekosten. Ingevolge het bepaalde in artikel 25, derde lid, van de WAHV vervalt het recht van de officier van justitie om verhaal te nemen door het overlijden van degene aan wie een administratieve sanctie is opgelegd. Het bedrag van de sanctie en de administratiekosten kan in het onderhavige geval dan ook niet conform artikel 21, tweede lid, van de WAHV, op de gestelde zekerheid worden verhaald. Het bedrag van de zekerheidstelling moet daarom worden gerestitueerd aan de nabestaanden van de betrokkene.

Beslissing

Het gerechtshof:
verklaart het hoger beroep niet-ontvankelijk;
bepaalt dat hetgeen door de betrokkene op de voet van artikel 11 van de WAHV tot zekerheid is gesteld door de advocaat-generaal aan de nabestaanden van de betrokkene wordt gerestitueerd.
Dit arrest is gewezen door mr. Sekeris, in tegenwoordigheid van mr. Starreveld als griffier, en uitgesproken ter openbare zitting.