ECLI:NL:GHARL:2017:11057

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden

Datum uitspraak
14 december 2017
Publicatiedatum
14 december 2017
Zaaknummer
WAHV 200.170.770
Instantie
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
Type
Uitspraak
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
  • mr. Sekeris
  • mr. Verstraaten
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vernietiging van sanctiebeschikking wegens onvoldoende bewijs bij trajectcontrole

In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 14 december 2017 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen de beslissing van de kantonrechter van de rechtbank Midden-Nederland. De zaak betreft een administratieve sanctie van € 222,- die aan de betrokkene was opgelegd wegens overschrijding van de maximum snelheid op autosnelwegen met 26 km/h. De gedraging zou hebben plaatsgevonden op 13 september 2013 op de A2 te Baambrugge, waarbij de betrokkene als kentekenhouder werd aangemerkt. De kantonrechter had het beroep van de betrokkene tegen de beslissing van de Centrale Verwerking Openbaar Ministerie ongegrond verklaard.

De gemachtigde van de betrokkene heeft hoger beroep ingesteld, waarbij hij aanvoert dat de kantonrechter om een foto van de pleegplaats had moeten vragen, maar deze niet beschikbaar was. De gemachtigde betoogt dat de in het dossier aanwezige foto's onduidelijk zijn en daarom niet als bewijs kunnen dienen. Het hof oordeelt dat in WAHV-zaken de vaststelling van de gedraging niet uitsluitend kan worden gebaseerd op een ambtsedige verklaring van de verbalisant, vooral niet als er betwisting is.

Het hof concludeert dat de door de gemachtigde opgevraagde foto's en het schouwrapport van de advocaat-generaal onvoldoende bewijs leveren om vast te stellen dat de gedraging heeft plaatsgevonden. De foto's geven geen duidelijkheid over de locatie van de gedraging en bevatten geen relevante gegevens. Daarom vernietigt het hof de beslissing van de kantonrechter en verklaart het beroep gegrond, waardoor de sanctie aan de betrokkene wordt opgeheven.

Uitspraak

WAHV 200.170.770
14 december 2017
CJIB 175642287
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
zittingsplaats Leeuwarden
Arrest
op het hoger beroep tegen de beslissing
van de kantonrechter van de rechtbank Midden-Nederland
van 8 mei 2015
betreffende
[betrokkene] (hierna te noemen: betrokkene),
wonende te [A] ,
voor wie als gemachtigde optreedt [B] ,
wonende te [A] .

De beslissing van de kantonrechter

De kantonrechter heeft het beroep van de betrokkene tegen de door de Centrale Verwerking Openbaar Ministerie namens de officier van justitie genomen beslissing ongegrond verklaard.
Het procesverloop
De gemachtigde van de betrokkene heeft tegen de beslissing van de kantonrechter hoger beroep ingesteld.
De advocaat-generaal heeft een verweerschrift ingediend.
De gemachtigde van de betrokkene heeft schriftelijk een nadere toelichting gegeven op het beroep.
De advocaat-generaal is in de gelegenheid gesteld een reactie te geven op de nadere toelichting op het beroep. Hiervan is geen gebruik gemaakt.

Beoordeling

Aan de betrokkene is als kentekenhouder bij inleidende beschikking een administratieve sanctie van € 222,- opgelegd ter zake van “overschrijding van de maximum snelheid op autosnelwegen, met 26 km/h (verkeersbord A1)”, welke gedraging zou zijn verricht op 13 september 2013 om 21.43 uur op de A2 links (trajectcontrole) te Baambrugge met het voertuig met het kenteken [00-YY-YY] .
De gemachtigde van de betrokkene stelt dat zij ten tijde van de gedraging ter plaatse 130 km/h mocht rijden. Zij voert in hoger beroep aan dat de kantonrechter de officier van justitie op de zitting om een foto heeft gevraagd van de pleegplaats, maar dat deze foto niet beschikbaar was en dus niet ter zitting is getoond. De gemachtigde is van mening dat de in het dossier aanwezige foto's onduidelijk zijn en daarom geen doorslag kunnen geven in de onderhavige zaak. Zij verzoekt om een nieuwe foto van de gedraging.
In het algemeen kan in WAHV-zaken de vaststelling dat de gedraging is verricht worden gebaseerd op een in het zaakoverzicht weergegeven ambtsedige verklaring van de verbalisant. Bij arrest van 4 april 2017 (gepubliceerd op rechtspraak.nl: ECLI:NL:GHARL:2017:2855) heeft het hof, nadat door de advocaat-generaal informatie was ingebracht over de werkwijze, vastgesteld dat er in trajectcontrolezaken geen ambtsedige verklaring wordt opgemaakt door een verbalisant. Daarom zal, bij betwisting daarvan, de vaststelling van de gedraging in zaken als deze niet (uitsluitend) op de in het zaakoverzicht weergegeven verklaring kunnen worden gebaseerd.
In het dossier bevinden zich naast het zaakoverzicht de door de gemachtigde opgevraagde foto's van de gedraging, waarop het voertuig van de betrokkene te zien is.
De advocaat-generaal geeft in diens verweerschrift aan dat hij heeft getracht om een duidelijke foto van de gedraging op te vragen, maar dat dit gelet op het tijdsverloop niet meer mogelijk was. Wel heeft de advocaat-generaal een proces-verbaal van bevindingen van
8 september 2013, met als bijlage een schouwrapport van 8 september 2013, aan het dossier toegevoegd. Hieruit blijkt dat op 8 september 2013 omstreeks 09.30 uur de bebording van het trajectcontrolesysteem op de A2 links Holendrecht-Maarssen is gecontroleerd en in orde is bevonden. Blijkens het schouwrapport begint de betreffende trajectcontrole bij hectometerpaal 42.8 en eindigt deze bij hectometerpaal 39.7. Dit is het gedeelte van de A2 met 5 rijstroken. De borden A1 100 km/h staan bij hectometerpaal 42.8. Er zijn geen onderborden aanwezig, zodat daar 24 uur per dag een maximum snelheid geldt van 100 km/h.
Het hof is van oordeel dat de door de gemachtigde opgevraagde foto's en het door de advocaat-generaal overgelegde schouwrapport geen doorslag kunnen geven in de onderhavige zaak. Uit de foto's en uit het schouwrapport blijkt immers niet waar de gedraging heeft plaatsgevonden. Ook staan bij de foto's geen gegevens, zodat op basis daarvan niet kan worden vastgesteld of de in het zaakoverzicht vermelde gedragingsgegevens juist zijn. Op de foto's zijn slechts een kenteken en twee achterlichten zichtbaar. Derhalve kan niet worden vastgesteld dat de gedraging is verricht.
Het hof zal de beslissing van de kantonrechter daarom vernietigen en doen wat de kantonrechter had behoren te doen, namelijk het beroep gegrond verklaren en de beslissing van de officier van justitie en de inleidende beschikking vernietigen.

Beslissing

Het gerechtshof:
vernietigt de beslissing van de kantonrechter;
verklaart het beroep tegen de beslissing van de officier van justitie gegrond en vernietigt die beslissing;
verklaart het beroep tegen de inleidende beschikking gegrond;
vernietigt de inleidende beschikking waarbij, onder CJIB-nummer 175642287, aan de betrokkene een sanctie is opgelegd.
Dit arrest is gewezen door mr. Sekeris, in tegenwoordigheid van mr. Verstraaten als griffier, en uitgesproken ter openbare zitting.