ECLI:NL:GHARL:2016:8869
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Hoger beroep
- mr. Van Schuijlenburg
- mr. Hiemstra
- Rechtspraak.nl
Bevestiging van de beslissing van de kantonrechter inzake niet-ontvankelijkheid van het beroep wegens te late zekerheidstelling
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 7 november 2016 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen de beslissing van de kantonrechter van de rechtbank Midden-Nederland, die op 12 oktober 2015 het beroep van de betrokkene niet-ontvankelijk had verklaard. De betrokkene had niet binnen de gestelde termijn zekerheid gesteld voor de betaling van de opgelegde administratieve sanctie en de administratiekosten, zoals vereist door artikel 11 van de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften (WAHV). De gemachtigde van de betrokkene voerde aan dat hij in een eerdere brief had aangegeven dat de betrokkene de draagkracht mist om zekerheid te stellen. Het hof oordeelde dat de kantonrechter terecht geen rekening heeft gehouden met dit draagkrachtverweer, omdat dit pas na het verstrijken van de termijn was ingediend. Het hof bevestigde de beslissing van de kantonrechter, maar verbeterde de gronden van de uitspraak. Tevens werd de advocaat-generaal veroordeeld tot het vergoeden van de proceskosten van de betrokkene, vastgesteld op € 245,-.