Uitspraak
De beslissing van de kantonrechter
Het procesverloop
De gemachtigde is in de gelegenheid gesteld op de nadere stukken te reageren. Hiervan is geen gebruik gemaakt.
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 23 mei 2016 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een beslissing van de kantonrechter van de rechtbank Amsterdam, die op 26 juni 2014 een beroep van de betrokkene ongegrond had verklaard. De betrokkene had hoger beroep ingesteld tegen deze beslissing, waarbij de gemachtigde van de betrokkene niet gebruik heeft gemaakt van de gelegenheid om schriftelijk nader toe te lichten. Het hof heeft vastgesteld dat het proces-verbaal van de zitting van de kantonrechter wel de naam van de behandelend kantonrechter vermeldt, maar niet is ondertekend door deze rechter. Dit gebrek is van dien aard dat de beslissing van de kantonrechter moet worden vernietigd. Het hof heeft daarbij verwezen naar de beginselen van behoorlijke rechtspleging, die vereisen dat een rechter zijn beslissing ondertekent om te bevestigen dat deze beslissing de zijne is.
Het hof heeft ook opgemerkt dat de WAHV geen expliciete bepaling bevat die vereist dat het proces-verbaal door de rechter moet worden ondertekend, maar dat andere wetgeving, zoals de Algemene wet bestuursrecht en het Wetboek van Strafvordering, dit wel voorschrijft. Gezien het belang van ondertekening heeft het hof besloten de zaak terug te wijzen naar de kantonrechter in de rechtbank Amsterdam voor verdere behandeling. De beslissing van het hof houdt in dat de eerdere beslissing van de kantonrechter wordt vernietigd en dat de zaak opnieuw moet worden beoordeeld, waarbij de vereisten van de wet in acht moeten worden genomen.