Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
1.Het verdere verloop van het geding
2.De verdere beoordeling van het geschil2.1 Het hof heeft in rechtsoverweging 4.3 van het tussenarrest van 15 december 2015 overwogen dat kern van het geschil tussen partijen de vraag betreft of PMT als verplicht bedrijfstakpensioenfonds bevoegd is om voor de op grond van de onder de in rechtsoverweging 2.8 vermelde verplichtstellingsbeschikking vallende (werknemers en) werkgevers een bindend besluit te nemen over de hoogte van de door deze (werknemers en) werkgevers verschuldigde pensioenpremie (waaronder de zogenaamde VPL-premie) en daarbij tevens de hoogte vast te stellen van het deel van deze premies die deze werkgevers ten hoogste op deze werknemers mogen verhalen door inhouding op het salaris.
7 januari 2010, Stcrt. 2010, nr. 576, waarin werd overgegaan tot het verplicht stellen van de deelneming in de Stichting Pensioenfonds Metaal en Techniek, is gewijzigd.
12 oktober 2011, 12 november 2012 en 1 juli 2014 (productie H akte PMT) is bepaald dat de stichting (hof: soms ook aangeduid als het pensioenfonds) zich ten doel stelt om, op de voet en onder de voorwaarden als in de desbetreffende reglementen nader is bepaald, uitkeringen te verstrekken ter zake van ouderdom en/of overlijden aan hen die, hetzij als werknemer, hetzij in een andere hoedanigheid (doch in het laatste geval uitsluitend, indien de deelneming in de stichting op grond van de wet verplicht is gesteld), werkzaam zijn of geweest zijn in de Metaal en Techniek, alsmede aan hun nagelaten betrekkingen.
In artikel 2.2. van deze statuten is bepaald dat tot (de bedrijfstak) Metaal en Techniek worden gerekend onder andere (f) het automobiel-, garage- en motorrijwielreparatiebedrijf, (j) het rijwielreparatiebedrijf en (o) iedere andere bedrijfstak, of deel daarvan, welke naar het oordeel van de Stichting Vakraad Metaal en Techniek tot de Metaal en Techniek behoort.
In artikel 8.4. van de statuten van PMT van 1 juli 2014 is bepaald dat besluiten slechts rechtsgeldig kunnen worden genomen, indien ten minste vier stemmen door bestuursleden die als vertegenwoordigers van de werkgevers voor benoeming zijn voorgedragen door Federatie Werkgeversorganisaties Techniek voor het voorstel worden uitgebracht en vier stemmen door bestuursleden die door FNV Bondgenoten en/of CNV Vakmensen voor benoeming zijn voorgedragen en/of door de pensioengerechtigden in het verantwoordingsorgaan, dan wel zijn gekozen door de pensioengerechtigden.
15 december 2015 zijn vermeld):
I. Algemeen
1.Definities(…)1.5 DeelnemerDe persoon die op grond van artikel I.2.1 (Deelnemer) wordt aangemerkt als deelnemer in het Fonds.2. Deelnemerschap
a. In geval van verplicht deelnemerschap:
- de Werknemer (…) die, voor zover is vastgesteld door PMT (mogelijk na onderzoek) dat de verplichtstelling op de deelnemer van toepassing is, volgens de Wet Bpf en de Ministeriële Beschikking betreffende verplichtstelling van deelneming als werkzaam in de Metaal en Techniek wordt beschouwd;
(…)
II. Pensioenaanspraken(…)
– een levenslang ouderdomspensioen ten behoeve van zichzelf;
– een levenslang partnerpensioen ten behoeve van de Partner;
– een levenslang bijzonder partnerpensioen ten behoeve van de Gewezen Partner (…);
– een tijdelijk wezenpensioen ten behoeve van het Kind of de Kinderen;
– een tijdelijk ANW Pensioen ten behoeve van de Partner, indien dit op grond van het bepaalde in artikel III.1 (ANW Pensioen) is verzekerd;
(…)
1.Premieheffing
(…)
1.Compensatie en overbruggingsregeling
31 december 2005 geldende Reglement, komt met ingang van 1 januari 2006 op de Pensioeningangsdatum in beginsel in aanmerking voor een compensatie- en overbruggingsregeling op basis van onderstaande voorwaarden.
I. Algemeen(…)
2.Deelnemerschap
In geval van verplicht deelnemerschap:
- de Werknemer (…) die volgens de Wet Bpf en de Ministeriële Beschikking betreffende verplichtstelling van deelneming als werkzaam in de Metaal en Techniek wordt beschouwd;
3.Omschrijving van de regeling(…)3.3 Opsomming pensioenaansprakenDe Deelnemer heeft - indien en voor zover de daartoe verschuldigde premie aan het Fonds is betaald - aanspraak op:
– een levenslang partnerpensioen ten behoeve van de Partner;
– een levenslang bijzonder partnerpensioen ten behoeve van de Gewezen Partner (…);
– een tijdelijk wezenpensioen ten behoeve van het Kind of de Kinderen;
– een tijdelijk ANW Pensioen ten behoeve van de Partner, indien dit op grond van het bepaalde in artikel III.1 (ANW Pensioen) is verzekerd;
(…)
Het bestuur is bevoegd het Pensioenreglement te wijzigen mits het bestuur rekening houdt met de adviesrechten van de deelnemersraad. Het bestuur zal slechts tot wijziging van het pensioenreglement besluiten, nadat de Vakraad in staat is gesteld daarover te adviseren.
1.Premieheffing
(…)”
“
XII. Financiering
1.Premieheffing
15 december 2015 zijn vermeld):
“
I. Algemeen
1.Definities(…)1.9 Deelnemer
(…)
2.Deelnemerschap
a. In geval van verplicht deelnemerschap:
- de Werknemer (…) die, voor zover is vastgesteld door PMT (mogelijk na onderzoek) dat de verplichtstelling op de deelnemer van toepassing is, volgens de Wet Bpf en de Ministeriële Beschikking betreffende verplichtstelling van deelneming als werkzaam in de Metaal en Techniek wordt beschouwd;
7.Wijziging PensioenreglementHet Bestuur is bevoegd om dekkingen, aanspraken en regelingen uit hoofde van dit reglement te wijzigen of te verminderen. Dit gebeurt met inachtneming van artikel II.6 van het pensioenreglement, artikel 16 van de statuten van het Fonds en hoofdstuk 1, artikel 3 van het Uitvoeringsreglement.(…)
– een levenslang ouderdomspensioen ten behoeve van zichzelf;
– een levenslang partnerpensioen ten behoeve van de Partner;
– een levenslang bijzonder partnerpensioen ten behoeve van de Ex-Partner (…);
– een tijdelijk wezenpensioen ten behoeve van het Kind of de Kinderen;
– een tijdelijk ANW Pensioen ten behoeve van de Partner, indien dit op grond van het bepaalde in artikel X.1 (ANW Pensioen) is verzekerd;
(…)
2. Voortzetting van het deelnemerschap bij werkloosheid met loongerelateerde uitkering(…)
4. Vrijwillige voortzetting van het deelnemerschap
1.Premieheffing
2015 24,0%
(…)
De premie voor de pensioenregeling boven de Salarisgrens is voor 2015 vastgesteld op 19,2% van de Pensioengrondslag voor de regeling boven de salarisgrens.
(…)
Premiepercentage
2015 6,26%
(…)
(…)
1.Compensatie en overbruggingsregelingDe Deelnemer die in aanmerking kwam voor de overgangsregelingen vroegpensioen, conform het bepaalde in artikel II.3 (Overgangsregelingen vroegpensioen) van het op
Beleidsregels 2015
“
Hoofdstuk IX. Financiering(…)
1. Premieheffing(…)
1.4 Verdeling premieMet ingang van 1 januari 2015 heeft de Werkgever het recht om ten hoogste 46,30% van de voor de betreffende deelnemer te betalen premie over Pensioengrondslag tot Salarisgrens in te houden bij elke betaling van het salaris van deze Deelnemer. Van de te betalen premie over pensioengrondslag boven de Salarisgrens kan de Werkgever ten hoogste 46,8% inhouden op het salaris van de Deelnemer.
15 december 2015 is overwogen en beslist, zal het hof hierna het geschil tussen partijen verder beoordelen.
gelijkgesteldde uit de dienstbetrekking voortvloeiende rechtsbetrekking tussen een werkgever en een werknemer met betrekking tot pensioen in geval van deelneming in een bedrijfstakpensioenfonds op basis van een verplichtstelling.
De artikelen 1.1 en 1.2 van hoofdstuk II van het uitvoeringsreglement 2014 zijn gelijkluidend aan de artikelen 1.1 en 1.2 van hoofdstuk XII van het pensioenreglement 2014. De bevoegdheid van het bestuur van PMT om ten aanzien van deze pensioensoorten voor 2014 een premiebesluit te nemen vloeit voort uit artikel 16.1. en 16.3. van de in rechtsoverweging 2.5 vermelde statuten van PMT.
“Onder de doorsneepremie wordt begrepen de totale pensioenpremie die
“De doorsneepremie is het meest vergaande instrument om solidariteit in de regeling te bewerkstelligen, niet alleen binnen een onderneming of tussen de werknemers maar ook tussen de ondernemingen in de bedrijfstak. Het kabinet is van mening dat met de eis van doorsneepremie een wezenskenmerk van de verplichtgestelde bedrijfstakpensioenfondsen