Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM - LEEUWARDEN
26 april 2016
[Z](hierna: belanghebbenden)
heffingsambtenaarvan de
gemeente Leek(hierna: de heffingsambtenaar).
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak gaat het om het hoger beroep van de erven [X] [Z] tegen de uitspraak van de rechtbank Noord-Nederland van 15 januari 2015, waarin de waarde van de onroerende zaak aan de [a-straat] 19 te [Z] per waardepeildatum 1 januari 2012 werd vastgesteld op € 137.000 door de heffingsambtenaar van de gemeente Leek. De rechtbank had het beroep van de belanghebbenden ongegrond verklaard. De belanghebbenden bepleiten een lagere waarde van € 120.000 en verzoeken om vernietiging van de uitspraak van de rechtbank en de uitspraken op bezwaar. De heffingsambtenaar verdedigt de vastgestelde waarde van € 137.000 en vraagt om bevestiging van de uitspraak van de rechtbank.
Tijdens de zitting op 8 maart 2016 in Leeuwarden zijn de gemachtigde van de belanghebbenden, mr. [A], en de vertegenwoordiger van de heffingsambtenaar, [B], gehoord. De heffingsambtenaar heeft een taxatierapport overgelegd, waarin vergelijkingsobjecten zijn opgenomen die zijn verkocht in de periode van 2010 tot 2012. Het hof oordeelt dat de heffingsambtenaar voldoende aannemelijk heeft gemaakt dat de waarde van de onroerende zaak niet te hoog is vastgesteld, en dat de vergelijkingsobjecten voldoende vergelijkbaar zijn met de onroerende zaak. Het hof bevestigt de uitspraak van de rechtbank en verklaart het hoger beroep ongegrond.
De uitspraak is gedaan door een meervoudige kamer van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, waarbij de voorzitter en de andere rechters de argumenten van beide partijen hebben gewogen. De proceskosten worden niet toegewezen, en partijen kunnen binnen zes weken na de verzenddatum beroep in cassatie instellen bij de Hoge Raad der Nederlanden.