ECLI:NL:GHARL:2016:2024

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden

Datum uitspraak
15 maart 2016
Publicatiedatum
14 maart 2016
Zaaknummer
21-000871-15
Instantie
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vrijspraak van verdachte in zaak van voorbereidingshandelingen voor deelname aan gewapende strijd in Syrië

In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 15 maart 2016 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een jongeman die ervan beschuldigd werd voorbereidingshandelingen te hebben gepleegd voor deelname aan de gewapende strijd in Syrië. De verdachte was in hoger beroep gegaan tegen een vonnis van de rechtbank Gelderland, dat op 9 februari 2015 was uitgesproken. Het hof heeft de zaak behandeld op meerdere zittingen, waarbij de verdachte en zijn raadslieden, mr. F.A.G.M. Landerloo en mr. S. Weening, hun verweer hebben gevoerd.

De tenlastelegging omvatte verschillende feiten, waaronder het voorbereiden en bevorderen van terroristische misdrijven, het deelnemen aan een terroristische organisatie, en samenspanning tot het plegen van moord en doodslag met een terroristisch oogmerk. De verdachte ontkende de beschuldigingen en stelde dat hij enkel op weg was naar zijn broer in Syrië, zonder te weten dat deze deelnam aan de gewapende strijd.

Het hof heeft vastgesteld dat er onvoldoende bewijs was om te concluderen dat de verdachte op de hoogte was van de activiteiten van zijn broer in Syrië. De rechtbank oordeelde dat de verdachte niet buiten redelijke twijfel kon worden veroordeeld voor de ten laste gelegde feiten. Daarom heeft het hof het vonnis van de rechtbank vernietigd en de verdachte vrijgesproken van alle beschuldigingen. De vordering tot gevangenneming van de verdachte werd afgewezen, aangezien hij werd vrijgesproken.

Uitspraak

Afdeling strafrecht
Parketnummer: 21-000871-15
Uitspraak d.d.: 15 maart 2016
TEGENSPRAAK

Arrest van de meervoudige kamer voor strafzaken

gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de rechtbank Gelderland van 9 februari 2015 met parketnummer 05-862117-13 in de strafzaak tegen

[Verdachte] ,

geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] ,
wonende te [adres] .

Het hoger beroep

De officier van justitie heeft tegen het hiervoor genoemde vonnis hoger beroep ingesteld.

Onderzoek van de zaak

Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzittingen van het hof van 15 oktober 2015, 21 januari 2016, 4 februari 2016 en 15 maart 2016 en, overeenkomstig het bepaalde bij artikel 422 van het Wetboek van Strafvordering, het onderzoek op de terechtzitting in eerste aanleg. Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal. Deze vordering is na voorlezing aan het hof overgelegd. Het hof heeft voorts kennisgenomen van hetgeen door verdachte en zijn raadslieden, mr. F.A.G.M. Landerloo en mr. S. Weening, naar voren is gebracht.

Het vonnis waarvan beroep

Het hof zal het vonnis waarvan beroep vernietigen omdat de tenlastelegging in hoger beroep is gewijzigd. Het hof zal daarom opnieuw rechtdoen.

De tenlastelegging

Aan verdachte is - na wijzigingen van de tenlastelegging in hoger beroep - ten laste gelegd dat:

Feit 1

Voorbereiden/bevorderen van het (zelf) gaan strijden in Syrië om daar moord en/of doodslag met een terroristisch oogmerk te gaan plegen.
- Artikelen 96 lid 2, 289a en 47 Wetboek van Strafrecht -
hij, op één (of meer) tijdstip(pen), in of omstreeks de periode van de maand januari 2013 tot en met 14 augustus 2013 te Arnhem en/of (elders) in Nederland, tezamen en in vereniging met (een) (of meer) ander(en), althans alleen,
(telkens) met het oogmerk om moord en/of doodslag, zulks (telkens) te begaan met een terroristisch oogmerk, voor te bereiden en/of te bevorderen,
gelegenheid, middelen en/of inlichtingen tot het plegen van het/de misdrijf/misdrijven zich en/of aan zijn mededader(s) heeft getracht te verschaffen en/of
(een) voorwerp(en) voorhanden heeft gehad waarvan hij/zij wist(en) dat het/zij bestemd was/waren tot het plegen van het/de misdrij(f)(ven),
immers heeft/hebben verdachte en/of zijn mededader(s), tezamen en in vereniging met een (of meer) ander(en), althans alleen,
1. contact gezocht met één (of meer) perso(o)nen (in Syrië) en/of (op deze wijze) inlichtingen en/of informatie ingewonnen/verkregen over (nog) aan te schaffen goederen en/of de gang van zaken/werkwijze in Syrië, en/of informatie/instructies gekregen over de te volgen route naar/in Syrië en/of de (te benaderen) (contact)perso(o)n(en) in Syrië, en/of
2. één (of twee) auto(’s) gehuurd om daarmee te reizen naar Italië, Turkije en/of Syrië en/of om deze - na aankomst in (het grensgebied van) Turkije/Syrië - aldaar te gebruiken en/of te verkopen en/of in te ruilen voor (een) andere (terrein)auto(’s), en/of
3. geld (in totaal - ongeveer - 15.460 euro) voorhanden gehad, en/of
4. koffers/tassen, (onder meer) inhoudende combatkleding en/of survivalkleding en/of survivalbenodigdheden en/of (bivak)mutsen en/of combatbrillen en/of (berg)schoenen en/of isokleding en/of een (of meer) video(’s) voorhanden gehad, inhoudende onder meer beelden van gewapende/schietende personen (in een loopgraaf) en/of uitleg over een Kalasjnikov en/of vechten, en/of
5. één (of meer) gegevens- en/of informatiedrager(s) met daarop één (of meer) (digita(a)l(e)) document(en) voorhanden gehad met daarop informatie betreffende het Jihadistisch gedachtegoed en/of martelaarschap en/of de strijd in Syrië, te weten
een MacBook (inbeslaggenomen onder nummer [nummer] ) met daarop:
- een filmpje “Jihad Syria: Mujahid vs Tank 5”, en/of
- een filmpje van een persoon die een preek, althans verhandeling, geeft over onder andere Jabhat al Nusra, en/of
- een filmpje van LiveLeak, met de naam “Syria — Tank gets unkilled”, en/of
- diverse artikelen van de website mediawerkgroepsyrie.wordpress.com over de strijd in Syrië, en/of
- een artikel gepubliceerd op 16 april 2013 op de website van het blad NRC over waarom jongens naar Syrië willen, en/of
- een artikel van de site “wimjongman.nl/artikelen/jihad-de-weg.html”, en/of
6. een aantal telefoonabonnementen en/of kredieten afgesloten, en/of
7. één of meer ontmoetingen en/of contact met elkaar en/of anderen gehad om voornoemde reis naar Syrië te bespreken;
Artikel 96 lid 2 Wetboek van Strafrecht
Artikel 289a Wetboek van Strafrecht
Artikel 289 Wetboek van Strafrecht
Artikel 288a Wetboek van Strafrecht
Artikel 47 Wetboek van Strafrecht

Feit 2

[A]

Voorbereiden en/of bevorderen van een terroristisch misdrijf, te weten moord/doodslag met een terroristisch oogmerk.

- Artikelen 96 lid 2 en 47 Wetboek van Strafrecht -
hij, op één (of meer) tijdstip(pen), in of omstreeks de periode van de maand januari 2013 tot en met 14 augustus 2013 te Arnhem en/of (elders) in Nederland, tezamen en in vereniging met een (of meer) ander(en), althans alleen, (telkens) met het oogmerk om moord en/of doodslag, zulks (telkens) te begaan met een terroristisch oogmerk, voor te bereiden en/of te bevorderen,
- een ander heeft getracht te bewegen om het/de misdrijf/misdrijven te plegen, te doen plegen of mede te plegen, om daarbij behulpzaam te zijn of om daartoe gelegenheid, middelen en/of inlichtingen te verschaffen, en/of
- gelegenheid, middelen en/of inlichtingen tot het plegen van het/de
misdrijf/misdrijven aan zich of (een) ander(en), in het bijzonder ook aan [broer medeverdachte] en/of een (of meer) ander(en) heeft getracht te verschaffen, en/of
- ( (een) voorwerp(en) voorhanden heeft gehad waarvan hij wist dat het/zij bestemd was/waren tot het plegen van het/de misdrijf/misdrijven,
immers heeft/hebben verdachte en/of zijn mededader(s), tezamen en in vereniging met een (of meer) ander(en), althans alleen,
1. contact gezocht met één (of meer) perso(o)nen (in Syrië) en/of (op deze wijze) inlichtingen en/of informatie ingewonnen/verkregen over (nog) aan te schaffen goederen en/of de gang van zaken/werkwijze in Syrië en/of informatie/instructies gekregen over de te volgen route naar/in Syrië en/of de (te benaderen) (contact)perso(o)n(en) in Syrië, en/of
2. één (of twee) auto(’s) gehuurd om daarmee te reizen naar Italië, Turkije en/of Syrië en/of om deze - na aankomst in (het grensgebied van) Turkije/Syrië - aldaar te gebruiken en/of te verkopen en/of in te ruilen voor (een) andere (terrein)auto(’s), en/of
3. geld (in totaal - ongeveer - 15.460 euro) voorhanden gehad, en/of
4. koffers/tassen, (onder meer) inhoudende combatkleding en/of survivalkleding en/of survivalbenodigdheden en/of (bivak)mutsen en/of combatbrillen en/of (berg)schoenen en/of isokleding en/of een (of meer) video(’s) voorhanden gehad, inhoudende onder meer beelden van gewapende/schietende personen (in een loopgraaf) en/of uitleg over een Kalasjnikov en/of vechten, en/of
5. één (of meer) gegevens- en/of informatiedrager(s) met daarop één (of meer) (digita(a)l(e)) document(en) voorhanden gehad met daarop informatie betreffende het Jihadistisch gedachtegoed en/of martelaarschap en/of de strijd in Syrië, te weten
een MacBook (inbeslaggenomen onder nummer [nummer] ) met daarop:
- een filmpje “Jihad Syria: Mujahid vs Tank 5”, en/of
- een filmpje van een persoon die een preek, althans verhandeling, geeft over onder andere Jabhat al Nusra, en/of
- een filmpje van LiveLeak, met de naam “Syria — Tank gets unkilled”, en/of
- diverse artikelen van de website mediawerkgroepsyrie.wordpress.com over de strijd in Syrië, en/of
- een artikel gepubliceerd op 16 april 2013 op de website van het blad NRC over waarom jongens naar Syrië willen, en/of
- een artikel van de site “wimjongman.nl/artikelen/jihad-de-weg.html”, en/of
6. een aantal telefoonabonnementen en/of kredieten afgesloten, en/of
7. één of meer ontmoetingen en/of contact met elkaar en/of anderen gehad om voornoemde reis naar Syrië te bespreken;
Artikelen 96 lid 2 Wetboek van Strafrecht
Artikel 47 Wetboek van Strafrecht

en/of

[B]

(commune) voorbereidingshandelingen gericht op het deelnemen aan een organisatie die tot oogmerk had het plegen van terroristische misdrijven (door het verlenen van geldelijke en/of andere stoffelijke steun aan die organisatie).

- Artikelen 46, 140a, 140 en 47 Wetboek van Strafrecht -
hij, op één (of meer) tijdstip(pen), in of omstreeks de periode van de maand januari 2013 tot en met 14 augustus 2013 te Arnhem en/of (elders) in Nederland, tezamen en in vereniging met (of meer) ander(en), althans alleen, (telkens) opzettelijk,
ter voorbereiding van (een) misdrijf/misdrijven waarop naar de wettelijke omschrijving een gevangenisstraf van 8 jaren of meer is gesteld,
te weten het deelnemen aan een organisatie die tot oogmerk had het plegen van terroristische misdrijven door het verlenen van geldelijke en/of andere stoffelijke steun alsmede het werven van gelden of een (of meer) perso(o)n(en) ten behoeve van deze organisatie,
voorwerpen, stoffen, informatiedragers, ruimten en/of vervoermiddelen, bestemd tot het begaan van die/dat misdrijf/misdrijven, heeft verworven en/of vervaardigd en/of ingevoerd en/of doorgevoerd en/of uitgevoerd en/of voorhanden heeft gehad,
immers heeft/hebben verdachte en/of zijn mededader(s). tezamen en in vereniging met een (of meer) ander(en), althans alleen,
1. contact gezocht met één (of meer) perso(o)nen (in Syrië) en/of (op deze wijze) inlichtingen en/of informatie ingewonnen/verkregen over (nog) aan te schaffen goederen en/of de gang van zaken/werkwijze in Syrië en/of informatie/instructies gekregen over de te volgen route naar/in Syrië en/of de (te benaderen) (contact)perso(o)n(en) in Syrië, en/of
2. één (of twee) auto(’s) gehuurd om daarmee te reizen naar Italië, Turkije en/of Syrië en/of om deze - na aankomst in (het grensgebied van) Turkije/Syrië - aldaar te gebruiken en/of te verkopen en/of in te ruilen voor (een) andere (terrein)auto(’s), en/of
3. geld (in totaal - ongeveer - 15.460 euro) voorhanden gehad, en/of
4. koffers/tassen, (onder meer) inhoudende combatkleding en/of survivalkleding en/of survivalbenodigdheden en/of (bivak)mutsen en/of combatbrillen en/of (berg)schoenen en/of isokleding en/of een (of meer) video(’s) voorhanden gehad, inhoudende onder meer beelden van gewapende/schietende personen (in een loopgraaf) en/of uitleg over een Kalasjnikov en/of vechten, en/of
5. één (of meer) gegevens- en/of informatiedrager(s) met daarop één (of meer) (digita(a)l(e)) document(en) voorhanden gehad met daarop informatie betreffende het Jihadistisch gedachtegoed en/of martelaarschap en/of de strijd in Syrië, te weten
een MacBook (inbeslaggenomen onder nummer [nummer] ) met daarop:
- een filmpje “Jihad Syria: Mujahid vs Tank 5”, en/of
- een filmpje van een persoon die een preek, althans verhandeling, geeft over onder andere Jabhat al Nusra, en/of
- een filmpje van LiveLeak, met de naam “Syria — Tank gets unkilled”, en/of
- diverse artikelen van de website mediawerkgroepsyrie.wordpress.com over de strijd in Syrië, en/of
- een artikel gepubliceerd op 16 april 2013 op de website van het blad NRC over waarom jongens naar Syrië willen, en/of
- een artikel van de site “wimjongman.nl/artikelen/jihad-de-weg.html”, en/of
6. een aantal telefoonabonnementen en/of kredieten afgesloten, en/of
7. één of meer ontmoetingen en/of contact met elkaar en/of anderen gehad om voornoemde reis naar Syrië te bespreken;
Artikel 46 Wetboek van Strafrecht
Artikel 140a Wetboek van Strafrecht
Artikel 140 Wetboek van Strafrecht
Artikel 47 Wetboek van Strafrecht

Feit 3

Deelnemen aan een organisatie die tot oogmerk had het plegen van terroristische misdrijven door het verlenen van geldelijke en/of andere stoffelijke steun aan die organisatie alsmede het werven van gelden ten behoeve van deze organisatie, dan wel de poging daartoe.
- Artikelen 140a, 140, 45 en 47 Wetboek van Strafrecht -
hij, op één (of meer) tijdstip(pen), in of omstreeks de periode van de maand januari 2013 tot en met 14 augustus 2013 te Arnhem, in elk geval in Nederland, tezamen en in vereniging met een (of meer) ander(en), althans alleen, heeft deelgenomen aan een organisatie die tot oogmerk had het plegen van terroristische misdrijven, zoals bedoeld in artikel 83 van het Wetboek van Strafrecht, te weten (onder meer):
- moord en/of doodslag, te plegen met een terroristisch oogmerk (zoals bedoeld in artikel 289 en artikel 288a van het Wetboek van Strafrecht) en/of voorbereiding van moord en/of doodslag, te plegen met een terroristisch oogmerk (zoals bedoeld in artikel 46 lid 1 van het Wetboek van Strafrecht), en/of
- de samenspanning tot het in artikel 288a van het Wetboek van Strafrecht omschreven misdrijf (zoals bedoeld in artikel 289a lid 1 van het Wetboek van Strafrecht), en/of
- het verrichten van één (of meer) handeling(en) met het oogmerk om dat misdrijf voor te bereiden of te bevorderen (zoals bedoeld in artikel 96 lid 2 van het Wetboek van Strafrecht), (te) begaan met een terroristisch oogmerk, en/of
- voorbereiding van moord te begaan met terroristisch oogmerk (zoals bedoeld in artikel 46 lid 1 van het Wetboek van Strafrecht), en/of
- de samenspanning tot het in artikel 289 van het Wetboek van Strafrecht omschreven misdrijf te begaan met een terroristisch oogmerk (zoals bedoeld in artikel 289a lid 1 van het Wetboek van Strafrecht), en/of
- het verrichten van één (of meer) handeling(en) met het oogmerk om dat misdrijf voor te bereiden of te bevorderen (zoals bedoeld in artikel 96 lid 2 van het Wetboek van Strafrecht), (te) begaan met een terroristisch oogmerk, door geldelijke en/of andere stoffelijke steun te verlenen aan die organisatie, alsmede door het werven van gelden en/of personen ten behoeve van die organisatie;
subsidiair, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
dat hij, op één (of meer) tijdstip(pen), in of omstreeks de periode van de maand januari 2013 tot en met 14 augustus 2013 te Arnhem, in elk geval in Nederland, tezamen en in vereniging met een (of meer) ander(en), althans alleen,
met het voornemen om deel te nemen aan een organisatie die tot oogmerk had het plegen van terroristische misdrijven, als bedoeld in artikel 83 van het Wetboek van Strafrecht, te weten (onder meer):
- moord en/of doodslag, te plegen met een terroristisch oogmerk (zoals bedoeld in artikel 289 en artikel 288a van het Wetboek van Strafrecht) en/of voorbereiding van moord en/of doodslag, te plegen met een terroristisch oogmerk (zoals bedoeld in artikel 46 lid 1 van het Wetboek van Strafrecht), en/of
- de samenspanning tot het in artikel 288a van het Wetboek van Strafrecht omschreven misdrijf (zoals bedoeld in artikel 289a lid 1 van het Wetboek van Strafrecht) en/of het verrichten van één (of meer) handeling(en) met het oogmerk om dat misdrijf voor te bereiden of te bevorderen (zoals bedoeld in artikel 96 lid 2 van het Wetboek van Strafrecht), (te) begaan met een terroristisch oogmerk, en/of
- voorbereiding van moord te begaan met terroristisch oogmerk (zoals bedoeld in artikel 46 lid 1 van het Wetboek van Strafrecht), en/of
- de samenspanning tot het in artikel 289 van het Wetboek van Strafrecht omschreven misdrijf, te begaan met een terroristisch oogmerk (zoals bedoeld in artikel 289a lid 1 van het Wetboek van Strafrecht), en/of
- het verrichten van één (of meer) handeling(en)met het oogmerk om dat misdrijf voor te bereiden of te bevorderen (zoals bedoeld in artikel 96 lid 2 van het Wetboek van Strafrecht), (te) begaan met een terroristisch oogmerk, door geldelijke en/of andere stoffelijke steun te verlenen aan die organisatie, alsmede door het werven van gelden en/of personen ten behoeve van die organisatie,
terwijl de uitvoering van dat voornemen niet is voltooid;
Artikel 140a Wetboek van Strafrecht
Artikel 140 Wetboek van Strafrecht
Artikel 45 Wetboek van Strafrecht
Artikel 47 Wetboek van Strafrecht
immers heeft/hebben verdachte en/of zijn mededader(s) tezamen en in vereniging met elkaar, althans alleen, (telkens) ten behoeve van de gewapende Jihadstrijd, in welke strijd moorden en doodslagen worden gepleegd met een terroristisch oogmerk,
1. contact gezocht met één (of meer) perso(o)nen (in Syrië) en/of (op deze wijze) inlichtingen en/of informatie ingewonnen/verkregen over (nog) aan te schaffen goederen en/of de gang van zaken/werkwijze in Syrië en/of informatie/instructies gekregen over de te volgen route naar/in Syrië en/of de (te benaderen) (contact)perso(o)n(en) in Syrië, en/of
2. één (of twee) auto(’s) gehuurd om daarmee te reizen naar Italië, Turkije en/of Syrië en/of om deze - na aankomst in (het grensgebied van) Turkije/Syrië - aldaar te gebruiken en/of te verkopen en/of in te ruilen voor (een) andere (terrein)auto(’s), en/of
3. geld (in totaal - ongeveer - 15.460 euro) voorhanden gehad, en/of
4. koffers/tassen, (onder meer) inhoudende combatkleding en/of survivalkleding en/of survivalbenodigdheden en/of (bivak)mutsen en/of combatbrillen en/of (berg)schoenen en/of isokleding en/of een (of meer) video(’s) voorhanden gehad, inhoudende onder meer beelden van gewapende/schietende personen (in een loopgraaf) en/of uitleg over een Kalasjnikov en/of vechten, en/of
5. een aantal telefoonabonnementen en/of kredieten afgesloten, en/of
6. één of meer ontmoetingen en/of contact met elkaar en/of anderen gehad om voornoemde reis naar Syrië te bespreken;

Feit 4

Samenspanning tot het plegen van moord en doodslag, gepleegd met een terroristisch oogmerk.
- Artikelen 96 lid 1, 289a, 83 en 47 Wetboek van Strafrecht -
hij, op één (of meer) tijdstip(pen), in of omstreeks de periode van de maand januari 2013 tot en met 14 augustus 2013 te Arnhem, in elk geval in Nederland, tezamen en in vereniging met een (of meer) ander(en), althans alleen, (telkens) heeft samengespannen tot het plegen van moord en/of doodslag (een misdrijf omschreven in artikel 289 en/of artikel 288a van het Wetboek van Strafrecht), terwijl dit misdrijf zou worden gepleegd met een terroristisch oogmerk, immers heeft/hebben verdachte en/of zijn mededader(s)
1. contact gezocht met één (of meer) perso(o)nen (in Syrië) en/of (op deze wijze) inlichtingen en/of informatie ingewonnen/verkregen over (nog) aan te schaffen goederen en/of de gang van zaken/werkwijze in Syrië en/of informatie/instructies gekregen over de te volgen route naar/in Syrië en/of de (te benaderen) (contact)perso(o)n(en) in Syrië, en/of
2. één (of twee) auto(’s) gehuurd om daarmee te reizen naar Italië, Turkije en/of Syrië en/of om deze - na aankomst in (het grensgebied van) Turkije/Syrië - aldaar te gebruiken en/of te verkopen en/of in te ruilen voor (een) andere (terrein)auto(’s), en/of
3. geld (in totaal - ongeveer - 15.460 euro) voorhanden gehad, en/of
4. koffers/tassen, (onder meer) inhoudende combatkleding en/of survivalkleding en/of survivalbenodigdheden en/of (bivak)mutsen en/of combatbrillen en/of (berg)schoenen en/of isokleding en/of een (of meer) video’s) voorhanden gehad, inhoudende onder meer beelden van gewapende/schietende personen (in een loopgraaf) en/of uitleg over een Kalasjnikov en/of vechten, en/of
5. één (of meer) gegevens- en/of informatiedrager(s) met daarop één (of meer) (digita(a)l(e)) document(en) voorhanden gehad met daarop informatie betreffende het Jihadistisch gedachtegoed en/of martelaarschap en/of de strijd in Syrië, te weten
een MacBook (inbeslaggenomen onder nummer [nummer] ) met daarop:
- een filmpje “Jihad Syria: Mujahid vs Tank 5”, en/of
- een filmpje van een persoon die een preek, althans verhandeling, geeft over onder andere Jabhat al Nusra, en/of
- een filmpje van LiveLeak, met de naam “Syria — Tank gets unkilled”, en/of
- diverse artikelen van de website mediawerkgroepsyrie.wordpress.com over de strijd in Syrië, en/of
- een artikel gepubliceerd op 16 april 2013 op de website van het blad NRC over waarom jongens naar Syrië willen, en/of
- een artikel van de site “wimjongman.nl/artikelen/jihad-de-weg.html”, en/of
6. een aantal telefoonabonnementen en/of kredieten afgesloten, en/of
7. één of meer ontmoetingen en/of contact met elkaar en/of anderen gehad om voornoemde reis naar Syrië te bespreken.
Artikel 96 lid 1 Wetboek van Strafrecht
Artikel 289a Wetboek van Strafrecht
Artikel 289 Wetboek van Strafrecht
Artikel 83 Wetboek van Strafrecht
Artikel 47 Wetboek van Strafrecht
Indien in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze verbeterd. De verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.

Verweren met betrekking tot de dagvaarding

Feit 1
De verdediging heeft betoogd dat het plegen van voorbereidingshandelingen onverenigbaar is met doodslag omdat er bij voorbereidingshandelingen altijd sprake zal zijn van voorbedachte raad. Wegens innerlijke tegenstrijdigheid is de dagvaarding op dat punt daarom nietig, aldus de verdediging.
Het hof overweegt hierover het volgende.
Het hof is van oordeel dat - mede gelet op de recente (strenge) jurisprudentie van de Hoge Raad met betrekking tot de voorbedachte raad - het begrip “voorbereiding van doodslag” niet innerlijk tegenstrijdig is. In het bijzonder in een situatie van gewapende strijd is het zeer wel voorstelbaar dat iemand voorbereidingen treft voor acties die ten aanzien van het beoogde doelwit (de vijand) als moord zijn aan te merken, maar ten aanzien van onbedoelde slachtoffers (niet-combattanten) als doodslag, aangezien “slechts” bewust de aanmerkelijke kans wordt aanvaard op wat in het verhullende jargon van het hedendaagse krijgsbedrijf wordt aangeduid als “collateral damage”.
Feiten 2B en 3
Onder feit 2B is aan verdachte ten laste gelegd dat hij - kort gezegd -
voorbereidingshandelingen gericht op het deelnemen aan een criminele organisatie heeft gepleegd. Onder feit 3 is aan verdachte ten laste gelegd dat hij - kort gezegd - heeft deelgenomen aan een terroristische organisatie, dan wel dat hij hiertoe een poging heeft gedaan. De verdediging heeft aangevoerd dat uit de tenlastelegging, noch uit het dossier blijkt om welke terroristische organisatie het gaat. De verdediging gaat er gelet op het requisitoir van de advocaat-generaal van uit dat de ‘Mondiale Jihadistische Beweging’ de organisatie is waarop in de tenlastelegging wordt gedoeld. Voor zover de tenlastelegging ziet op een andere organisatie, is de tenlastelegging onvoldoende feitelijk en dus nietig, aldus de verdediging.
Het hof overweegt hierover het volgende.
Op grond van het proces-verbaal van politie en het verhandelde ter terechtzitting moeten de verdachte en de verdediging hebben begrepen dat met de ten laste gelegde terroristische organisatie, de organisatie wordt bedoeld waarvoor de broer van verdachte in de ten laste gelegde periode in Syrië vocht. Naar het oordeel van het hof is een specifieke aanduiding van die organisatie niet vereist. In het dossier zijn bovendien verschillende aanwijzingen te vinden dat die organisatie ‘Jabhat al-Nusra’ betreft. Het hof is van oordeel dat de onder 2B en 3 tenlastegelegde feiten voldoen aan de ingevolge 261 van het Wetboek van Strafvordering te stellen eisen. De feiten zijn voldoende duidelijk omschreven.
Het hof verwerpt deze verweren.

Vrijspraak

Op 14 augustus 2013 werden verdachte (in een gehuurde Audi A3) en medeverdachte [medeverdachte] (in een gehuurde BMW 520d) in Kleef (Duitsland) aangehouden. In de beide auto’s werden onder meer geld, kleding, telefoons en brillen aangetroffen.
In de tenlastelegging is een aantal handelingen genoemd die verdachte zou hebben gepleegd. Die handelingen leveren volgens het openbaar ministerie de onder 1, 2, 3 primair (dan wel 3 subsidiair) en 4 ten laste gelegde strafbare feiten op, te weten - kort gezegd -
(1) voorbereiden en bevorderen van het zelf gaan strijden in Syrië om daar moord en/of doodslag met een terroristisch oogmerk te gaan plegen,
(2A) voorbereiden en/of bevorderen van een terroristisch misdrijf, te weten moord/doodslag met een terroristisch oogmerk,
(2B) voorbereidingshandelingen gericht op het deelnemen aan een terroristische organisatie, (3) (poging tot) het deelnemen aan een terroristische organisatie en
(4) samenspannen tot het plegen van moord en doodslag, gepleegd met een terroristisch oogmerk.
Met betrekking tot alle ten laste gelegde feiten is de rol van verdachtes (half)broer, [broer verdachte] , cruciaal. De advocaat-generaal heeft betoogd dat verdachtes broer - samen met de broer van de medeverdachte [medeverdachte] , [broer medeverdachte] - in de ten laste gelegde periode in Syrië verbleef en daar deelnam aan de gewapende strijd. Volgens de advocaat-generaal wist verdachte dat zijn broer in Syrië verbleef en ook dat zijn broer daar deelnam aan de gewapende strijd. De advocaat-generaal heeft betoogd dat verdachte, samen met de medeverdachte, met geld en goederen onderweg was naar Syrië. Het doel was om daar contact met hun broers te leggen. Vervolgens zou verdachte gaan strijden voor dezelfde terroristische organisatie als die waaraan de broer van verdachte deelnam en/of die terroristische organisatie ondersteunen door zijn broer goederen en geld te geven, aldus het openbaar ministerie.
Verdachte heeft alle ten laste gelegde feiten ontkend. Hij heeft verklaard dat hij wist dat zijn broer ergens in Syrië zat en dat hij op weg was naar zijn broer. Het grootste deel van de spullen was volgens verdachte bestemd voor zijn broer. Verdachte heeft verklaard dat hij niet wist dat zijn broer in Syrië deelnam aan de gewapende strijd.
Voor de bewezenverklaring van alle ten laste gelegde feiten is vereist dat verdachtes broer daadwerkelijk in de ten laste gelegde periode in Syrië verbleef en daar ook deelnam aan de gewapende strijd. Voorts is vereist dat verdachte van dat laatste wetenschap had. Immers, er zijn
geenbewijsmiddelen voorhanden dat verdachte onafhankelijk van zijn broer de ten laste gelegde feiten wilde plegen.
Het hof is van oordeel dat in voldoende mate is komen vast te staan dat verdachtes broer in de ten laste gelegde periode in Syrië verbleef. Verdachte heeft dat in eerste aanleg zelf verklaard. Ook de moeder en de zuster van verdachte hebben verklaard dat [broer verdachte] in die tijd in Syrië verbleef.
Het hof is ook van oordeel dat in voldoende mate is komen vast te staan dat verdachtes broer in de ten laste gelegde periode in Syrië deelnam aan de gewapende strijd. De zus van verdachte heeft [broer verdachte] herkend op foto’s, waarop hij een wapen draagt. Op één foto staat ook de broer van de medeverdachte, [broer medeverdachte] , van wie ook kan worden vastgesteld dat hij in dezelfde periode in Syrië deelnam aan de gewapende strijd.
De vraag die het hof ten slotte dient te beantwoorden, is of er voldoende bewijs is dat verdachte wist dat zijn broer deelnam aan de gewapende strijd.
Het is verleidelijk om op grond van “het dossier” te concluderen
dat het niet anders kan zijndan dat verdachte
moethebben geweten dat zijn broer in Syrië deelnam aan de gewapende strijd. In de kern genomen zou dat er echter op neerkomen dat de rechterlijke overtuiging niet op basis van wettige bewijsmiddelen zou worden gevormd, maar
zelfals bewijsmiddel zou worden gebruikt. Dat is in strijd met de wet en kan leiden tot veroordelingen zonder voldoende feitelijke grondslag.
Hoewel de zaak gestart is door een melding van de moeder van verdachte, die de vrees koesterde dat haar zoon zou afreizen naar Syrië is er in het dossier
geen enkeldirect bewijsmiddel aanwezig waaruit blijkt dat verdachte
wistwat zijn broer in Syrië deed. Anders dan in de zaak tegen de medeverdachte zijn er bijvoorbeeld geen WhatsApp-berichten of telefoongesprekken tussen verdachte en zijn broer voorhanden op grond waarvan verdachtes wetenschap kan worden vastgesteld. Ook in de communicatie tussen de medeverdachte en diens broer zijn hiervoor geen aanknopingspunten te vinden. Opmerking verdient dat de hiervóór genoemde foto’s, waarop verdachtes broer als strijder is te zien,
nietzijn aangetroffen bij verdachte, maar in een back-up van een iPhone van de medeverdachte.
Huiselijk gezegd: het dossier stinkt een uur in de wind, maar de feiten en omstandigheden, die in ruim voldoende mate aanwezig waren om als redelijk vermoeden van schuld resp. ernstige bezwaren te dienen voor de aanhouding en de voorlopige hechtenis van verdachte, zijn onvoldoende om uiteindelijk als wettig bewijs zijn veroordeling te kunnen dragen.
Het hof is op grond van het vorenoverwogene van oordeel dat niet buiten redelijke twijfel kan worden bewezen dat verdachte de ten laste gelegde feiten heeft begaan, zodat verdachte daarvan zal worden vrijgesproken.

Vordering gevangenneming

De advocaat-generaal heeft de gevangenneming van verdachte gevorderd.
Reeds omdat verdachte zal worden vrijgesproken, zal deze vordering worden afgewezen.

BESLISSING

Het hof:
Vernietigt het vonnis waarvan beroep en doet opnieuw recht:
Verklaart niet bewezen dat de verdachte het onder 1, 2, 3 primair, 3 subsidiair en 4 ten laste gelegde heeft begaan en spreekt de verdachte daarvan vrij.
Wijst af de vordering tot gevangenneming.
Aldus gewezen door
mr. R. van den Heuvel, voorzitter,
mr. R.H. Koning en mr. C. Caminada, raadsheren,
in tegenwoordigheid van mr. W.B. Kok, griffier,
en op 15 maart 2016 ter openbare terechtzitting uitgesproken.