Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
[appellant],
hierna:
Rabobank,
als gevolg van fusie rechtsopvolgster onder algemene titel van
Coöperatieve Rabobank Sneek-Zuidwestfriesland U.A.,
Rabobank Sneek,
1.Het geding in eerste aanleg
2.Het geding in hoger beroep
3.Aanduiding van het geschil en procedure in eerste aanleg
“
Door het van toepassing worden van deze Algemene Bankvoorwaarden heeft de cliënt, voor het geval van (gedeeltelijke) overdracht van de onderneming van de bank, er bij voorbaat medewerking aan verleend dat zijn rechtsverhouding met de bank in het kader van die (gedeeltelijke) overdracht (gedeeltelijk) op een derde overgaat.”
€ 579,38 op lening A en € 378,42 op lening B. Nadien is [appellant] nog meerdere malen per
e-mail en per brief gewezen op de (toenemende) achterstand. Bij aangetekende brief van 27 februari 2015 heeft Service Centrum namens Rabobank Sneek en Friesland Bank geldleningen A en B met onmiddellijke ingang opgezegd en hem gesommeerd om binnen veertien dagen € 231.073,73 te voldoen.
“Indien Rabobank Nederland in rechte is betrokken, omdat de heer [appellant] brieven heeft ontvangen verzonden door Rabobank Nederland, Service Centrum Financieren, geldt het navolgende. De brieven zijn door het Service Centrum Financieren verzonden, omdat zij voor particuliere bijzondere beheerdossiers het ‘overkoepelende’ orgaan is. Dit houdt niet in dat zij ook rechthebbende van de vordering op de heer [appellant] is. Vergelijk de ondertekening van de brief van 4 november 2014 (…)Rabobank Nederland heeft met deze vordering niet als rechthebbende iets te doen. Jegens Rabobank Nederland dient de heer [appellant] niet-ontvankelijk te worden verklaard.”[appellant] heeft daarop bij gelegenheid van de mondelinge behandeling van het kort geding de vorderingen tegen Rabobank Nederland ingetrokken.
4.Procespartij in hoger beroep
5.De beoordeling van de grieven en de vordering
a. de bijlage bij de akte van contractsoverneming.
Rabobank dient deze bijlage, waarbij de namen van andere betrokkenen dan [appellant] mogen worden weggelakt, in zijn geheel over te leggen;b. de medewerking bij voorbaat aan de contractsoverneming.
Volstaat een bepaling in (gewijzigde) algemene voorwaarden?c. de aan Rabobank Sneek door Friesland Bank verstrekte volmacht.
[appellant] kan reageren op de stelling van Rabobank dat zij op basis van deze volmacht kan executeren;d. de bevoegdheid de overeenkomst van geldlening op te zeggen indien op dat moment nog onduidelijkheid bestond over de contractsoverneming;
e. de omvang van de vordering van Friesland Zekerheden Maatschappij N.V. dan wel Rabobank op [appellant] .
Rabobank dient een recente specificatie in het geding te brengen.De comparitie zal ook worden benut voor het beproeven van een minnelijke regeling.
6.De beslissingHet gerechtshof:alvorens nader te beslissen:
roldatum 19 januari 2016, waarna dag en uur van de comparitie (ook indien voormelde opgave van een of meer van partijen ontbreekt) zullen worden vastgesteld;