In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 18 februari 2016 uitspraak gedaan in hoger beroep over een verzoek van een vader tot herstel van de geboorteakten van zijn kinderen, [kind 1] en [kind 2]. De vader, die uitsluitend de Marokkaanse nationaliteit bezit, heeft in hoger beroep de beschikking van de rechtbank Midden-Nederland van 15 april 2015 aangevochten, waarin zijn verzoek om verbetering van de geboorteakten was afgewezen. De vader stelde dat hij op basis van zijn huwelijk met de moeder, dat op 4 augustus 2004 in Marokko was gesloten, van rechtswege als vader van de kinderen diende te worden erkend. De moeder, die zowel de Marokkaanse als de Nederlandse nationaliteit heeft, steunde het verzoek van de vader.
Het hof heeft vastgesteld dat het huwelijk tussen de vader en de moeder in Marokko rechtsgeldig was en dat dit huwelijk in Nederland erkend dient te worden. De ambtenaren van de burgerlijke stand voerden verweer en stelden dat de erkenning van de kinderen destijds terecht was opgemaakt, omdat het huwelijk van de moeder met een andere man op het moment van het huwelijk met de vader nog niet was ontbonden volgens Nederlands recht. Het hof oordeelde echter dat de erkenning van het huwelijk tussen de vader en de moeder niet langer als strijdig met de Nederlandse openbare orde kan worden aangemerkt, aangezien het huwelijk met de andere man op 15 juni 2006 was ontbonden.
Het hof concludeerde dat de kinderen door geboorte in familierechtelijke betrekkingen tot de vader zijn komen te staan en dat de erkenning door de vader onnodig was. Het hof heeft de bestreden beschikking vernietigd en de ambtenaren van de burgerlijke stand gelast de geboorteakten van de kinderen te verbeteren, zodat de vader als juridische ouder wordt erkend. De beslissing is genomen in het belang van de kinderen en om de juridische status van de vader te bevestigen.