ECLI:NL:GHARL:2015:9148
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Hoger beroep
- mr. Van Schuijlenburg
- mr. Samplonius
- Rechtspraak.nl
Hoorplicht en overmacht in bestuursrechtelijke sanctiezaken
In deze zaak, behandeld door het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 2 december 2015, staat de hoorplicht van de officier van justitie centraal. De betrokkene had hoger beroep ingesteld tegen een beslissing van de kantonrechter van de rechtbank Limburg, die zijn beroep tegen een administratieve sanctie ongegrond had verklaard. De gemachtigde van de betrokkene verzocht om gehoord te worden, maar dit verzoek werd gedaan na het verstrijken van de beroepstermijn. De officier van justitie besloot desondanks om van het horen af te zien, wat leidde tot de schending van de hoorplicht. Het hof oordeelde dat de beslissing van de officier van justitie niet in stand kon blijven, omdat de betrokkene tijdig had aangegeven gehoord te willen worden, ook al was dit verzoek na de termijn gedaan. Het hof vernietigde de beslissing van de kantonrechter en verklaarde het beroep van de betrokkene gegrond.
Daarnaast werd er een beroep op overmacht gedaan door de gemachtigde van de betrokkene, die stelde dat het voertuig wegens een defect op het trottoir was geparkeerd. Het hof oordeelde echter dat dit beroep niet voldoende was onderbouwd en dat de sanctie terecht was opgelegd. De betrokkene had niet aangetoond dat hij onder de gegeven omstandigheden niet anders had kunnen handelen. De sanctie van € 85,- voor het niet gebruiken van de rijbaan werd gehandhaafd.
Het hof besloot ook dat de advocaat-generaal de proceskosten van de betrokkene moest vergoeden, omdat de eerdere beslissingen vernietigd werden. De kosten werden vastgesteld op € 608,75, gebaseerd op de verrichte proceshandelingen. Het arrest werd uitgesproken door mr. Van Schuijlenburg, in tegenwoordigheid van mr. Samplonius als griffier.