Uitspraak
[appellant],
[geïntimeerde],
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak, die voor het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden diende, betreft het een hoger beroep in een civiele procedure over de verdeling van een gemeenschap na een echtscheiding. De zaak is ontstaan uit een eerdere uitspraak van de rechtbank Zwolle-Lelystad van 21 maart 2012. Het hof heeft op 10 februari 2015 arrest gewezen, waarbij het de inhoud van een eerder tussenarrest van 30 juli 2013 heeft overgenomen. Tijdens een comparitie van partijen op 12 november 2014 zijn afspraken gemaakt over de taxatie van verschillende percelen onroerend goed, die door een gezamenlijk aangewezen makelaar uitgevoerd zullen worden. De partijen hebben overeenstemming bereikt over de verdeling van schulden en activa, waarbij [appellant] zich verplichtte om bepaalde schulden als zijn eigen te voldoen, terwijl [geïntimeerde] voor de helft bijdraagt aan andere schulden. Het hof heeft de eerdere uitspraak van de rechtbank vernietigd en opnieuw recht gedaan, waarbij het de gemeenschap tussen partijen heeft verdeeld. De proceskosten zijn gecompenseerd, wat betekent dat iedere partij zijn eigen kosten draagt. Het arrest is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, en het meer of anders gevorderde is afgewezen.