Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM - LEEUWARDEN
heffingsambtenaarvan de
gemeente Emmen(hierna: de heffingsambtenaar)
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak gaat het om een geschil over de vastgestelde waarde van een onroerende zaak, gelegen aan de [a-straat] 278 te [Z], die door de heffingsambtenaar van de gemeente Emmen is vastgesteld op € 144.000 per waardepeildatum 1 januari 2011. De belanghebbende, die het niet eens is met deze waardebepaling, heeft bezwaar aangetekend en is uiteindelijk in hoger beroep gegaan na een ongegrond verklaard beroep bij de rechtbank Noord-Nederland. Tijdens de zitting op 27 oktober 2015 zijn zowel de belanghebbende als de heffingsambtenaar verschenen, waarbij de belanghebbende concludeert tot vernietiging van de uitspraak van de rechtbank en een verlaging van de vastgestelde waarde tot € 132.000. De heffingsambtenaar daarentegen concludeert tot bevestiging van de uitspraak van de rechtbank.
Het Hof heeft de feiten en argumenten van beide partijen in overweging genomen. De heffingsambtenaar heeft een taxatierapport overgelegd waarin vergelijkbare woningen zijn opgenomen, die zijn verkocht in de periode van 2010 tot 2011. Het Hof oordeelt dat de heffingsambtenaar voldoende aannemelijk heeft gemaakt dat de waarde van de onroerende zaak niet te hoog is vastgesteld, gezien de vergelijkbaarheid van de referentieobjecten. Het Hof benadrukt dat de heffingsambtenaar een zekere vrijheid heeft bij het kiezen van referentieobjecten, mits deze voldoende vergelijkbaar zijn met de onroerende zaak.
Uiteindelijk komt het Hof tot de conclusie dat het hoger beroep ongegrond is en bevestigt de uitspraak van de rechtbank. De proceskosten worden niet toegewezen, en de belanghebbende wordt geïnformeerd over de mogelijkheid om in cassatie te gaan tegen deze uitspraak.