Uitspraak
Overwegingen
Beslissing
[veroordeelde] .
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 5 november 2015 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen de beslissing van de rechtbank Den Haag van 21 juli 2015, die de voortzetting van de tenuitvoerlegging van de ISD-maatregel voor de veroordeelde heeft bevestigd. De raadsman van de veroordeelde heeft verzocht om beëindiging van de ISD-maatregel, onder verwijzing naar een vonnis van de rechtbank Rotterdam van 4 september 2015. Hij stelde dat de oplegging van de ISD-maatregel aan een illegaal verblijvende stelselmatige dader niet passend is, omdat er geen mogelijkheid is voor begeleiding en een gecontroleerde terugkeer in de samenleving. Het hof heeft in zijn overwegingen benadrukt dat de procedure gericht is op een tussentijdse beoordeling van de noodzaak van de voortzetting van de maatregel.
Het hof heeft de argumenten van de veroordeelde en zijn raadsman gehoord, waarbij werd gesteld dat de ISD-maatregel niet meer zou moeten gelden, gezien de status van de veroordeelde als ongewenst vreemdeling. De raadsman betoogde dat de voortzetting van de maatregel niet bijdraagt aan de terugkeer naar het land van herkomst en dat de veroordeelde zich goed gedraagt binnen de inrichting. Het openbaar ministerie heeft echter geconcludeerd dat opheffing van de maatregel zou kunnen leiden tot recidive en overlast, gezien het verleden van de veroordeelde met alcoholgebruik.
Na zorgvuldige afweging van de feiten en omstandigheden, heeft het hof geoordeeld dat de rechtbank op goede gronden heeft beslist en dat de doelstelling van de ISD-maatregel niet zonder meer onhaalbaar is. Het hof heeft de beslissing van de rechtbank bevestigd, met inachtneming van de eerder genoemde gronden. De uitspraak is openbaar gedaan en de raden waren buiten staat om deze beslissing mede te ondertekenen.