ECLI:NL:GHARL:2015:8633
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Hoger beroep
- W.M. van Schuijlenburg
- M.H.M. Boekhorst Carrillo
- J.J. Beswerda
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van het openbaar ministerie in vordering tot ontneming van wederrechtelijk verkregen voordeel na ontslag van rechtsvervolging
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 15 oktober 2015 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de rechtbank Zwolle-Lelystad van 21 juli 2011. De zaak betreft een vordering van het openbaar ministerie tot ontneming van wederrechtelijk verkregen voordeel van de verdachte. De verdachte was eerder ontslagen van alle rechtsvervolging, wat betekent dat er geen veroordeling voor een strafbaar feit was. Hierdoor kon het openbaar ministerie niet-ontvankelijk worden verklaard in de vordering tot ontneming van het voordeel.
Het hof heeft de vordering van de advocaat-generaal, die stelde dat het wederrechtelijk verkregen voordeel op nihil moest worden vastgesteld, gevolgd. De beslissing van het hof is gebaseerd op het feit dat er geen rechterlijke uitspraak was die de verdachte voor een strafbaar feit had veroordeeld. Dit leidde tot de conclusie dat de vordering van het openbaar ministerie niet kon worden gehonoreerd.
Het hof heeft het vonnis waarvan beroep vernietigd en opnieuw recht gedaan door het openbaar ministerie niet-ontvankelijk te verklaren in de vordering tot ontneming van wederrechtelijk verkregen voordeel. De uitspraak is gedaan in tegenwoordigheid van de griffier en is openbaar uitgesproken.