Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM - LEEUWARDEN
3 november 2015
heffingsambtenaarvan de
gemeente Zwolle(hierna: de heffingsambtenaar)
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van belanghebbende tegen een naheffingsaanslag parkeerbelasting die door de gemeente Zwolle is opgelegd. De naheffingsaanslag van € 58,60, waarvan € 2,60 aan parkeerbelasting en € 56 aan kosten, is opgelegd omdat belanghebbende op zondag 6 oktober 2013 zijn auto had geparkeerd aan de [a-straat] in Zwolle zonder een geldig betaalbewijs. De parkeercontroleur constateerde om 15:17 uur dat er geen geldig bewijs zichtbaar was. Belanghebbende had eerder bezwaar gemaakt tegen de naheffingsaanslag, maar dit werd door de heffingsambtenaar gehandhaafd. De rechtbank Overijssel verklaarde het beroep van belanghebbende ongegrond, waarna hij hoger beroep instelde bij het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden.
Tijdens de zitting op 1 oktober 2015 werd besproken of belanghebbende voldoende op de hoogte was van de verplichting om parkeerbelasting te betalen op koopzondagen. Belanghebbende stelde dat hij niet kon weten dat hij op die dag parkeerbelasting verschuldigd was, terwijl de heffingsambtenaar dit bevestigde. Het Hof oordeelde dat de gemeente Zwolle voldoende kenbaar had gemaakt dat het een koopzondag betrof, onder andere door het plaatsen van borden langs de toegangswegen en de informatie op de parkeermeters. Het Hof concludeerde dat de belastingplicht voor de parkeerbelasting op de koopzondag voldoende kenbaar was gemaakt en dat de naheffingsaanslag terecht was opgelegd. Het hoger beroep werd ongegrond verklaard.