ECLI:NL:GHARL:2015:7840
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Hoger beroep
- M. de Witt
- A. van der Meulen
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake niet-ontvankelijk verklaring wegens misbruik van procesrecht in WAHV-zaak
In deze zaak gaat het om een hoger beroep tegen de beslissing van de kantonrechter van de rechtbank Noord-Holland, die op 14 november 2014 het beroep van de betrokkene niet-ontvankelijk verklaarde wegens misbruik van procesrecht. De betrokkene, vertegenwoordigd door zijn gemachtigde mr. H.P. Olthof, heeft hoger beroep ingesteld tegen deze beslissing. De kantonrechter oordeelde dat de gemachtigde onvoldoende onderbouwing had gegeven voor de beroepsgronden en dat de ingediende stukken verwarring zaaiden en het werkproces bij de Centrale Verwerking Openbaar Ministerie (CVOM) ontwrichtten.
Het hof heeft echter geoordeeld dat de gemachtigde de beroepsgronden wel degelijk voldoende heeft onderbouwd en dat het indienen van een groot aantal stukken in korte tijd geen misbruik van procesrecht oplevert. Het hof benadrukt dat de stukken grotendeels betrekking hebben op een Wob-verzoek, dat losstaat van de beroepsprocedure op grond van de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften (WAHV). De kantonrechter heeft ten onrechte de zaak niet inhoudelijk behandeld en het hof heeft de beslissing van de kantonrechter vernietigd en de zaak terugverwezen naar de rechtbank voor verdere behandeling.
Daarnaast heeft het hof geoordeeld dat de betrokkene recht heeft op vergoeding van de proceskosten, die forfaitair zijn vastgesteld op € 490,-. Het hof heeft de advocaat-generaal veroordeeld tot het vergoeden van deze kosten. De uitspraak is gedaan op 16 oktober 2015.