Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
[appellant],
[geïntimeerde],
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 11 september 2015 uitspraak gedaan in hoger beroep over een verzoek tot het houden van een voorlopig getuigenverhoor. De appellant, die een motorjacht had gekocht van de geïntimeerde, verzocht het hof om dit verhoor te gelasten in verband met gebreken aan het jacht die onder de HISWA-garantie zouden vallen. De appellant had eerder de koopovereenkomst ontbonden en was in een eerdere procedure bij de rechtbank Noord-Nederland afgewezen in zijn vorderingen tegen de geïntimeerde. Het hof oordeelde dat het verzoek tot het houden van een voorlopig getuigenverhoor voldeed aan de vereisten, ondanks het bezwaar van de geïntimeerde dat de getuigenverklaringen niets zouden bijdragen aan de zaak. Het hof benadrukte dat het voorlopig getuigenverhoor de appellant de gelegenheid biedt om zijn procespositie te verbeteren en om bewijs te verzamelen over de gestelde gebreken. De beslissing van het hof houdt in dat het voorlopig getuigenverhoor zal plaatsvinden in het Paleis van Justitie in Leeuwarden, waarbij mr. L. Groefsema als raadsheer-commissaris is benoemd. De appellant moet binnen drie weken na de beschikking de verhinderdata van zichzelf, de wederpartij en de getuigen doorgeven aan de griffie, zodat een datum voor het verhoor kan worden vastgesteld.