Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM - LEEUWARDEN
[Z](hierna: belanghebbende)
inspecteurvan de
Belastingdienst/Kantoor Leeuwarden(hierna: de Inspecteur)
1.Ontstaan en loop van het geding
2.De vaststaande feiten
2009 2010
3.029 2.801
323 424
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak, behandeld door het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, staat de vraag centraal of de kunstenaars- en yoga-activiteiten van belanghebbende in de jaren 2009 en 2010 als onderneming moeten worden aangemerkt. Belanghebbende, die zowel yogalessen gaf als actief was als beeldend kunstenaar, had aanslagen in de inkomstenbelasting ontvangen die zij betwistte. De rechtbank Noord-Nederland had eerder een uitspraak gedaan waarbij het beroep tegen de aanslag voor 2009 gegrond werd verklaard, maar het beroep voor 2010 ongegrond. Belanghebbende stelde dat zij recht had op zelfstandigenaftrek, mits haar activiteiten als onderneming werden erkend. De Inspecteur van de Belastingdienst betwistte dit en stelde dat de activiteiten niet voldeden aan de criteria voor ondernemerschap. Tijdens de zitting op 9 juni 2015 werd de zaak verder besproken, waarbij beide partijen hun standpunten toelichtten. Het Hof oordeelde dat de aanslag voor 2009 terecht niet-ontvankelijk was verklaard, omdat het bezwaar niet tijdig was ingediend. Voor 2010 werd het bezwaar ook niet-ontvankelijk verklaard, omdat de bezwaartermijn was overschreden. Het Hof bevestigde de uitspraak van de rechtbank voor het jaar 2010 en vernietigde de uitspraak voor 2009, waarbij de Inspecteur werd gelast het griffierecht aan belanghebbende te vergoeden. De uitspraak benadrukt de noodzaak voor belastingplichtigen om tijdig bezwaar te maken tegen belastingaanslagen en de criteria voor het ondernemerschap in de belastingwetgeving.