ECLI:NL:GHARL:2015:5530

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden

Datum uitspraak
21 juli 2015
Publicatiedatum
21 juli 2015
Zaaknummer
200.123.184-01
Instantie
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Non-conformiteit bij verkoop van een auto na breuk in de krukas

In deze zaak gaat het om een geschil tussen een koper en verkoper van een Volkswagen Passat, waarbij de koper stelt dat er een gebrek aan de auto was ten tijde van de aflevering. De breuk in de krukas van de auto kwam aan het licht na de verkoop, en de koper, aangeduid als [appellant], heeft een deskundigenonderzoek laten uitvoeren om te bewijzen dat het gebrek al aanwezig was bij de aflevering. Het hof heeft in een tussenarrest van 25 maart 2014 vastgesteld dat de discussie over de non-conformiteit van de auto van belang is, en dat de bewijslast hiervoor bij de koper ligt. De deskundige, benoemd door het hof, heeft in zijn rapport geconcludeerd dat de breuk in de krukas niet aanwezig was ten tijde van de aflevering en dat externe factoren de oorzaak van de breuk zijn geweest. Het hof heeft de bevindingen van de deskundige overgenomen en geoordeeld dat de koper niet heeft bewezen dat het gebrek al bij de aflevering aanwezig was. Het hof heeft het vonnis van de rechtbank bekrachtigd en de koper in de proceskosten veroordeeld.

Uitspraak

GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
locatie Leeuwarden
afdeling civiel recht
zaaknummer gerechtshof 200.123.184/01
(zaaknummer rechtbank Midden-Nederland 609133 CV EXPL 12-7075)
arrest van de eerste kamer van 21 juli 2015
in de zaak van
[appellant],
wonende te [woonplaats],
appellante,
in eerste aanleg: eiseres,
hierna:
[appellant],
advocaat: mr. [Y], kantoorhoudend te Goes,
tegen
[geïntimeerde],
gevestigd te [vestigingsplaats],
geïntimeerde,
in eerste aanleg: gedaagde,
hierna:
[geïntimeerde],
advocaat: mr. M.C.P.G. Canoy, kantoorhoudend te Amsterdam.
Het hof neemt de inhoud van het tussenarrest van 5 augustus 2014 hier over.

1.Het verdere verloop van het geding in hoger beroep

1.1
Ingevolge het vermelde tussenarrest heeft de door het hof benoemde deskundige een schriftelijk deskundigenbericht opgemaakt, dat aan partijen is toegezonden.
1.2
Daarna hebben beide partijen een memorie na deskundigenbericht en een antwoordmemorie genomen.
1.3
Vervolgens zijn de stukken wederom overgelegd voor het wijzen van arrest en heeft het hof arrest bepaald.

2.De verdere beoordelingHet deskundigenonderzoek

2.1
In het tussenarrest van 25 maart 2014 heeft het hof overwogen dat de discussie tussen partijen over de vraag of het gebrek aan de krukas zich al voordeed toen de (door [geïntimeerde] aan [appellant] verkochte) Passat op 20 februari 2011 werd afgeleverd van belang is omdat de situatie op het moment van de aflevering bepalend is voor het antwoord op de vraag of sprake is van non-conformiteit. Het hof heeft verder overwogen dat stelplicht en bewijslast ten aanzien van de non-conformiteit op [appellant] als koper rusten en dat een onderzoek door een deskundige in dit geval opportuun is.
2.2
In het tussenarrest van 5 augustus 2014 heeft het hof de heer [X] tot deskundige benoemd. De deskundige heeft op 10 november 2014 gerapporteerd.
2.3
In rapport heeft hij de aan hem door het hof (en tijdens zijn onderzoek door partijen) gestelde vragen als volgt beantwoord:
“a) Kunt u een uiteenzetting geven van alle mogelijke oorzaken van het breken van
de krukas van een Volkswagen Passat 2.0 TDI uit februari 2007 in oktober 2011
met een kilometerafstand van 116.000.
1)De krukas zou kunnen breken als uitgelopen lagers niet opgemerkt zijn, waardoor de
motor is vastgeslagen en de krukas ten gevolge van torsiekrachten is gebroken.
2) De krukas kan breken door een materiaalfout. Dit is echter zeer onwaarschijnlijk gezien de kilometerstand.
3) De krukas kan breken ten gevolge van vloeistofslag. Dat wil zeggen dat er koelvloeistof,
brandstof of aangezogen water in de verbrandingsruimte is gekomen. Vloeistof is niet
samendrukbaar en dan zal het zwakste punt defect raken, hetgeen meestal de drijfstangen
zijn.
4) De krukas zou kunnen breken door een “defect 2 massa vliegwiel”. Dit defect is niet
opgemerkt door de berijder. Dit lijkt zeer onwaarschijnlijk in deze kwestie omdat de breuk
dan in dit specifieke voorbeeld in de buurt van de 4e cilinder zou zitten.
5) De krukas zou kunnen breken indien de trillingdemper aan de voorzijde van de krukas
reeds los heeft gezeten.
b) Kunt u per mogelijke oorzaak aangeven hoe vaak deze oorzaak zich voordoet (1)
welke omstandigheden (zoals belasting, aantal gereden kilometers) relevant zijn
voor deze oorzaak (2), en welke door de bestuurder op te merken uiterlijke
kenmerken (geluid, rijgedrag) bij de desbetreffende oorzaak horen (3)?
1) Het breken van een krukas komt na analyse van onze garantie en verkoop gegevens
nagenoeg nooit voor, het betreft informatie uit een autobestand van ca. 900.000 VW
voertuigen,
2) Bij een “defect 2 massa vliegwiel”, uitgelopen krukas en of drijfstanglagers, een losgelopen trillingdemper zal aan de hand van de geluidsverandering een eventuele storing /geluid vastgesteld kunnen worden door de berijder.
3) Rijgedrag, bijvoorbeeld met een hoge aanhangerlast gecombineerd met het rijden met een
te laag toerental.
c) Wilt u ook per oorzaak aangeven hoeveel tijd er doorgaans is gelegen tussen het
ontstaan van de oorzaak en het daadwerkelijk breken van de krukas? In hoeverre
is daarbij ook het aantal sinds het ontstaan van de oorzaak gereden kilometers
van belang?
• Indien er sprake is van een breuk dan zal deze zich per direct openbaren, de
kilometerstand is nagenoeg niet van belang, omdat de krukas alleen zal breken door
externe oorzaken, zoals eerder vermeld bij punt a.
d) Kunt u, met inachtneming van uw antwoorden op de volgende vragen, een
oordeel geven over de meest waarschijnlijke oorzaak van het breken van de
krukas van de Volkswagen Passat 2.0 TDI in oktober 2011? Wilt u zich ook uitlaten
over de mate van waarschijnlijkheid?
• Gezien het feit dat de krukas is gebroken bij de 1e cilinder, zijn wellicht de zaken zoals
reeds vermeld in mijn eerdere antwoorden (zie a3 of a5) de mogelijke oorzaak.
e) Indien liet antwoord op de vorige vraag bevestigend luidt: in hoeverre acht u
het waarschijnlijk dat deze oorzaak ook in februari 2011 al aanwezig was, ervan
uitgaande dat sindsdien 10.000 kilometer met de auto is gereden?
• De breuk was niet aanwezig ten tijde van de verkoop, want zoals aangegeven is de schade
veroorzaakt door externe factoren.
f) Geeft uw onderzoek u aanleiding tot het maken van opmerkingen die voor het
geschil tussen partijen mogelijk relevant zijn?
• Ik vind het jammer dat ten tijde van schade geen contact is opgenomen met de garantieafdeling van [bedrijf 1], dan zou er op deze uitzonderlijke schade uiterst coulant gereageerd zijn.
Naar aanleiding van het eerste concept Deskundige-onderzoek, kwamen nog de
volgende aanvullende vragen:
(Olie & De Jonge Advocaten: de heer [Y])
g) Heeft het trailergebruik en het vervangen van de koppeling en vliegwiel invloed
gehad op het incident?
• Het feit waarom de koppeling en vliegwiel zijn vervangen is niet bekend, daarom kunnen
wij hier geen uitspraak over doen, Echter wij achten het niet aannemelijk.
h) Waar zou een eventuele coulance uit bestaan hebben?
• Zowiezo de montage van een fabrieksnieuwe motor met daarbij 2 jaar garantie, en een
financiële bijloop vanuit importeur en dealer. Waarbij het voorstel en de hoogte daarvan
door de dealer wordt gedaan.
(Brantjes Advocaten: Mevrouw [Z])
i.
i) Wat zou de tijd kunnen zijn tussen oorzaak en breuk?
• Bij een breuk zal de tijdspannen tussen oorzaak en breuk nihil zijn, hier zijn geen
uitspraken over te doen omdat dit in de praktijk niet vast te stellen is.
j)Was de oorzaak reeds aanwezig in februari 2011?
• De krukas zal alleen kunnen breken door een externe oorzaak en was beslist niet aanwezig
ten tijde van verkoop. De auto is naderhand ook nog voor een APK keuring bij de firma
[firma] geweest en daar heeft men ook niets waargenomen.”
2.4
Het hof stelt vast dat geen van partijen het rapport van de deskundige heeft bekritiseerd. Beide partijen nemen de bevindingen van de deskundige over, maar verbinden daar andere conclusies aan. Het rapport is op zorgvuldige wijze tot stand gekomen. De deskundige heeft de aan hem voorgelegde vragen op heldere en consistente wijze beantwoord. Het hof zal dan ook, net als partijen, uitgaan van de juistheid van de door de deskundige gegeven antwoorden.
Verder over de grieven
2.5
Uit het rapport van de deskundige volgt dat de breuk in de krukas ten tijde van de aflevering van de Passat nog niet aanwezig was (vgl. de duidelijke antwoorden op de vragen e en j). Volgens [appellant] was de oorzaak van de breuk toen al wel aanwezig. Zij wijst er op dat het vliegwiel toen al was vervangen en dat [de vorige gebruiker], de vorige gebruiker van de auto, de auto zwaar heeft belast door de auto een zware paardentrailer te laten trekken en met deze combinatie over onverhard en drassig terrein te rijden. Het rapport biedt echter onvoldoende aanknopingspunten voor de juistheid van dit betoog. De deskundige heeft in zijn antwoord op vraag g. immers aangegeven dat het niet aannemelijk is dat het trailergebruik en de vervanging van koppeling en vliegwiel invloed hebben gehad op het breken van de krukas. Daar staat tegenover dat de deskundige in zijn antwoord op vraag b heeft aangegeven dat het breken van de krukas kan worden veroorzaakt door het rijgedrag van de bestuurder van de auto. Uit het antwoord op vraag c volgt echter dat ook in dat geval er geen sprake is van tijdsverloop tussen de oorzaak (in dit geval het rijgedrag) en het breken van de krukas. In dit geval is de krukas gebroken negen maanden nadat het volgens [appellant] intensieve gebruik van de auto door de vorige gebruiker was geëindigd, zodat het gelet op hetgeen de deskundige heeft aangegeven niet waarschijnlijk is dat de breuk in de krukas is veroorzaakt door dat gebruik.
2.6
[appellant] heeft, gelet op hetgeen hiervoor is overwogen, met het rapport niet bewezen dat de breuk ten tijde van de aflevering van de Passat al aanwezig was. Evenmin is met het rapport bewezen dat de oorzaak van de breuk toen al aanwezig was. Het rapport levert op deze punten ook geen begin van bewijs.
2.7
[appellant] heeft ook bewijs door getuigen aangeboden. Zij heeft dat allereerst in de memorie van grieven gedaan. Daar heeft zij aangeboden medewerkers van [bedrijf 2], waar de kapotte motor is verwijderd en vervangen door een ruilmotor, en medewerkers van [bedrijf 3], waar de kapotte motor is terechtgekomen, als getuige te horen. De verklaringen van deze getuigen zullen betrekking hebben op de mogelijke oorzaken van het breken van de krukas. Op dit onderwerp had het deskundigenonderzoek betrekking. [appellant] heeft zich aan de bevindingen van de deskundige geconformeerd, zodat zonder nadere toelichting, die ontbreekt, niet valt in te zien wat het belang is van het horen van de genoemde getuigen. In dit verband overweegt het hof dat [appellant] reeds een schriftelijke verklaring van [bedrijf 2] in het geding heeft gebracht en dat gesteld noch gebleken is dat de medewerkers van [bedrijf 2] meer of anders zullen verklaren dan in de schriftelijke verklaring is vermeld. Daarnaast heeft [appellant] aangeboden zichzelf en haar echtgenoot als getuige te doen horen. In haar antwoordmemorie na deskundigenbericht heeft [appellant] dat bewijsaanbod herhaald. Indien het de bedoeling van [appellant] is dat zij en haar echtgenoot een verklaring afleggen over de oorzaak van het breken van de krukas geldt voor hen wat voor de hiervoor besproken getuigen geldt. Indien, zoals uit de antwoordmemorie na deskundigenbericht volgt, [appellant] en haar echtgenoot dienen te verklaren over het rijgedrag en de belasting van de auto door [appellant] (en mogelijk door haar voorganger) is het bewijsaanbod niet ter zake doende. Uit het rapport van de deskundige volgt immers dat ook indien [appellant] de auto niet heeft belast en haar voorganger wel, nog niet vaststaat dat de oorzaak van de breuk in de krukas al ten tijde van de aflevering van de auto aanwezig was.
2.8
Het hof zal het bewijsaanbod dan ook passeren. Dat betekent dat ook
grief IV, die zich keert tegen het passeren van het bewijsaanbod door de rechtbank, faalt.
2.9
Grief Vheeft geen zelfstandige betekenis en deelt het lot van de in dit arrest en in het tussenarrest van 25 maart 2014 besproken en verworpen grieven.
2.1
De slotsom is dat het hof het bestreden vonnis zal bekrachtigen. [appellant] zal als de in appel in het ongelijk gestelde partij worden verwezen in de proceskosten in hoger beroep (geliquideerd salaris van de advocaat 3 punten tarief I) vermeerderd met wettelijke rente en nasalaris, als in het dictum aan te geven.

3.De beslissingHet gerechtshof:

bekrachtigt het vonnis waarvan beroep;
veroordeelt [appellant] in de kosten van het geding in hoger beroep en stelt deze kosten, voor zover tot op heden aan de zijde van [geïntimeerde] gevallen, vast op:
- € 683,- aan verschotten;
- € 1.896,- voor geliquideerd salaris van de advocaat,
- € 131,00 voor nasalaris van de advocaat,
- te vermeerderen met de wettelijke rente over voormelde bedragen
vanaf veertien dagen na betekening van deze uitspraak tot de dag der algehele voldoening,
- € 68,00 voor nasalaris van de advocaat indien niet binnen veertien dagen na
aanschrijving aan deze uitspraak is voldaan én betekening heeft plaatsgevonden;
verklaart deze proceskostenveroordeling uitvoerbaar bij voorraad;
wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit arrest is gewezen door mr. H. de Hek, mr. L. Groefsema en mr. N.A. Baarsma, en is door de rolraadsheer in tegenwoordigheid van de griffier in het openbaar uitgesproken op dinsdag 21 juli 2015.