ECLI:NL:GHARL:2015:3687

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden

Datum uitspraak
30 april 2015
Publicatiedatum
26 mei 2015
Zaaknummer
TBS P15/0053
Instantie
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verlenging van de terbeschikkingstelling van een zwakbegaafde man met een gemengde persoonlijkheidsstoornis en parafilie

In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 30 april 2015 uitspraak gedaan in hoger beroep over de verlenging van de terbeschikkingstelling van een zwakbegaafde man, die gediagnosticeerd is met een gemengde persoonlijkheidsstoornis met antisociale kenmerken en parafilie. De terbeschikkinggestelde had eerder een verlenging van zijn terbeschikkingstelling met twee jaar aangevraagd, maar het hof heeft besloten om deze met slechts één jaar te verlengen. Dit besluit is genomen op basis van de recente gewijzigde houding van de terbeschikkinggestelde ten aanzien van zijn medewerking aan behandeling en medicatiegebruik. Het hof benadrukt het belang van het behoud van het broze commitment van de terbeschikkinggestelde, gezien zijn persoonlijkheidsproblematiek.

Het hof heeft de terbeschikkinggestelde, die verblijft in een kliniek, gehoord tijdens de zitting op 16 april 2015, bijgestaan door zijn raadsman, mr. M.G. Vos, en de advocaat-generaal, mr. A.A. Schut. De rechtbank Gelderland had eerder op 29 december 2014 besloten om de terbeschikkingstelling met twee jaar te verlengen, maar het hof heeft deze beslissing vernietigd. De terbeschikkinggestelde heeft moeite met de behandeling en erkent zijn indexdelicten niet, wat het proces bemoeilijkt. De reclassering heeft geadviseerd om de terbeschikkingstelling met twee jaar te verlengen, maar het hof heeft, rekening houdend met de adviezen van de reclassering en de externe deskundige, besloten om de termijn te verkorten.

Het hof concludeert dat de veiligheid van anderen en de algemene veiligheid van personen een verlenging van de terbeschikkingstelling eist, maar dat het in dit geval wenselijk is om de termijn te beperken tot één jaar. Dit biedt de mogelijkheid voor een kortere evaluatie van de noodzaak tot voortzetting van de maatregel en de effecten van de medicatie op het gedrag van de terbeschikkinggestelde. Het hof heeft de beslissing van de rechtbank vernietigd en de terbeschikkingstelling met één jaar verlengd, met de nadruk op het belang van monitoring en begeleiding door de kliniek en reclassering.

Uitspraak

TBS P15/0053
Beslissing d.d. 30 april 2015
De kamer van het hof als bedoeld in artikel 67 van de Wet op de rechterlijke organisatie heeft te beslissen op het beroep van
[naam terbeschikkinggestelde],
geboren te [geboorteplaats] op [1963],
verblijvende in [kliniek].
Het beroep is ingesteld tegen de beslissing van de rechtbank Gelderland van 29 december 2014, houdende verlenging van de terbeschikkingstelling met een termijn van twee jaar.
Het hof heeft gelet op de stukken, waaronder:
- de uitspraak van de rechtbank Zutphen van 21 december 2011, waarbij de terbeschikkingstelling met voorwaarden werd opgelegd;
- de rapportage pro justitia van 19 september 2012, opgemaakt door psychiater L.H.W.M. Kaiser;
- het reclasseringsadvies van 2 oktober 2014, opgemaakt door P. Boersbroek en J. Poortman, Toezichtunit 3 Oost Zutphen;
- het reclasseringsadvies van 22 oktober 2014, opgemaakt door P. Boersbroek, Toezichtunit 2 Zutphen;
- de vordering van de officier van justitie van 18 november 2014;
- het proces-verbaal van het onderzoek in eerste aanleg;
- de beslissing waarvan beroep;
- de akte van beroep van de terbeschikkinggestelde van 7 januari 2015;
- het voortgangsverslag van de reclassering van 26 januari 2015, opgemaakt door P. Boersbroek en
J. Poortman, Toezichtunit 3 Oost Zutphen;
- een update van het reclasseringsadvies van 26 maart 2015, opgemaakt door A. Heethuis en M. Nijskes Toezichtunit 3 Zuid Roermond;
Het hof heeft ter zitting van 16 april 2015 gehoord de terbeschikkinggestelde, bijgestaan door zijn raadsman mr. M.G. Vos, advocaat te Utrecht, en de advocaat-generaal
mr. A.A. Schut.

Overwegingen:

Het verlengingsadvies van de reclassering van 22 oktober 2014
De terbeschikkinggestelde is een zwakbegaafde man. Bij hem is sprake van een ‘gemengde’ persoonlijkheidsstoornis met antisociale kenmerken, die op verschillende maatschappelijke levensgebieden problemen geeft. Naar aanleiding van het onderzoek bij De Waag is bij de terbeschikkinggestelde gediagnosticeerd dat er sprake is van preoccupatie met seks, seksuele fantasieën en een deviant seksueel script. Door de zwakbegaafdheid en de persoonlijkheidsproblematiek heeft de terbeschikkinggestelde een gering overzicht van en inzicht in het eigen gedrag, zijn eigen motieven, alsook de moeite die hij heeft om de schade te zien die zijn gedrag heeft voor derden. Vooral het vermogen te anticiperen, consequenties van zijn gedrag overzien, is uiterst beperkt. Er is sprake van een inadequate regulering van zijn emoties en gedrag en de terbeschikkinggestelde jaagt, vaak zonder remming en grenzen, zijn eigen (seksuele) behoeften na. Egocentriciteit, de eigen behoefte- bevrediging, grenzeloosheid, onvoldoende realiteitszin en probleemoplossend vermogen, leiden ertoe dat zijn impulsen worden gevolgd en hij als vanzelfsprekend zijn seksuele behoeften bevredigd moet zien. De terbeschikkinggestelde toont dat hij seksuele identiteitsproblematiek heeft en een parafilie die volgens hem zelf in remissie is. In de gedwongen situatie van de terbeschikkingstelling geeft de terbeschikkinggestelde zelf aan dat hij niet actief met gedachten of fantasieën over jongeren bezig is en er geen drang naar voelt.
Volgens de reclassering lijkt het niet alsof de terbeschikkinggestelde een identiteitsstoornis heeft maar is er wel sprake van een probleemgebied dat maakt dat hij er zorg voor nodig heeft. De terbeschikkinggestelde heeft de kenmerken van iemand met zedendelicten namelijk afwijkende seksuele interesses, een seksuele preoccupatie, intimiteitsproblemen en daarnaast het excuseren en rechtvaardigen van seksueel misbruik. De antisociale trekken komen vooral naar voren omtrent de seksualiteit. In het dagelijks leven staan die nu minder op de voorgrond. Het is twijfelachtig of men bij iemand met een dergelijke lage intelligentie kan spreken van een persoonlijkheidsstoornis daar veel van de trekken door de lage intelligentie en het leven in ongunstige omstandigheden verklaard kunnen worden. De intelligentie is laag, op zwakbegaafd niveau. Daarbij is hij analfabeet en heeft hij een beperkt scholingsverleden. Er is sprake geweest van alcoholgebruik in een mate dat sprake is van alcoholmisbruik. Het is mogelijk dat het langdurig veel alcohol drinken invloed heeft gehad op zijn cognitieve vermogen en zijn kritische vermogen. De terbeschikkinggestelde gebruikt vooralsnog geen medicatie en is hier blijvend afwijzend in. Het moeizaam verlopen van het verblijf, de behandeling en de samenwerking geeft twijfels of een resocialisatietraject bij zijn gezin mogelijk is. De verwachting is dat het gezin niet voldoende draagkracht heeft om de terbeschikkinggestelde te corrigeren of te sturen. Het risico op herhaling van een seksueel delict wordt op korte termijn als laag ingeschat binnen het kader van de terbeschikkingstelling en met resocialisatie. Zonder de kaders van de terbeschikkingstelling wordt het recidivegevaar op de langere termijn als matig tot tamelijk hoog geschat. Grootste risicofactor lijkt het niet accepteren van hulp en begeleiding te zijn. Indien hij nu terug zou keren naar zijn gezin, zal hij als eerste weer alcohol gaan drinken en zijn dag- en nachtritme om gaan draaien. Zijn seksuele behoefte lijkt nog redelijk groot. Hij is niet in staat om zijn seksuele driften sociaal acceptabel te beheersen en hij zal stiekem op zoek gaan naar zijn seksuele voorkeur: jonge mannen c.q. jongens. De reclassering adviseert om de terbeschikkingstelling met voorwaarden te verlengen met twee jaar.
Het advies van de externe deskundige
De deskundige psychiater Kaiser is van mening dat er sprake is van een ziekelijke stoornis in de vorm van een parafilie (pedofilie exclusieve type gericht op jonge jongens in de puberteit) en een gebrekkige ontwikkeling in de vorm van narcistische en antisociale persoonlijkheidstrekken bij een onrijpe persoonlijkheid en een verstandelijke handicap; zwakbegaafdheid. Vanuit het strafprincipe is hij er zich bewust van dat seksuele contacten met minderjarigen verboden zijn maar hij blijft cognitieve vervormingen houden waarmee hij die wel goedkeurt. De kans op herhaling wordt als matig ingeschat maar hij zal op de lange duur als hij weer bij zijn vrouw woont zonder de kaders van de terbeschikkingstelling toch weer seksueel de grenzen gaan opzoeken. Die kans wordt versterkt als hij onder invloed is van alcohol. Uit de informatie van het contact tussen de reclassering en de echtgenote van de terbeschikkinggestelde concludeert de deskundige dat er nog veel binnen het systeem uitgewerkt moet worden en dat er ook nog gewerkt moet worden aan het bewustzijn van het delict preventieplan. Er moet nog veel gedaan worden aan contextuele beïnvloeding. Ook moet er, voordat de terbeschikkinggestelde zonder gevaar voor herhaling definitief kan thuis wonen, stabiliteit in de thuissituatie worden bereikt. De terbeschikkinggestelde heeft zelf nauwelijks intrinsiek inzicht in de problematiek zodat het toezicht en de begeleiding door de reclassering nog lange tijd nodig is. Wel is de deskundige van mening dat er meer richting de resocialisatie van de terbeschikkinggestelde naar zijn vrouw toegewerkt kan worden zodat zijn gedrag gemonitord kan worden.
Aanvullend verlengingsadvies van Reclassering Nederland van 26 maart 2015
De terbeschikkinggestelde verblijft sinds 12 januari 2015 in [kliniek]. De terbeschikkinggestelde heeft moeite met de behandeling omdat hij de indexdelicten niet erkent. Het thema seksualiteit is een belangrijk thema in de behandeling. De reclassering ziet dat de terbeschikkinggestelde heel erg met zijn seksualiteitsbeleving worstelt, soms met een obsessief karakter. Hij is hyperseksueel. Hij is een zwakbegaafde man bij wie het ontbreekt aan probleembesef en ziekte inzicht. Hij wil geen behandeling en/of libidoremmende medicatie. De terbeschikkinggestelde wil weer bij zijn ex-vrouw en hun kinderen gaan wonen. Het gezin is onvoldoende in staat de ernst van de problematiek te zien. Het recidiverisico blijft onverminderd hoog. De terbeschikkinggestelde heeft tot dinsdag 14 april 2015 de tijd gekregen om aan te geven of hij wel of geen libidoremmende medicatie wil nemen. Indien hij hier niet aan mee wil werken zal de behandelovereenkomst met [kliniek] worden opgezegd. Het advies blijft verlenging met twee jaar, daar de terbeschikkinggestelde niet of nauwelijks meewerkt aan het behandelplan van [kliniek].
Het standpunt van de terbeschikkinggestelde en zijn raadsman
De terbeschikkinggestelde heeft geen libidoremmende medicatie willen gebruiken in verband met de mogelijke lichamelijke en geestelijke effecten hiervan. Na de overplaatsing vanuit Hoeve Boschoord is er opnieuw gestart met een behandeling. Hier heeft hij veel moeite mee gehad. Het nieuwe behandelplan waarin ook de inname van libidoremmende medicatie is opgenomen is gereed maar door ziekte van de psychiater kon de terbeschikkinggestelde dat plan niet ondertekenen. De terbeschikkinggestelde gaat nu akkoord met de medicatie. De raadsman heeft verzocht de beslissing van de rechtbank te vernietigen en de terbeschikkingstelling met slechts één jaar te verlengen teneinde de behandeling na de gewijzigde opstelling van de terbeschikkinggestelde gaande te houden en de terbeschikkinggestelde te motiveren.
Het standpunt van het openbaar ministerie
Het komen tot een juiste behandeling is lastig gelet op de ontkenning van de indexdelicten en het ontbrekende ziektebesef bij de terbeschikkinggestelde. Zonder het kader van de terbeschikkingstelling zal hij de grenzen weer gaan verleggen. De advocaat-generaal heeft geconcludeerd tot bevestiging van de beslissing.
Het oordeel van het hof
Vernietiging
Het hof zal de beslissing van de rechtbank vernietigen, daar het tot een andere beslissing komt.
Stoornis en recidivegevaar
De terbeschikkinggestelde is een zwakbegaafde man bij wie sprake is van een ‘gemengde’ persoonlijkheidsstoornis met antisociale kenmerken, die op verschillende maatschappelijke levensgebieden problemen geeft. Ook is er sprake van parafilie en zwakbegaafdheid. Zonder het kader van de terbeschikkingstelling wordt het recidivegevaar op de langere termijn als matig tot tamelijk hoog geschat.
Verlenging
Gelet op de adviezen van de reclassering en de externe deskundige en hetgeen overigens ter zitting naar voren is gekomen, is het hof van oordeel dat de veiligheid van anderen dan wel de algemene veiligheid van personen verlenging van de terbeschikkingstelling eist.
Het hof heeft als uitgangspunt dat, wanneer aannemelijk is geworden dat de behandeling van de terbeschikkinggestelde meer tijd in beslag zal nemen dan de tijd die resteert bij een verlenging van de terbeschikkingstelling met een termijn van een jaar, de terbeschikkingstelling verlengd dient te worden met een termijn van twee jaren. Het hof ziet in dit geval aanleiding om van dit uitgangspunt af te wijken.
Gelet op de recent gewijzigde houding van de terbeschikkinggestelde met betrekking tot zijn medewerking aan verdere behandeling en medicatiegebruik, en het belang om dat broze commitment van de terbeschikkinggestelde, gezien ook zijn persoonlijkheidsproblematiek, in stand te houden ziet het hof aanleiding om de terbeschikkingstelling met verpleging van overheidswege thans te verlengen met niet meer dan één jaar. Het hof acht het in dit verband gewenst dat de verlengingsrechter op een kortere termijn dan twee jaar kan oordelen over de noodzaak tot voorzetting van de maatregel en daarbij de effecten van de libidoremmende medicatie op het gedrag van de terbeschikkinggestelde en het verloop van vrijheden buiten de behandelinstelling kan betrekken. Het hof acht het gewenst dat de kliniek en reclassering door middel van vrijheden meer zicht krijgen op de gezinssituatie van de terbeschikkinggestelde.

Beslissing

Het hof:
Vernietigtde beslissing van de rechtbank Gelderland van 29 december 2014 met betrekking tot de terbeschikkinggestelde
[naam terbeschikkinggestelde].
Verlengtde terbeschikkingstelling met een termijn van
één jaar.
Aldus gedaan door
mr. Y.A.J.M. van Kuijck als voorzitter,
mr. P.R. Wery en mr. H.H.M. van Dijk als raadsheren,
en drs. E.M.M. Mol en drs. R. Poll als raden,
in tegenwoordigheid van B. Moorlag als griffier,
en op 30 april 2015 in het openbaar uitgesproken.
De raden zijn buiten staat deze beslissing mede te ondertekenen.