In deze zaak heeft de wrakingskamer van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 16 januari 2015 een verzoek tot wraking behandeld van mr. J.J. Beswerda, senior raadsheer in het hof. Het wrakingsverzoek werd ingediend door de gemachtigde van de verzoekster, die niet werd toegelaten tot de zittingszaal vanwege zijn kleding, een 'pek en verenpak'. De voorzitter van de meervoudige kamer, mr. Beswerda, had besloten de gemachtigde niet toe te laten omwille van de orde en het fatsoen in de zittingszaal, vooral omdat de zitting gefilmd zou worden en de gemachtigde eerder opnames op openbare platforms had geplaatst. De verzoekster was niet aanwezig bij de behandeling van het wrakingsverzoek, dat tijdig was ingediend. De wrakingskamer oordeelde dat de beslissing van de voorzitter om de gemachtigde niet toe te laten geen blijk gaf van vooringenomenheid. De wrakingskamer benadrukte dat een rechter geacht wordt onpartijdig te zijn, tenzij er uitzonderlijke omstandigheden zijn die dat tegenspreken. De wrakingskamer wees het verzoek tot wraking af, omdat er geen objectieve aanwijzingen waren voor vooringenomenheid van de voorzitter. De beslissing werd genomen in aanwezigheid van de griffier, mr. H. Akkerman.