3.2Met inachtneming van hetgeen hiervoor is overwogen, kan van de volgende feiten worden uitgegaan.
3.2.1[de man van appellante], wijlen de echtgenoot van [appellant] met wie zij in gemeenschap van goederen was gehuwd, hield 50% van de aandelen in[bedrijf] Deze vennootschap werd bestuurd door [bestuurder], die 37,5% van de aandelen hield. De overige 12,5% van de aandelen werden gehouden door[aandeelhouder].[bedrijf] was enig aandeelhouder en bestuurder van [X] Beheer B.V., welke vennootschap op haar beurt de aandelen van [X] B.V. hield. Bestuurder van [X] B.V., een leverancier van relatiegeschenken, was de heer [Q]
3.2.2[geïntimeerde], die verbonden is aan Accon, was accountant van de[bedrijf]-groep.
3.2.3De statuten van[bedrijf] luiden - voor zover van belang - als volgt:
"Artikel 8.
1. Indien een houder van aandelen een of meer van deze aandelen wenst te vervreemden, onverschillig krachtens welke titel, is hij verplicht deze aandelen eerst te koop aan te bieden aan de overige aandeelhouders, andere dan de vennootschap. Iedere vrijelijke overdracht als bedoeld in artikel 195 lid 1 van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek is uitgesloten. Echter overdrachten zowel onder de levenden als krachtens erfrecht aan de bloedverwanten in de rechte lijn kunnen vrijelijk geschieden.
(…)
2. Een aandeelhouder, die één of meer aandelen als in het vorige lid bedoeld wil vervreemden, moet hiervan aan het bestuur kennis geven, welke kennisgeving als aanbod tot verkoop geldt.
3. Het bestuur moet binnen een week na de ontvangst van deze kennisgeving hiervan mededeling doen aan de overige aandeelhouders.
4. Aandeelhouders moeten binnen een maand na ontvangst van deze mededeling aan het bestuur, indien zij de aangeboden aandelen, hetzij alle, hetzij gedeeltelijk, wensen over te nemen, onder opgaaf door ieder hunner op welk aantal aangeboden aandelen zij reflecteren.
(…)
8. a. De prijs waartegen aandelen worden overgedragen, wordt in onderling overleg bepaald door de aanbieder en de gegadigde(n). Indien zij binnen een maand na ontvangst van de kennisgeving van de naam of namen van de gegadigde(n) niet tot overeenstemming komen wordt de prijs bepaald door één onafhankelijke deskundige, aan te wijzen door de aanbieder, één onafhankelijke deskundige aan te wijzen door de gegadigde(n), alsmede één onafhankelijke deskundige te benoemen door de twee aangewezenen.
Mocht een der partijen in gebreke blijven de deskundige aan te wijzen binnen een maand na de ontvangst van de in dit lid genoemde kennisgeving dan heeft de meest gerede partij het recht de benoeming van de ontbrekende deskundige te verzoeken aan de kantonrechter van het rechtsgebied waarbinnen de vennootschap statutair is gevestigd. Bestaat ook tussen de aldus benoemde deskundigen geen overeenstemming over de prijs dan stellen drie onafhankelijke deskundigen, te benoemen door bedoelde kantonrechter, op verzoek van de meest gerede partij de koers vast.
(…)
Artikel 9.
1. Aandelen van een aandeelhouder die overlijdt, onder curatele wordt gesteld, in staat van faillissement wordt verklaard of surséance van betaling verkrijgt en aandelen behorende tot enige gemeenschap welke ontbonden wordt moeten te koop worden aangeboden door de tot vervreemding bevoegde persoon of personen binnen een maand nadat het bedoelde rechtsfeit zich heeft voorgedaan. (…)
2. Op deze aanbieding en de verdere uitvoering daarvan zijn van toepassing, de desbetreffende bepalingen van artikel 8, met dien verstande dat intrekking van het aanbod in al de gevallen bedoeld in het onderhavige artikel niet mogelijk is. Indien niet alle ingevolge lid 1 en lid 5 van dit artikel aangeboden aandelen worden overgenomen, is de aanbieder gerechtigd alle aandelen te houden.
(…)
6. De verplichting tot aanbieding geldt niet bij overgang van aandelen door boedelmenging tengevolge van huwelijk in enige gemeenschap van goederen en bij overgang van aandelen op of toescheiding van aandelen aan de bloedverwanten in de rechte lijn van de aandeelhouder.
(…)
8. Degenen die tot aanbieding van een of meer aandelen zijn gehouden, dienen binnen twee maanden na het ontstaan van die verplichting -in het geval van overlijden van aandeelhouder na verloop van zes maanden- van hun aanbieding aan het bestuur kennis te geven. Bij gebreke daarvan zal het bestuur de tot aanbieding verplichte personen op de bepaling van de vorige zin bij aangetekende brief wijzen. Blijven zij dan in gebreke de aanbieding binnen vijftien dagen alsnog te doen, dan zal de vennootschap de aandelen namens de betreffende aandeelhouder(s) te koop aanbieden en indien van het aanbod volledig gebruik wordt gemaakt, de aandelen aan de koper(s), tegen gelijktijdige betaling van de koopprijs in eigendom overdragen; de vennootschap zal alsdan daartoe onherroepelijk zijn gemachtigd. Het bestuur zal, ingeval van overdracht van aandelen met toepassing van het in het vorige lid bepaalde, de opbrengst na aftrek van alle terzake optredende kosten uitkeren aan hem of hen, namens wie de aanbieding is geschied.
(…)
Artikel 30
In alle gevallen waarin de statuten of de wet niet voorzien, alsmede in elk geschil over de uitleg van de bepalingen deze statuten beslist de algemene vergadering van aandeelhouders (…)"
3.2.4Vanaf 2001 zijn de aandelen in[bedrijf] door [de man van appellante] aangeboden aan de overige aandeelhouders, waarbij de vervreemding telkens geen doorgang kon vinden, aangezien er geen overeenstemming kon worden bereikt over de waardering van de aandelen. Ook is, vergeefs, getracht de aandelen te verkopen aan een derde.
3.2.5Op 12 oktober 2007 hebben de aandeelhouders van[bedrijf] een procedure-overeenkomst inzake de verkoop van aandelen in[bedrijf] gesloten. Ingevolge deze overeenkomst diende de waarde van de aandelen in[bedrijf] te worden vastgesteld door drie onafhankelijke door de rechtbank te benoemen deskundigen. In de procedureovereenkomst is het volgende bepaald:
"De waarde van alle aandelen[bedrijf] dient te worden vastgesteld, omdat 100% van de aandelen van de genoemde onderneming is aangeboden. Bij de verkoop worden zoveel als mogelijk door het externe bureau jegens de potentiële kopers de volgende additionele voorwaarden bedongen:
- de achtergestelde lening van € 284.000,- (waarvan 50% ten behoeve van [de man van appellante]) zal worden voldaan onder verrekening van de RC-vordering op de aandeelhouders (€ 110.000,-) waarvan ongeveer € 55.000,- ten laste van [de man van appellante] volgens balans van 31 december 2006);
- de bestaande pensioenvoorziening (€ 403.000,-) wordt afgestort naar een verzekeringsmaatschappij, doch bij voorkeur naar een pensioenvennootschap, eigendom van de aandeelhouders;
- partijen spannen zich in voor het ontslag van alle (oude) aandeelhouders uit de hoofdelijkheid jegens de bank.
Gelet op de lopende ontwikkeling van de onderneming en de vragen van haar belangrijkste afnemer, is het voor de commissaris en de directie van essentieel belang dat wordt besloten onderstaande procedure uit te voeren en niet afgeweken wordt van hieronder vermelde procedure en/of personen.
De te volgen procedure
Vanwege het spoedeisende karakter en ter voorkoming van elke vorm van belangenverstrengeling zal de commissaris, [naam commissaris], zich wenden tot de Rechtbank Leeuwarden met het verzoek drie onafhankelijke deskundigen aan te wijzen. Deze zullen op hun beurt de waarde van de aandelen[bedrijf] bepalen. Daarbij geldt de uitgangspositie dat de onderneming[bedrijf] en haar onderliggende bedrijven te laten voortbestaan en de werkgelegenheid zo veel mogelijk te handhaven.
De door de deskundigen vastgestelde waarde per aandeel is bindend en er geldt tevens een aanbiedingsplicht van de aandelen voor de aandeelhouders.
Om familieleden onderling geen voordeel te laten genieten van het tijdstip van aanbieding van hun aandelen, wordt elke aandeelhouder verplicht al zijn of haar aandelen te leveren tegen de vastgestelde prijs, zoals hierna is bepaald.
(…)
Ieder bod op de aandelen zal worden voorgelegd aan de drie deskundigen. Deze deskundigen beoordelen of er redenen zijn dat het bod (eventueel) afwijkend is (vanwege feiten en omstandigheden van de markt na de peildatum van de waardering van de aandelen door de drie deskundigen) van de eerdere waardering van de aandelen. Dit advies is bindend voor de aandeelhouders."
Aan de rechtbank Leeuwarden is vervolgens verzocht om drie deskundigen te benoemen teneinde de waardevaststelling te verrichten. Op 30 november 2007 zijn [deskundige],
[deskundig 2] en [deskundig 3] tot deskundigen benoemd.
3.2.6[de man van appellante] is op 10 januari 2008 overleden.
3.2.7Eind 2007 heeft de Rabobank, een belangrijke afnemer van de relatiegeschenken van [X] B.V. laten weten dat zij haar afname van geschenken met ingang van 2008 zou gaan inperken.
3.2.8Bij brief van 19 juni 2008 hebben de deskundigen aan de raadslieden van de aandeelhouders van[bedrijf] onder meer het volgende bericht:
"(…)Alvorens de deskundigen aanvangen met de volgende fase van de procedure van de waardevaststelling willen zij het volgende onder uw aandacht brengen.
Uit de analyse van de ontvangen informatie en recente ontwikkelingen is ons gebleken dat er een aantal bijzondere omstandigheden een belangrijke rol spelen bij de waardevaststelling. Deze omstandigheden leiden voor de deskundige tot de conclusie dat er thans geen sprake is van één waarde voor de aandelen[bedrijf]
(…)
Het dreigende verlies van omzet dient te leiden tot acties van de leiding van de onderneming, aangezien een verlies van brutomarge de continuïteit van de onderneming mogelijk direct in gevaar brengt. Hiertoe zijn verschillende scenario's denkbaar, waarbij tevens rekening dient te worden gehouden met de bestaande liquiditeit en de benodigde liquiditeit om uitvoering te geven aan het scenario. Het is aan de leiding van de onderneming om deze scenario's uit te werken en door te rekenen. Op grond hiervan kunnen wij tot een waardevaststelling komen, waarbij dient te worden opgemerkt dat naast de directie ook de aandeelhouders in dienen te stemmen met de ontwikkelde scenario's en de onderbouwing daarvan.
Er zal dan ook een waardevaststelling per scenario plaats moeten vinden.
(…)
Het vervolg van de waardevaststelling zien de deskundigen dan ook, gegeven de ontvangen informatie en recente ontwikkelingen, als zeer tijdrovend en dus kostbaar. De procedure-overeenkomst heeft in hoofdlijn twee functies:
1. Verkoop van de aandelen[bedrijf]
2. Waardering van deze aandelen teneinde alle aandeelhouders te verplichten al zijn of haar aandelen te leveren tegen de vastgestelde prijs.
Ad 1.
Op grond van de ontvangen informatie is het volgens de deskundigen denkbaar dat:
a. de aandelen van[bedrijf] niet zullen worden verkocht;
b. een koper van de onderneming uitsluitend geïnteresseerd is in een activiteitentransactie. In de vennootschap[bedrijf] zijn, naast het pand [adres] te Leeuwarden, opgenomen de pensioenverplichtingen en de mogelijke verplichting aan de commissaris. In zijn algemeenheid heeft de koper geen enkel belang bij het overnemen van pensioenverplichtingen en in het bijzonder niet bij het afstorten daarvan. De pensioengerechtigden hebben er geen belang bij dat 'hun' pensioengelden worden gebruikt door de koper ter financiering van de onderneming.
(…)
De deskundigen achten de kans zeer wel denkbaar dat de koper een transactie wenst waarin de procedureovereenkomst niet voorziet.
Ad 2.
Zoals hiervoor gesteld kunnen de deskundigen, gegeven de ontvangen informatie en recente ontwikkelingen, niet komen tot één waarde en bestaat er dus per definitie niet een vastgestelde waarde.
De deskundigen zijn dan ook van mening dat het voortzetten van de waardevaststelling, afgezien van de daaraan verbonden kosten, wellicht niet meer tot het doel leidt waarin de procedureovereenkomst moest voorzien. (…)"
3.2.9Blijkens een schriftelijke samenvatting van een gesprek tussen de aandeelhouders, directie en commissaris van[bedrijf] op 30 juni 2008, waarbij mr. [R] namens [appellant] aanwezig was, is het volgende ter sprake gekomen:
"Alle partijen zijn het er over eens (…) dat er snel een herstructurering moet worden ingezet, anders komt de continuering in gevaar. De omzet Rabobank Nederland is dusdanig onzeker dat ingrijpen moet geschieden.
(…)
Nu een waardebepaling niet mogelijk is en niet aannemelijk is dat [X] b.v., coming concern kan worden verkocht, wordt voorgesteld om de lijn van de heer [R] te volgen en de passiva en activa van [X] b.v. te bepalen. Met het bepalen van deze waarde blijkt ook welk eigen vermogen overblijft of dient te worden aangezuiverd.
Alle onderwerpen zijn hiermee besproken en de volgende acties worden vastgelegd:
1. Op korte termijn wordt een gesprek geregeld tussen de heer [R], de heer [S] of zijn vervanger en de heer[deskundige]. Alle partijen hebben genoeg kennis van zaken dat de aanwezigheid van commissaris of directie niet nodig is.
2. In dit gesprek wordt alsnog aangedrongen op een waardebepaling.
3. Daarnaast krijgt de heer[deskundige] de opdracht, als hij de waarde niet wil bepalen, om een activa passiva berekening te maken.
4. Mevrouw [bestuurder] neemt stappen om de panden te verkopen en liquiditeit aan te zuiveren.
5. De heer[Q] wordt gevraagd om een herstructureringsplan te schrijven, ervan uitgaande dat de Rabobank Nederland omzet wegvalt."
3.2.10[bestuurder], in haar hoedanigheid van bestuurder van[bedrijf], heeft bij aangetekende brief van 4 augustus 2008 aan [appellant] gewezen op de statutaire verplichting van erfgenamen om in geval van overlijden van een aandeelhouder de aandelen te koop aan te bieden aan de overige aandeelhouders.
3.2.11Bij brief van 25 augustus 2008 heeft mr. [R] namens [appellant] medegedeeld dat zij niet voornemens is de aandelen aan te bieden.
3.2.12Bij e-mailbericht van 21 augustus 2008 aan [geïntimeerde] heeft [controller], controller bij [X] B.V., namens [X] B.V., [X] Beheer B.V. en
[bedrijf] de volgende opdracht gegeven:
"In het kader van de waardebepaling en ontwikkelingen m.b.t. de aandeelhouders hebben wij een herstructureringsplan opgesteld met een worstcase scenario, het wegvallen van twee miljoen omzet Rabobank.
Wij hebben dit doorgerekend naar een eindbalans voor 2008 van de drie BV's. De uitgangspunten zijn:
1. Opbouw herstructureringsvoorzieningen € 701.000,--.
2. Aflossing lening Rabobank door [X].
3. Aflossing interne lening door [X] aan [X] en [bedrijf] aan [X] .
4. Vrijval pensioen [de man van appellante] € 200.000,--.
5. Verkoop panden met een boekwinst van ruim € 900.000,--.
Een en ander leidt tot een negatief vermogen van [X] en [X] Beheer BV. Wij willen met deze stukken aangeven dat de [bedrijf] [X] (hof:[bedrijf]) het eigen vermogen van de dochteronderneming aan dient te zuiveren. Ik heb voor alle [X]'s een V&W en balans opgesteld maar weet niet wat ik met de VPB en belastinglatentie aanmoet.
Ik zou graag van jou op zeer korte termijn horen of en wat ik hier aan moet geven. Ik zal deze dan aanpassen. Op de definitieve versie zouden wij graag een stempel van jullie ontvangen met een korte verklaring dat deze stukken te goede trouw zijn opgesteld en een reële mogelijkheid weergeven."
3.2.13In een e-mailbericht van 1 september 2008 heeft [geïntimeerde] onder meer het volgende aan [controller] geschreven:
"Ik heb de gegevens die ik van jullie heb ontvangen beoordeeld en bij deze ook van commentaar voorzien. In eerste instantie maar even via de mail in plaats van een officiële brief. Een definitieve rapportage zoals gevraagd zal wel in een brief komen. Dat zal overigens geen accountantsverklaring worden want dat mag niet bij toekomstgerichte info, maar een mededeling in de [trant] van 'wij hebben op basis van de ons aangeleverde gegevens geen onregelmatigheden in de gepresenteerde gegevens geconstateerd' o.i.d.
(…)
Tot zover. Mochten er vragen dan wel opmerkingen zijn hoor ik het graag. Als we de bijgewerkte cijfers kunnen krijgen dan zal ik zorgdragen voor een bruikbare rapportage van onze kant."
3.2.14In de maand september 2008 heeft geregeld overleg per e-mail plaatsgevonden tussen [geïntimeerde] en [controller] over de door [controller] opgestelde berekeningen en prognoses.
3.2.15Bij brief van 26 september 2008 aan directeur [Q] met als aanduiding "
strikt vertrouwelijk" en als onderwerp "
Uitkoop erven [Y]" heeft[belastingadviseur] (belastingadviseur bij Accon AVM Belastingadviseurs B.V.) onder meer het volgende geschreven:
"Na het overlijden van de heer [Y] is het de bedoeling om de huidige aandeelhouder van zijn 50% deelname uit te kopen. Het is de bedoeling dat mevrouw [aandeelhouder] en de heer [aandeelhouder] aandeelhouder van[bedrijf] blijven. Er wordt gedacht aan inkoop van aandelen om dit te bewerkstelligen. In deze brief beschrijven wij de fiscale consequenties van de uitkoop."
3.2.16In een brief van 3 oktober 2008 aan[bedrijf] heeft [geïntimeerde] het volgende geschreven:
"Opdracht en verantwoordelijkheden
Wij hebben de hierna bijgevoegde projectie van [bedrijf], [X] Beheer BV en [X] BV te Leeuwarden per 31 augustus 2008, alsmede de prognose voor 2009 met betrekking tot [X] BV onderzocht. De projectie, met inbegrip van de veronderstellingen waarop deze is gebaseerd (opgenomen onder de geprojecteerde balansen en resultaatrekeningen), is opgesteld onder verantwoordelijkheid van het bestuur van de vennootschappen. Het is onze verantwoordelijkheid een onderzoeksrapport inzake de projectie te verstrekken.
Werkzaamheden
Wij hebben ons onderzoek verricht in overeenstemming met Nederlands recht, waaronder Standaard 3400 'Onderzoek van toekomstgerichte financiële informatie'. De in dit kader uitgevoerde werkzaamheden bestonden in hoofdzaak uit het inwinnen van inlichtingen bij functionarissen van de entiteit, het uitvoeren van cijferanalyses met betrekking tot de financiële gegevens en het vaststellen dat de veronderstellingen op de juiste wijze zijn verwerkt.
Ons onderzoek betreffende de gegevens waarop de veronderstellingen zijn gebaseerd, kan als gevolg van de aard van dit onderzoek, slechts resulteren in het geven van een conclusie die een beperkte mate van zekerheid geeft. Ons onderzoek betreffende de opstelling en de toelichting van de projectie resulteert in een oordeel dat een redelijke mate van zekerheid geeft.
Conclusie en oordeel
Op grond van ons onderzoek van de gegevens waarop de veronderstellingen zijn gebaseerd is ons niets gebleken op grond waarvan wij zouden moeten concluderen dat de veronderstellingen geen redelijke basis vormen voor de projectie, aannemende dat de genoemde omstandigheden en acties worden gerealiseerd.
Naar ons oordeel is de projectie op een juiste wijze op basis van de veronderstellingen opgesteld en toegelicht in overeenstemming met BW2 Titel 9, waarbij tevens de van toepassing zijnde grondslagen voor waardering en resultaatbepaling zoals gehanteerd in de jaarrekeningen in aanmerking zijn genomen.
Overige aspecten
1 Realiseerbaarheid toekomstige uitkomsten
Zelfs als de gebeurtenissen waarvan in de bovenvermelde hypotheses is uitgegaan zich daadwerkelijk voordoen, zullen de werkelijke uitkomsten waarschijnlijk toch afwijken van de projectie, omdat andere veronderstelde gebeurtenissen zich veelal niet op gelijke wijze zullen voordoen als hier is aangenomen.
2 Beperking in het gebruik (en verspreidingskring)
De projectie en ons onderzoeksrapport daarbij zijn uitsluitend bedoeld voor een specifieke gebruikersgroep en kunnen derhalve niet zonder voorafgaande toestemming onzerzijds voor andere doeleinden worden gebruikt."
Uit de zich als bijlage bij het onderzoeksrapport bevindende balans per 31 augustus 2008 van[bedrijf] blijkt dat het eigen vermogen per die datum € 316.148,-- bedraagt. In de toelichting op de balans en winst- en verliesrekening (pagina 6 van het rapport) staat onder meer het volgende:
"Uitgangspunten
Bij het opstellen van de balans is de interne balans per 31 augustus 2008 als basis gebruikt. Daarin zijn de herstructurering, het verwachte resultaat en een aantal overige aanpassingen die aan de herstructurering zijn gerelateerd verwerkt. Deze aanpassingen zijn hieronder vermeld.
verkoop van de panden voor € 1.700.000. Dit resulteert in een boekwinst van € 572.450;
de pensioenverplichting is verlaagd met € 200.000,- in verband met de vrijval van de pensioenverplichting welke bestond jegens [de man van appellante]. De stand per 30-8 betreft het saldo van de t.b.v. één aandeelhouder gevormde voorziening per 31-12-2007. Er heeft geen hernieuwde actuariele berekening plaatsgevonden.
aflossing hypotheek bij verkoop panden;
aflossing van de lening aan [X] Beheer ad € 337.459;
het verlies van [X] Beheer BV ad € 521.915 leidt tot een negatieve waardering van de deelneming;
het eigen vermogen neemt toe als gevolg van boekwinst bij de verkoop panden;
ter financiering van werkkapitaal wordt aan [X] BV een lening verstrekt van € 500.000;
de diverse opbrengsten, aflossingen en stortingen zijn verwerkt in de liquide middelen.
Rekening-courant aandeelhouders[aandeelhouder] 53.337
[bestuurder] 4.623
Erven [de man van appellante]
71.061129.021"
Op iedere bladzijde van (de toelichting op) de balans en de winst- en verliesrekening is vermeld dat geen accountantscontrole is toegepast.
3.2.17Bij brief van 3 oktober 2008 heeft [bestuurder] als bestuurder van[bedrijf] de door [appellant] gehouden aandelen namens haar te koop aangeboden aan de andere aandeelhouders, [bestuurder] en[aandeelhouder]. Op basis van het hiervoor genoemde onderzoeksrapport van 3 oktober 2008 is de waarde van de aandelen in[bedrijf] berekend op € 316.148,--. De waarde van de door [appellant] gehouden aandelen (50%) bedraagt op basis van die berekening € 158.074,--.
3.2.18In reactie hierop heeft [bestuurder] bij brief van 6 oktober 2008 laten weten de namens [appellant] door de vennootschap te koop aangeboden aandelen te accepteren tegen een bedrag van € 158.074,--.
3.2.19Bij bestuursbesluit van 7 oktober 2008 heeft [bestuurder], in haar hoedanigheid van bestuurder van[bedrijf], besloten om namens de vennootschap aan [bestuurder] een bedrag van € 158.074,- aan te bieden voor de inkoop van eigen aandelen, die voorheen werden gehouden door [appellant] en daarna waren gekocht door
[bestuurder].
3.2.20Bij e-mailbericht van 9 oktober 2008 om 17.06 uur heeft notaris[notaris], werkzaam bij [advocatenkantoor] te Leeuwarden, onder andere het volgende geschreven aan mr. [R]:
"De directie van bovengenoemde vennootschap heeft mij verzocht de levering van de 24 aandelen in het kapitaal van de vennootschap, welke thans in bezit zijn van uw cliënte (…) op korte termijn te effectueren. (…)
De koopprijs (=waarde van het pakket aandelen) is op correcte wijze vastgesteld door AcconAVM.
Aangezien mevrouw [appellant] partij is bij de akte, in welke akte zij krachtens onherroepelijke bij statuten verleende machtiging wordt vertegenwoordigd, rust op mij de plicht haar te informeren. Ik doe dat via u (…)."
3.2.21In een e-mailbericht van 10 oktober 2008 aan notaris [notaris] heeft mr. Hulshof, advocaat van [bestuurder], geschreven dat [appellant] in het kader van een eindafrekening nog
€ 86.968,- zou moeten ontvangen. In de berekening van mr. Hulshof is rekening gehouden met een bedrag van € 2.750,- in verband met kosten van Accon.
3.2.22Mr. [R] heeft per e-mailbericht van 10 oktober 2008 om 12.33 uur notaris [notaris] bericht dat [appellant] zich verzet tegen de voorgenomen aktepassering.
3.2.23[appellant] heeft nog op 10 oktober 2008 een kort geding tegen [bestuurder] en[bedrijf] geëntameerd, strekkende tot - kort gezegd - een verbod om een leveringshandeling te verrichten met betrekking tot de aandelen van [appellant] in[bedrijf], waarbij gedagvaard is tegen de zitting van de voorzieningenrechter van diezelfde dag te 16:00 uur.
3.2.24Op 10 oktober 2008 zijn om 15.00 uur de 24 aandelen van [appellant] ten overstaan van [notaris] notarieel geleverd aan [bestuurder] voor een bedrag van € 158.074,-. Bij deze aandelentransactie is[bedrijf] in de persoon van bestuurder [bestuurder] ingevolge de statuten als onherroepelijk gemachtigde van [appellant] opgetreden.
Aansluitend is de akte gepasseerd betreffende de inkoop door[bedrijf] van de 24 aandelen, die kort daarvoor aan [bestuurder] waren geleverd.
3.2.25Bij vonnis van 10 oktober 2008 heeft de voorzieningenrechter het door [appellant] gevorderde verbod bij gebrek aan belang afgewezen vanwege het feit dat de notariële akte van levering reeds was gepasseerd.
3.2.26Bij factuur van 22 oktober 2008 heeft Accon een bedrag van € 2.750,- ex BTW in rekening gebracht aan [X] B.V. Dit bedrag betreft werkzaamheden van Accon
AVM Accountants ( € 2.250,-) en Accon AVM Belastingadviseurs (€ 500,-). De accountancywerkzaamheden zijn gespecificeerd als "
advisering/begeleiding bedrijfsovername ten behoeve van [bedrijf]., conform afspraak met de heer [controller]."De belastingsadvieswerkzaamheden zijn omschreven als
"opstellen/verzenden memo inzake Erven [de man van appellante]. Conform afspraak de heer [controller]."
3.2.27[X] B.V. is op 10 september 2009 door de rechtbank Leeuwarden in staat van faillissement verklaard.
3.2.28[appellant] heeft [bestuurder],[aandeelhouder] en[bedrijf] gedagvaard voor de (toenmalige) rechtbank Leeuwarden ter zake van de onderhavige aandelenoverdracht. Bij eindvonnis van 2 maart 2011 heeft de rechtbank onder meer voor recht verklaard dat [bestuurder],[aandeelhouder] en[bedrijf] jegens [appellant] onrechtmatig hebben gehandeld ter zake van de notariële levering van de 50% aandelen van [appellant] in[bedrijf] aan [bestuurder], en zijn zij veroordeeld om aan [appellant] de schade te vergoeden die zij door deze onrechtmatige daad heeft geleden, deze schade op te maken bij staat en te vereffenen volgens de wet.
3.2.29Tegen genoemd vonnis van de rechtbank Leeuwarden is beroep ingesteld bij dit hof. Naar het hof ambtshalve bekend is, heeft het hof bij arrest van 13 mei 2014 het vonnis van de rechtbank Leeuwarden vernietigd en de vorderingen van [appellant] alsnog afgewezen. Het hof heeft - kort gezegd - overwogen dat de mogelijkheid dat de door [appellant] gestelde schade is geleden niet aannemelijk is.
3.2.30[geïntimeerde] is inmiddels niet meer voor Accon werkzaam.
procedure in eerste aanleg