Uitspraak
Verkort arrest van de meervoudige kamer voor strafzaken
[verdachte],
Het hoger beroep
Onderzoek van de zaak
Procesgang
maar uitsluitend wat betreft de beslissingen ter zake van het onder feit 3 tenlastegelegde en de strafopleggingen teruggewezen naar het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, locatie Arnhem, opdat de zaak in zoverre op het bestaande hoger beroep opnieuw wordt berecht en afgedaan.
Omvang van de zaak in hoger beroep
inhoudelijke behandeling ter zittingte concentreren op het onderdeel van de voorbedachte raad en de strafoplegging. Dit wil echter niet zeggen dat het hof het onder 3 tenlastegelegde niet in volle omvang kan beoordelen. Het hof acht zich derhalve vrijer dan door de raadsman en de advocaat-generaal aangenomen en zal dan ook alle beslissingen ten aanzien van het onder 3 tenlastegelegde thans opnieuw aan de orde stellen en hierop beslissen.
Verzoeken van de raadsman
- explosievendeskundige [deskundige 1] en/of een andere deskundige van het NFI te horen;
- forensisch geneeskundige [deskundige 2] te horen;
- zo mogelijk/nodig een reconstructie te laten plaatsvinden;
- voor het overige al dat onderzoek te laten verrichten wat noodzakelijk is om een zo’n duidelijk en volledig mogelijk beeld te geven van de aard en omvang van de explosie zoals deze zich heeft voorgedaan en de impact van die explosie voor aangever vast te stellen. In het bijzonder ten aanzien van de vraag in hoeverre mogelijk uit die explosie voortvloeiend letsel zou kunnen leiden tot de dood en/of zwaar lichamelijk letsel.
Bewezenverklaring
Het vonnis waarvan beroep
De tenlastelegging
hij op of omstreeks 3 december 2011 te Amersfoort, althans in het arrondissement Utrecht, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om opzettelijk (en met voorbedachten rade) [slachtoffer] van het leven te beroven, (met dat opzet en na kalm beraad en rustig overleg), vuurwerk, althans een vlinderbom, in elk geval een (geïmproviseerd) explosief (voorzien van een of meer metalen kogels) heeft bevestigd op of aan de voordeur van een woning aan de [adres] (waarachter dan wel in de onmiddellijke nabijheid waarvan [slachtoffer] stond) en tot ontploffing heeft gebracht, zijnde de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet voltooid;
hij op of omstreeks 3 december 2011 te Amersfoort, althans in het arrondissement Utrecht, aan [slachtoffer] opzettelijk zwaar lichamelijk letsel (te weten: beschadiging van de schedel en/of hersenletsel), heeft toegebracht, door opzettelijk vuurwerk, althans een vlinderbom, in elk geval een (geïmproviseerd) explosief (voorzien van een of meer metalen kogels) te bevestigen aan of op de voordeur van een woning aan de [adres] (waarachter dan wel in de onmiddellijke nabijheid waarvan [slachtoffer] stond) en/of dit tot ontploffing te brengen.
Overweging met betrekking tot het bewijs
Bewezenverklaring
hij op
of omstreeks3 december 2011 te Amersfoort,
althans in het arrondissement Utrecht,ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om opzettelijk
(en met voorbedachten rade)[slachtoffer] van het leven te beroven,
(met dat opzet
en na kalm beraad en rustig overleg), vuurwerk, althans een vlinderbom, in elk gevaleen
(geïmproviseerd
)explosief
(voorzien van een of meer metalen kogels
)heeft bevestigd op of aan de voordeur van een woning aan de [adres] (waarachter dan wel in de onmiddellijke nabijheid waarvan [slachtoffer] stond) en tot ontploffing heeft gebracht, zijnde de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet voltooid.
Strafbaarheid van het bewezenverklaarde
Strafbaarheid van de verdachte
Oplegging van straf en/of maatregel
Schadevergoedingsmaatregel en beslag
Toepasselijke wettelijke voorschriften
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
9 (negen) jaren.
€ 5.989,89 (vijfduizend negenhonderdnegenentachtig euro en negenentachtig cent) bestaande uit € 989,89 (negenhonderdnegenentachtig euro en negenentachtig cent) materiële schade en € 5.000,00 (vijfduizend euro) immateriële schade, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door
64 (vierenzestig) dagen hechtenis, met dien verstande dat de toepassing van die hechtenis de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet opheft.
teruggaveaan rechthebbenden van de inbeslaggenomen, nog niet teruggegeven voorwerpen, te weten:
- Identiteitsbewijs;
- Creditcard.