Uitspraak
[appellante],
de gemeente,
1.Het geding in eerste aanleg
2.Het geding in hoger beroep
Het uw Rechtbank behagen om het vonnis, gewezen op 21 mei 2014 onder zaak/rolnummer C/19/103191 HAZA 14-23 te vernietigen, en opnieuw rechtdoende, voorzover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad, te verklaren dat de Rechtbank Noord-Nederland niet bevoegd is om van de onderhavige vordering kennis te nemen en de gemeente Noordenveld te veroordelen in de kosten van de procedure in de beide instanties.".
3.Korte aanduiding van het geschil
4.De beoordeling in hoger beroep
aanvullende inschrijvingscondities, begint als volgt:
termijn van gestanddoening, de volgende bepaling:
"door ondertekening van dit inschrijvingsbiljet verklaart de inschrijver zich bereid en in staat de producten te leveren conform:
subsidiaire griefhoudt het betoog in dat partijen na de overeenkomst van 20 april 2007 deze hebben gewijzigd. Deze grief snijdt geen hout omdat in de brief van 15 mei 2007 op geen enkele wijze valt te lezen dat [bedrijf] heeft voorgesteld om de reeds gesloten overeenkomst te wijzigen, zodat ook niet kan worden volgehouden dat de gemeente met een wijzigingsvoorstel - zo dat aanbestedingsrechtelijk al zou zijn toegestaan - heeft ingestemd. De enkele verwijzing naar algemene leveringsvoorwaarden kan niet als een wijzigingsvoorstel worden aangemerkt.