Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
1.Het geding in eerste aanleg
2.Het geding in hoger beroep
.
3.De vaststaande feiten
4. De omvang van het geschil
- het door [verweerder] in eerste aanleg gevorderde integraal af te wijzen;
- de door [verweerder] gelegde beslagen op haar woning 4, onder haar bank en haar werkgever gelegd op te heffen op straffe van een dwangsom van € 500,- per dag;
- een schadevergoeding van € 200,- te vermeerderen met wettelijke rente, wegens onrechtmatig gelegde beslagen;
- veroordeling van [verweerder] in de proceskosten van de procedure in hoger beroep en in eerste aanleg, alsmede in de nakosten, te vermeerderen met wettelijke rente.
- veroordeling van [verzoekster] tot betaling van € 120.469,35, vermeerderd met wettelijke rente;
- een verklaring voor recht dat [verzoekster] de helft van de eigenaarslasten dient te betalen, en met ingang van 1 september € 1.050,- per maand, en met ingang van
- veroordeling van [verzoekster] mee te werken aan verlaging van de verkoopprijs van de woning tot € 475.000,- op straffe van een dwangsom van € 500,- per dag;
- compensatie van de proceskosten.
- € 1.250,- (ter beschikking stellen woning door verkoper voor verbouwing)
- € 3.524,84 (restant van de notariële afrekening terzake de levering van de woning)
- € 1.871,61 (kosten verkopende makelaar)